H1 Marktresultaat en Overheidsinvloed (1.7 t/m 1.11)
1 / 17
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
De betalingsbereidheid van een consument is
A
De prijs die de consument moet betalen voor het product
B
De prijs die de consument maximaal wil betalen voor het product
C
Het verschil tussen de gewenste prijs en de marktprijs van het product
Slide 2 - Quiz
De betalingsbereidheid van de consument is... en de ...... van de producent is ...
A
40,
betalingsbereidheid,
25
B
40,
leveringsbereidheid,
25
C
40,
betalingsbereidheid,
10
D
40,
leveringsbereidheid,
10
Slide 3 - Quiz
Het consumentensurplus is het verschil tussen...
A
de betalingsbereidheid en de marktprijs
B
de betalingsbereidheid en de evenwichtsprijs
C
de evenwichtsprijs en de marktprijs
D
de evenwichtsprijs en de laagste prijs
Slide 4 - Quiz
Hoeveel is het totale consumentensurplus in Euro's?
A
6.000
B
2.000
C
12.000
D
4.000
Slide 5 - Quiz
Wat is het consumentensurplus bij
p = € 0,30?
p = € 0,30?
A
2
B
4
C
20
D
40
Slide 6 - Quiz
De betalingsbereidheid van de consument is... en de ...... van de producent is ...
A
40,
betalingsbereidheid,
25
B
40,
leveringsbereidheid,
25
C
40,
betalingsbereidheid,
10
D
40,
leveringsbereidheid,
10
Slide 7 - Quiz
De betalingsbereidheid van de consument is... en de ...... van de producent is ...
A
40,
betalingsbereidheid,
25
B
40,
leveringsbereidheid,
25
C
40,
betalingsbereidheid,
10
D
40,
leveringsbereidheid,
10
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Slide
Het producentensurplus van één producent is
A
De prijs die de producent ontvangt voor het product.
B
De waarde van alle producten die hij kan verkopen.
C
De prijs die aan de producent wordt betaald min de prijs die hij minimaal wilt ontvangen.
D
De waarde van de opofferingskosten van de producent.
Slide 10 - Quiz
Hoeveel is het totale surplus?
A
16
B
128
C
220
D
968
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Wat gebeurt er met het consumentensurplus als er er een prijsdaling is op de markt? Leg je antwoord uit.
