K6 haben, sein, werkwoorden tegenwoordige tijd

K6 haben, sein, werkwoorden tegenwoordige tijd
1 / 21
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

K6 haben, sein, werkwoorden tegenwoordige tijd

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les kun je de werkwoorden haben en sein vervoegen en je kent de uitgangen van regelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd. 


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Aufgabe 1
Verbind de personen met de juiste werkwoordsvormen.

Slide 4 - Slide

Wie alt (bent u)?
(Hij is) 13 Jahre alt.
Wo (ben jij) geboren?
(Ik ben) in Berlin geboren.
(Het is) eine schöne Stadt.
sind Sie
er ist
bist du
ich bin
es ist

Slide 5 - Drag question

Aufgabe 2
Vul de juiste vorm van "haben" in.

Slide 6 - Slide

wir ...
A
habt
B
habe
C
haben

Slide 7 - Quiz

ich ...
A
habe
B
hast
C
habt

Slide 8 - Quiz

du ...
A
hast
B
habt
C
habe

Slide 9 - Quiz

Sie (u) ...
A
hat
B
hast
C
haben

Slide 10 - Quiz

ihr ...
A
haben
B
habt
C
habe

Slide 11 - Quiz

sie (mv) ...
A
habt
B
haben
C
hat

Slide 12 - Quiz

BK K4

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Aufgabe 3
Verbind de personen met de juiste werkwoordsvormen.

Slide 16 - Slide

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
stam + st
stam + e
stam + t
stam + en
stam + t
stam + en

Slide 17 - Drag question

Aan de slag met:
D Grammatik
blz 18 en 19
opdracht 11 t/m 15
gebruik blz 27 als je de vormen niet meer weet
Slim stampen D (alle opdrachten)


Slide 18 - Slide

Evaluatie
Aan het eind van de les kun je de werkwoorden haben en sein vervoegen en je kent de uitgangen van regelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd. 


Slide 19 - Slide


Hoe ver ben ik?
A
Ik snap alles.
B
Ik snap het een beetje.
C
Ik snap het niet.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide