This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
§ 1.1 Oriëntatie: priester-koning
Slide 1 - Slide
Planning
Leerdoelen
Overhoring en herhaling (5 min)
Uitleg (10 min)
Zelf werken (15 min)
Afsluiting (5 min)
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Kennis:
Welke belangrijke ontwikkelingen uit de tijd van jagers en boeren hebben nog steeds invloed op ons leven?
Waarvoor werd het eerste schrift gebruikt?
Vaardigheid: indelen van de tijd
Slide 3 - Slide
Overhoring. Welke jaartallen horen bij de tijd van Grieken en Romeinen?
A
Tot 500 nC
B
500- 1000
C
1500-1600
D
3000 vC - 500 nC
Slide 4 - Quiz
De jaartallen 1500-1600 horen bij de....
A
Jagers en Boeren
B
Steden en Staten
C
Monniken en Ridders
D
Ontdekkers en Hervormers
Slide 5 - Quiz
Waar staan de tijdvakken in juiste volgorde van langer geleden naar minder lang geleden?
A
Jagers en Boeren, Grieken en Romeinen, Monniken en Ridders
B
Grieken en Romeinen, Ontdekkers en Hervormers, Monniken en Ridders.
C
Steden en Staten, Ontdekkers en Hervormers, Monniken en Ridders
D
Jagers en Boeren, Monniken en Ridders, Grieken en Romeinen
Slide 6 - Quiz
Hoe oud is iemand geworden die leefde van 8 v.Chr. tot 42 n.Chr?
A
36
B
34
C
52
D
50
Slide 7 - Quiz
Alexander de Grote leefde van 356 tot 323 vChr. Welke eeuw was dat?
A
4e eeuw v.Chr.
B
3e eeuw v.Chr.
C
4e eeuw
D
3e eeuw
Slide 8 - Quiz
Karel de Grote werd tot keizer gekroond in 800. Welke eeuw was dat?
A
8e eeuw
B
9e eeuw
C
het jaar 800 bestaat niet, want het jaar 0 bestaat ook niet.
D
Bedoelt u 800 voor Christus of na Christus?
Slide 9 - Quiz
Waar gaat de afbeelding over?
Slide 10 - Slide
Het schrift
samen lezen blz 8 en 9
Een schrift is een systeem om een gesproken taal zichtbaar te maken.
Het spijkerschrift: 1 symbool = 1 lettergreep.
Het eerste schrift werd gebruikt om de (belasting)administratie bij te houden.
Slide 11 - Slide
Wat moet je leren van § 0?
De Perioden en de Tijdvakken die worden gebruikt bij geschiedenis (kijk op blz 7). Leer de namen en de tijden.
Wat chronologie betekent.
Wat moet je kunnen van § 0?
Hoe je telt bij geschiedenis:
- voor en na Chr.
- eeuwen
Hoe je een tijdbalk maakt
Slide 12 - Slide
Bronnen
Geschiedenis onderzoeken lijkt op een strafrechtzaak.
De rechter was er niet bij, maar probeert uit te vinden wat er echt is gebeurd.
Daarvoor heeft hij bewijzen nodig.
In de geschiedenis heten bewijzen bronnen.
Slide 13 - Slide
Huiswerk
Leren § 0:
indelen in tijdvakken
perioden
Maken § 1.1 volgens planner
Slide 14 - Slide
indelen van de tijd
vaardigheid: indelen van de tijd
verschil in ontwikkeling Nederland en Nabije Oosten: terwijl rond 3000 vC in het Nabije Oosten al een stedelijke samenleving bestaat, leven mensen in NL nog als boeren.
Slide 15 - Slide
zelf werken (15 min)
Nakijken § 0
Zelf maken § 1.1: vraag 1 t/m 9
Overslaan: vraag 4
Kernvraag = 9
timer
15:00
Slide 16 - Slide
Wat is de naam van het tijdvak?
A
Tijd van jagers en verzamelaars
B
Prehistorie
C
Tijd van jagers en boeren
D
Tijd van de eerste mensen
Slide 17 - Quiz
Waarvoor werd het eerste schrift vooral gebruikt?
A
Om verhalen op te schrijven
B
Om de namen van de dorpsgenoten op te schrijven
C
Om de overleveringen op te schrijven
D
Om de administratie bij te houden
Slide 18 - Quiz
Welke jaartallen horen bij het tijdvak 'de tijd van jagers en boeren'?