Je gaat luisteren naar een spontaan gesprek waarin 4 Spaanstaligen praten over begroetingen in hun land. Lees de zinnen vooraf en bespreek met je medestudenten wat je niet begrijpt.
1
Vergelijk jouw antwoorden met die van je medestudenten
2
Slide 6 - Slide
Zelf. El MIRADOR
Respuestas correctas
1. en situaciones formales, 2. a una chica, 3. de dan la mano
4. se abrazan, 5 un beso.
Controleer je antwoorden.
Slide 7 - Slide
¿Cómo saluda la gente?
a) Kom je uit een ander land? Hoe begroeten ze in jouw land? Vertel het aan andere studenten. Is er een verschil tussen mannen en vrouwen? En tussen jong en oud?
Yo soy de Indonesia. En mi país .......
Slide 8 - Slide
Zelf. Entrar en contacto
A) Maak oef. TB pg. 39 2a.
B) Kijk in de samenvatting van unidades 2 y 3, bij rubriek 'comunicación'. Zijn er vragen die je kan gebruiken voor een informele conversatie? Schrijf ze op. Je hebt ze nodig voor de volgende oefening.
Slide 9 - Slide
Samen En una fiesta de cóctel
Doel: in contact komen met onbekende mensen en een informele conversatie starten.
Je loopt door de klas op het ritme van de muziek (houd afstand van elkaar). Als de muziek stopt, begin je een informeel gesprek met de persoon die het dichtst bij je staat. Denk aan alle vragen die je al in het Spaans kan stellen. Gebruik je boek als het nodig is.
Música: J Balvin, Willy William - Mi Gente
Slide 10 - Slide
CREA TU MONSTRUO
Je tekent een monster. Daarna schrijf je 6 adjectieven van het monster op en geeft een omschrijving aan je medestudent. Die tekent daarna het monster op basis van jouw informatie en jullie vergelijken de twee. Lijken ze op elkaar?
Slide 11 - Slide
1
2
3
4
Slide 12 - Slide
Gooi de dobbelsteen en vraag aan je medestudent wat hij/zij lekker vindt.
Bijv.
¿Te gustan las patatas?
Sí,me gustan.
Probeer je antwoord uit te breiden door nuance toe te voegen met woorden zoals "mucho", 'poco',
'a veces',
Sí,me gustan a veces
Slide 13 - Slide
Maak 2 teams. Elke groep stelt vragen die de andere groep beantwoordt. De vragen beginnen met een vraagwoord. Het team dat de meeste vragen beantwoordt wint.
Slide 14 - Slide
Video
Bekijk de video in de volgende dia en maak TB pg. 40 oef. 4.a
Slide 15 - Slide
https:
Slide 16 - Link
Respuestas Video 4.a
1. cantante de ópera.
2. de Colombia.
3. el teatro de la ciudad
4. interesante, pero exigente,
5. A veces muy difíciles,
6. ensaya con otras personas.
Respuestas Video 4.c
Mozart: Austria, 1756-1791, Las bodas del Fígaro. La flauta mágica
Verdi: Italia, 1813-1901, La Traviata, Aida.
Rossini: Italia, 1792-1863, Segismundo, El barbero de Sevilla
Slide 17 - Slide
Video 2
Bekijk de video in de volgende dia en maak TB pg. 41 oef. 5.b en 6
Slide 18 - Slide
https:
Slide 19 - Link
Respuestas Video 2 5.b
Frases correctas: 1, 3, 4, 5
Respuestas Video 2 6
Carlos, primo, simpático, un poco tímido
Álvaro, primo, simpático, comunicativo
Lucía, prima, muy bonita, pelo largo
Luis, tío, gordito, muy divertido
Slide 20 - Slide
¿Hablan los españoles muy rápido?
Maak oef. 8.a
TB ej. 8.a
Respuestas 8a
1. Hola, me llamo Ana Alonso y estudio informática en Salamanca.
2. Uno de mis países favoritos es España porque me gustan el vino y las tapas.
3. Me gustan las personas espontáneas y comunicativas.
Slide 21 - Slide
Terapia de errores
Maak oef. 10.a
Respuestas 10a
1. Buenos días. Me llamo Ana Díaz.
2. Y tú ¿cómo te llamas? / Y usted ¿cómo se llama?
3. El señor Pérez es - médico
4. Paco es una persona simpática y optimista
5. ¿Cuándo es tu cumpleaños? - En abril . Ya tengo 25 años.
6 Ana y yo trabajamos en una fábrica.
7. Nuestro jefe es autoritario.
8. Madrid me gusta mucho porque es una ciudad interesante.
9. Yo vivo en Sittard. Estudio españól para viajar a España.