2.2 Voedingsstoffen

1 / 47
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Voedingsstoffen

Slide 2 - Slide

Deze les
Herhaling 2.1
Uitleg 2.2
Lezen 2.2
Maken opdrachten

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Je kunt zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies en kenmerken.

Slide 4 - Slide

Wat zijn voedingsmiddelen?

Slide 5 - Open question

Dierlijk
Plantaardig
Voedingsmiddellen

Voedingsstoffen 
op het etiket

Slide 6 - Drag question

Wat zijn voedingsstoffen?

Slide 7 - Open question

Noem de 4 functies van voedingsstoffen

Slide 8 - Open question

Waarvoor waren voedingsvezels belangrijk?

Slide 9 - Open question

4 functies voedingsstoffen
  1. Brandstof
  2. Bouwstof
  3. Reservestof
  4. Beschermende stof

Slide 10 - Slide

Voedingsstoffen
  1. Eiwitten
  2. Koolhydraten
  3. Vetten
  4. Water
  5. Mineralen
  6. Vitaminen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Eiwitten
Belangrijke bouwstof
  • Vorming van celplasma
  • Opbouw van spieren

Te veel eiwitten > brandstof of omzetten in reservestof

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Koolhydraten
Belangrijke brandstof
Suikers, zetmeel en glycogeen

Te veel koolhydraten > omgezet in vet

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Vetten
Vooral brandstof
Ook bouwstof en reservestof

Te veel vet wordt opgeslagen onder de huid. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Water
Lichaam 60% water
Bouwstof

Nodig voor vervoer van stoffen in het lichaam

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Mineralen
Worden ook wel zouten genoemd

Calcium, natrium, magnesium en ijzer.
Bouwstof en beschermende stof

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Vitaminen
Bouwstof en beschermende stof
Te weinig vitaminen > ziek
Te veel vitaminen > ziek

Vitamine A, B, C, D en K

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Slide

Ei
Koolhydraten
Vetten

Slide 30 - Drag question

Welke voedingsstoffen heb je nodig Om ziektes te voorkomen?
A
Vitamine/Mineralen
B
Eiwitten/koolhydraten
C
Koolhydraten/Eiwitten
D
Vitamine/Koolhydraten

Slide 31 - Quiz

Druiven zijn een voorbeeld van...
A
Voedingsstoffen
B
Voedingsmiddelen

Slide 32 - Quiz

Koolhydraten zijn een voorbeeld van...
A
Voedingsstoffen
B
Voedingsmiddelen

Slide 33 - Quiz

Voedingsmiddel of voedingsstof
Appel
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 34 - Quiz

Voedingsmiddel of voedingsstof
Vitaminen
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 35 - Quiz

Voedingsmiddel of voedingsstof?
Koolhydraten
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 36 - Quiz

Eiwitten zijn een
A
Voedingsstof
B
Voedingsmiddel

Slide 37 - Quiz


In de afbeelding is een voedingsmiddel weergegeven
A
juist
B
onjuist

Slide 38 - Quiz

Wat is geen voedingsstof?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Koolhydraten
D
Vlees

Slide 39 - Quiz

opdr 
De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH) is de hoeveelheid die je per dag van een stof zou moeten binnenkrijgen

Vraag:Bereken hoeveel milligram fosfor je per dag nodig hebt volgens deze informatie.

Slide 40 - Slide

B2 Zetmeel aantonen

Slide 41 - Slide

Hoe heet 'een stof' waarmee je een andere stof kan aantonen?

Slide 42 - Slide

INDICATOR

Slide 43 - Slide

INDICATOR
Joodoplossing

Slide 44 - Slide

Met joodoplossing 
zetmeel aantonen

Slide 45 - Slide

Met joodoplossing 
zetmeel aantonen

Slide 46 - Slide

Aan de slag!
Kader= 2.2 opdr 1 t/m 6 



Basis= 2.2 opdr 2 tm 6

Slide 47 - Slide