introductie 2 - periodes en tijdvakken + start tijdvak 5

Indelen van geschiedenis
  • Indelen in vijf perioden.
  • Indelen in tien tijdvakken.
  • Indelen in vijf soorten samenlevingen.


  • Indelen in vijf perioden.
  • Indelen in tien tijdvakken.
  • Indelen in vijf soorten samenlevingen.


Het indelen van de geschiedenis
Hoe zat het ook alweer?
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Indelen van geschiedenis
  • Indelen in vijf perioden.
  • Indelen in tien tijdvakken.
  • Indelen in vijf soorten samenlevingen.


  • Indelen in vijf perioden.
  • Indelen in tien tijdvakken.
  • Indelen in vijf soorten samenlevingen.


Het indelen van de geschiedenis
Hoe zat het ook alweer?

Slide 1 - Slide

Indelen in vijf perioden
  1. Prehistorie
  2. Oudheid
  3. Middeleeuwen
  4. Vroegmoderne tijd
  5. Moderne tijd

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • Je kan verschillende manieren benoemen om de geschiedenis in te delen.
  • Je herkent de termen tijdvakken, kenmerkende aspecten, leerdoelen.
  • Je kent de volgorde van de tijdvakken en weet bij welke periode welk tijdvak hoort.

Slide 3 - Slide

Indelen in tien tijdvakken
  1. Prehistorie
  2. Oudheid
  3. Middeleeuwen
  4. Vroegmoderne tijd
  5. Moderne tijd

Slide 4 - Slide

TEST

Slide 5 - Slide

We beginnen makkelijk... hoeveel periodes zijn er in onze indeling van de geschiedenis?
A
5
B
10
C
15
D
20

Slide 6 - Quiz

De middeleeuwen is van ....
A
500 tot 1500 n.Chr.
B
500 tot 1000 n.Chr.
C
1000 tot 1500 n.Chr.
D
500 v.Chr. tot 500 n. Chr

Slide 7 - Quiz

Wat zijn Kenmerkende Aspecten?

A
Personen uit de geschiedenis.
B
Periodes in de geschiedenis.
C
Belangrijke gebeurtenissen
D
Ontwikkelingen in de geschiedenis

Slide 8 - Quiz

Welk tijdvak is het laatste tijdvak?
A
televisie en social media
B
televisie en raketten
C
televisie en terreur
D
televisie en computer

Slide 9 - Quiz

De Tijdvakken
1: Hoeveel tijdvakken zijn er?
A
Ontelbaar veel
B
8
C
3
D
10

Slide 10 - Quiz

Welke omschrijving hoort bij welk tijdvak?
tijdvak 1
tijdvak 2
tijdvak 3
tijdvak 4
tijdvak 5
tijdvak 6
tijdvak 7
tijdvak 8
tijdvak 9
tijdvak 10
Ontdekkers en hervormers
Steden en staten
Jagers en boeren
Grieken en Romeinen
Wereld- oorlogen
Televisie en computer
Pruiken en revoluties
Monniken en ridders
Regenten en vorsten
Burgers en stoommachines

Slide 11 - Drag question

Welk tijdvak van deze tijdvakken is het oudst?
A
Tijd van televisie en computer
B
Tijd van regenten en vorsten
C
Tijd van Steden en staten
D
Tijd van burgers en stoommachines

Slide 12 - Quiz

De Middeleeuwen is
A
Een tijdvak
B
Een periode
C
Een samenleving
D
Dit is niet het goede antwoord

Slide 13 - Quiz

Welk rijtje periodes is juist?
A
Prehistorie-Oudheid-Middeleeuwen-Vroeg Moderne Tijd-Moderne Tijd
B
Oudheid-Prehistorie-Middeleeuwen-Vroeg Moderne Tijd-Moderne Tijd

Slide 14 - Quiz

De vroegmoderne tijd is de periode
A
1500-1700
B
1500-1800
C
1600-1800
D
1500-1900

Slide 15 - Quiz

Tijdvak 1
Tijdvak 2
Tijdvak 3
Tijdvak 4
Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Tijdvak 8
Tijdvak 9
Tijdvak 10

Slide 16 - Drag question

Een tijdvak is ....
A
Een eeuw uit de geschiedenis
B
Een periode uit de geschiedenis
C
Een ander woordvoor tijbalk
D
De chronologische volgorde

Slide 17 - Quiz

Tijdvak 8
Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Verlichting
Reformatie
Renaissance
Absolutisme
Plantages

Slide 18 - Drag question

Sleep de tijdvakicoontjes naar de juiste plek en zet de naam van de tijdvakken op de juiste plek.
Tekst

Slide 19 - Drag question

Indelen in vijf soorten samenlevingen
  1. Samenleving van jagers en verzamelaars
  2. Landbouwsamenleving
  3. Landbouw-stedelijke samenleving
  4. Industriele samenleving
  5. Informatie samenleving

Slide 20 - Slide

Opdracht:
Vul de opdracht aan.

Slide 21 - Slide

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 22 - Slide

Tot de volgende les!

Slide 23 - Slide