§5.3 Bronnen: Sterkten en zwakten van Nigeria

1 / 43
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

5.3 Bronnen: sterkten en zwakten van Nigeria

Slide 3 - Slide

Planning vandaag:
  • Herhaling vorige les (5.2)
  • §5.3 uitleg
  • Aan de slag!
  • Einde

Slide 4 - Slide

Wat is geen nadeel van de olie industrie in Nigeria
A
prijzen van olie zijn erg stabiel
B
corruptie
C
levert weinig werk op
D
geld wordt oneerlijk verdeeld

Slide 5 - Quiz

Wat is geen nadeel van de olie-industrie voor Nigeria
A
De Nigeriaanse overheid maakt winst
B
Het inkomen van Nigerianen is ongelijk verdeeld
C
Er zijn veel conflicten in Nigeria tussen inwoners
D
De economie is afhankelijk van de olieprijzen

Slide 6 - Quiz

Waar in Nigeria is olie gevonden?
A
In het noorden
B
In het zuiden

Slide 7 - Quiz

Wat is een oorzaak van de vele armoede in Nigeria ondanks de olie?
A
Corruptie
B
Weinig winst
C
Lage export
D
Lage productie

Slide 8 - Quiz

Nigeria is een:
A
Multiculturele samenleving
B
Land met 1 cultuur

Slide 9 - Quiz

70% van alle inkomsten van de overheid van Nigeria komt van de olie.
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quiz

In het zuiden van Nigeria zijn de inkomens hoger dan in het noorden van Nigeria.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Nigeria heeft .....
A
0 tot 20 miljoen inwoners
B
20 tot 100 miljoen inwoners
C
100 tot 200 miljoen inwoners
D
200 miljoen + inwoners

Slide 12 - Quiz

De inwoners van Nigeria profiteren van de winst van de olie-industrie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

Welke 3 factoren bepalen de inkomsten uit olie van Nigeria
A
De hoeveelheid, de olieprijs en corruptie
B
De hoeveelheid, wat geëxporteerd wordt en de olieprijs
C
Wat geëxporteerd wordt en een economische crisis
D
Corruptie, de hoeveelheid en een economische crisis

Slide 14 - Quiz

Vandaag
Veel aantekeningen

Slide 15 - Slide

Leerdoelen
  • Je begrijpt wat de sterkten en zwakten van Nigeria voor de ontwikkeling van het land zijn.
  • Zwakke kanten:   Houden ontwikkeling tegen.
  • Sterke kanten:   Bieden mogelijkheden voor ontwikkeling.


Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Landen
In de aardrijkskunde maken we onderscheid tussen drie soorten landen:
1) Rijke, ontwikkelde landen
2) Opkomende landen
3) Ontwikkelingslanden

Voorbeelden bij elk?

Slide 18 - Slide

Bron 1: Nigeria als afzetmarkt
  • Nigeria is interessant voor veel bedrijven.

  • Afzetmarkt is hierdoor groot. Waarom?

  • Nigeria heeft een grote bevolking (en die groeit) en die daarom graag consumeert


Slide 19 - Slide

Bron 1: Nigeria als afzetmarkt
Nigeria interessant voor bedrijven.

Afzetmarkt is hierdoor groot.

                                  

Het aantal klanten of diensten die een product willen kopen. 

Slide 20 - Slide

Bron 1: Nigeria als afzetmarkt
Nigeria interessant voor bedrijven.

Afzetmarkt is hierdoor groot.

                                  

Het aantal klanten of diensten die een product willen kopen. 
Bijv. telecombedrijven die zich in Nigeria vestigen, omdat er miljoenen mogelijke klanten zijn.

Slide 21 - Slide

Helaas niet voor iedereen
Regionale ongelijkheid in Nigeria. 

Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied.
Noord Nigeria heeft veel meer armoede dan het zuiden. Op het platteland zijn de inkomens lager dan in de stad.

Slide 22 - Slide

Regionale ongelijkheid
Regionale ongelijkheid in Nigeria. 

Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied.
Noord Nigeria heeft veel meer armoede dan het zuiden. Op het platteland zijn de inkomens lager dan in de stad.
In hoeverre genoeg geld om in de eigen behoeften te voorzien

Slide 23 - Slide

Regionale ongelijkheid
Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied.
In hoeverre genoeg geld om in de eigen behoeften te voorzien
Basisbehoeften (primaire behoeftes): Voedsel, onderdak, gezondheidszorg en onderwijs. 

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Bron 7: Grote beroepsbevolking
Nigeria heeft grote beroepsbevolking.

Slide 28 - Slide

Bron 7: Grote beroepsbevolking
Nigeria heeft grote beroepsbevolking.
Mensen die betaald werk (willen en kunnen) doen.
Definitie CBS (NL): Deze groep bestaat uit personen van 15 tot 65 jaar die ofwel betaald werk hebben (werkzame beroepsbevolking), of recent naar betaald werk hebben gezocht en daarvoor direct beschikbaar zijn (werkloze beroepsbevolking).

Slide 29 - Slide

Bron 7: Grote beroepsbevolking
Nigeria heeft grote beroepsbevolking.

Maar ook veel werkloosheid...

Slide 30 - Slide

Bron 7: grote beroepsbevolking
Nigeria heeft grote beroepsbevolking.

Maar ook veel werkloosheid...
-> Informele sector

Ongeschoold, slechtbetaald werk dat niet officieel wordt geregistreerd. Mensen betalen geen belasting, maar hebben ook geen recht op uitkeringen.
Geen uitkering wanneer ze bijv. hun baan verliezen of arbeidsongeschikt raken.

Slide 31 - Slide

Bron 7: grote beroepsbevolking



-> Informele sector

Ongeschoold, slechtbetaald werk dat niet officieel wordt geregistreerd. Mensen betalen geen belasting, maar hebben ook geen recht op uitkeringen.
Geen uitkering wanneer ze bijv. hun baan verliezen of arbeidsongeschikt raken.

Slide 32 - Slide

Leerdoelen

  • Wat zijn de sterkten en zwakten van Nigeria voor de ontwikkeling van het land? 

Slide 33 - Slide

Leerdoelen

  • Wat zijn de sterkten en zwakten van Nigeria voor de ontwikkeling van het land? 
Afzetmarkt, werkgelegenheid door vestiging bedrijven
Toenemende regionale ongelijkheid, werkloosheid

Slide 34 - Slide

      Vragen?

Slide 35 - Slide


Wat is de afzetmarkt?

A
Het aantal klanten dat producten of diensten wil kopen
B
Het aantal bedrijven dat producten of diensten wil verkopen
C
Het aantal producten dat verkocht wordt
D
Het aantal diensten dat aangeboden wordt

Slide 36 - Quiz

Waarom is Nigeria interessant voor bijvoorbeeld een bedrijf om te vestigen?
A
Nigeria heeft een hoog BBP
B
Nigeria heeft een grote beroepsbevolking
C
Nigeria heeft veel oudere mensen
D
Nigeria heeft weinig tot geen regels

Slide 37 - Quiz


Wat is regionale ongelijkheid?
A
Iedereen verdient evenveel
B
Verschillen in neerslag over een bepaald gebied
C
Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied
D
Ik weet het antwoord niet

Slide 38 - Quiz

Wat is geen beroep in de informele sector?
A
Sigaretten verkoper
B
Boer
C
Kranten verkoper
D
Schoenen poetser

Slide 39 - Quiz

Afghanistan is een
A
opkomend land
B
ontwikkelingsland
C
rijk land
D
BRIC land

Slide 40 - Quiz

Nigeria is een
A
ontwikkelingsland
B
opkomend land
C
rijk land
D
BRIC land

Slide 41 - Quiz

Groeiende afzetmarkt past bij de volgende dimensie...
A
politiek
B
natuurlijk
C
sociaal-cultureel
D
economisch

Slide 42 - Quiz

Resterende tijd
De rest van de les mag je besteden aan andere vakken

Slide 43 - Slide