Veiliger botsen (par 8.6)

Les 3H2 maandag 14-6-2021
Wat gaan we vandaag doen?
  • terugblik par. 8.5 (schoon & veilig verkeer)               [10 min]
  • instructie par. 8.6  (veiliger botsen)                              [20 min]
  • inoefenen
  • zelfstandig werken                                                              [20 min]
  • evt. extra uitleg
  • afsluiting                                                                                  [10 min]
1 / 38
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 3H2 maandag 14-6-2021
Wat gaan we vandaag doen?
  • terugblik par. 8.5 (schoon & veilig verkeer)               [10 min]
  • instructie par. 8.6  (veiliger botsen)                              [20 min]
  • inoefenen
  • zelfstandig werken                                                              [20 min]
  • evt. extra uitleg
  • afsluiting                                                                                  [10 min]

Slide 1 - Slide

Terugblik par. 8.5 Schoon en veilig verkeer
Leerdoelen
Aan het einde van deze paragraaf kun je...
  • manieren noemen om het verkeer schoner en veiliger te maken
  • veiligheidsvoorzieningen bij een auto noemen
  • verschillende functies van veiligheidsvoorzieningen noemen

Slide 2 - Slide

Welke 3 maatregelen nemen we om het verkeer schoner te maken?

Slide 3 - Open question

Welke maatregelen nemen we om het verkeer schoner te maken?
  1. Ondoordringbare laag in de bodem bij benzinestations
  2. Katalysator in de motor (minder uitstoot koolstofmonoxide)
  3. Elektrische auto's (geen uitstoot koolstofdioxide) *

Slide 4 - Slide

Welke veiligheidsmaatregelen zijn er bij een benzinepomp?

Slide 5 - Open question

Welke veiligheidsmaatregelen zijn er bij een benzinepomp?
  1. Je mag niet roken bij een benzinepomp
  2. Je kunt handschoenen gebruiken tijdens het tanken *
  3. Je mag je mobiele telefoon niet meenemen tijdens het tanken *

*  Optie 2 en 3 stonden niet in het boek

Slide 6 - Slide

Welk van de volgende veiligheidsvoorzieningen beschermt je tijdens de noodstop?
A
airbag
B
kooiconstructie
C
kreukelzone
D
veiligheidsgordel

Slide 7 - Quiz

Wat is geen voorbeeld van een veiligheidsvoorziening?
A
antiblokeersysteem (ABS)
B
hoofdsteunen
C
katalysator
D
kreukelzone

Slide 8 - Quiz

Noem de 3 functies van veiligheidsvoorzieningen.

Slide 9 - Open question

Noem de 3 functies van veiligheidsvoorzieningen.
  1. Verlenging van de botsweg
  2. Verdeling van de kracht over een groot oppervlak
  3. Bescherming van kwetsbare lichaamsdelen

Slide 10 - Slide

Noem 4 verkeersvoorzieningen die letsel bij ongelukken moeten verminderen/voorkomen.

Slide 11 - Open question

Noem 4 verkeersvoorzieningen die letsel bij ongelukken moeten verminderen/voorkomen
Mogelijke antwoorden:
  • kreukelzone
  • veiligheidsgordel
  • veiligheidshelm
  • airbag
  • hoofdsteunen
  • ABS (anti-blokkeersysteem)

Slide 12 - Slide

Welke veiligheidsvoorziening(en) kan een ongeluk voorkomen?
Kies uit: kreukelzone, veiligheidsgordel, veiligheidshelm, airbag, hoofdsteunen, ABS (anti-blokkeersysteem)

Slide 13 - Open question

Welke veiligheidsvoorziening(en) kan een ongeluk voorkomen?
Kies uit:  kreukelzone, veiligheidsgordel, veiligheidshelm, airbag, hoofdsteunen, ABS (anti-blokkeersysteem)

Antwoord: ABS, want deze zorgt voor een kortere remweg en dus minder kans op een botsing.
Alle andere voorzieningen verkleinen de kans op letsel, maar werken pas als er al een botsing plaatsvindt.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Welke functie(s) heeft een airbag?
A
botsweg vergroten
B
kracht verdelen
C
kwetsbare lichaamsdelen beschermen
D
kracht verdelen + kwetsbare lichaamsdelen beschermen

Slide 16 - Quiz

Welke functie heeft een kreukelzone?
A
botsweg vergroten
B
kracht verdelen
C
kwetsbare lichaamsdelen beschermen
D
botsweg vergroten + kracht verdelen

Slide 17 - Quiz

Welke functie heeft een hoofdsteun?
A
botsweg vergroten
B
kracht verdelen
C
kwetsbare lichaamsdelen beschermen
D
kracht verdelen + kwetsbare lichaamsdelen beschermen

Slide 18 - Quiz

Par. 8.6 Veiliger botsen
  • kreukelzone
  • airbag
  • hoofdsteun
  • veiligheidsgordel
  • kooiconstructie
  • actieve motorkap

Slide 19 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Inleiding & Leerdoelen
Met veiligheidsvoorzieningen worden de enorme krachten bij botsingen zo klein mogelijk gemaakt

Aan het einde van deze paragraaf kun je...
  • de grootte van deze krachten berekenen met de formule voor arbeid
  • verandering v.d. bewegingsenergie berekenen met de 1e bewegingswet
  • het effect op de kracht berekenen van veiligheidsvoorzieningen, die de botsweg verkleinen (bijv. kreukelzone en helm)

Slide 20 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Arbeid

  • Om een auto te laten rijden, is een energie-omzetting nodig, welke?
  •        chemische energiebewegingsenergie
  • Om te versnellen, heb je een nettokracht (𝐹𝑟𝑒𝑠) vooruit nodig
  •        denk aan de wet van Newton (par. 8.3): 𝐹𝑟𝑒𝑠=𝑚∙𝑎
  •        de motor levert een kracht vooruit                                                                                    (luchtweerstand en rolwrijving leveren tegenwerkende krachten)

Slide 21 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Arbeid

  • Als je remt of botst, treedt er ook een energie-omzetting op, welke?
  •        bewegingsenergiewarmte
  • Wanneer je remt of botst, werken er ook krachten (op de auto en inzittenden)

Slide 22 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Arbeid

  • Algemeen geldt: bij een energieomzetting, werkt er altijd een kracht
  • Hoeveelheid energie, die door een kracht wordt omgezet, heet arbeid
  • Let op: in de natuurkunde spreken we alleen van arbeid als je d.m.v. kracht een massa verplaatst in de richting van die kracht.
  • Voorbeelden:                                                                                                                               * een motor levert arbeid om een auto voort te stuwen * kinderen trekken een slee vooruit * een hijskraan tilt een betonblok op

Slide 23 - Slide


Slide 24 - Open question

Slide 25 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Arbeid: Voorbeeld 1 (samen)
Een klant duwt de winkelwagen met een kracht van 40 N van de kassa naar de auto. De afstand tussen de kassa en de auto is 50 m. Bereken de arbeid.

  • Gegeven:        F = 40 N    s = 50m 
  • Gevraagd:      W = Fxs
  • Berekening:  W = 40 N x 50 m = 2000 J          (of Nm)
  • Antwoord:      W= 2000 J

Slide 26 - Slide

Voorbeeld 2 (individueel)
Een auto rijdt 500 m. Tijdens het rijden oefent de motor een voortstuwende kracht van 1000 N uit. Bereken hoeveel arbeid de motor dan heeft geleverd. Schrijf je berekening volledig op.

Slide 27 - Open question

Par. 8.6 Veiliger botsen
Arbeid

  •     Arbeid wordt bepaald door twee grootheden, welke?
  •            kracht en afstand

  • FormuleArbeid = kracht x afstand       𝑊=𝐹∙𝑠
  • W = Arbeid, eenheid: joule (J)                                                (eenheid is ook N∙m)
  • F = kracht, eenheid: Newton (N)
  • s = afstand in de richting v.d. kracht, eenheid: meter (m)

Slide 28 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Arbeid: Voorbeeld 2
Een auto rijdt 500 m. Tijdens het rijden oefent de motor een voortstuwende kracht van 1000 N uit. Bereken hoeveel arbeid de motor dan heeft geleverd.

  • Gegeven:        F = 1000N    s=500m 
  • Gevraagd:      W= Fxs
  • Berekening:  W= 1000N x 500m = 500.000 J          (of Nm)
  • Antwoord:      W= 500 kJ                                                   (mag ook in J)

Slide 29 - Slide

Les 3H2 dinsdag 15-6-2021
Wat gaan we vandaag doen?
  • terugblik par. 8.6 (schoon & veilig verkeer)               [5 min]
  • klassikaal bespreken opdr. 51 (par. 8.6)                     [15 min]
  • zelfstandig werken: werkboek opdr. 47 en 50         [20 min]
  • nabespreken werkboek opdr. 47 en 50                      [15 min]
  • afsluiting                                                                                  [10 min]

  • Basisregels & verwachtingen

Slide 30 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Berekeningen met versnelling
  • Energieomzetting: chemische energie ⇨ bewegingsenergie
  • De resulterende kracht verricht arbeid:   𝑊=𝐹𝑟𝑒𝑠 ∙ 𝑠
  • Deze arbeid zorgt voor verandering van bewegingsenergie:               Δ𝐸𝑘𝑖𝑛 = 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑒2 − 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑏2
  • 1e bewegingswet: arbeid = verandering v.bewegingsenergie
  • 𝐹𝑟𝑒𝑠 ∙ 𝑠 = 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑒2 − 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑏2
  • BG: Wat betekenen de symbolen en welke eenheden horen erbij?

Slide 31 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Voorbeeld: een auto die optrekt of versnelt (samen)
Een auto met een massa van 900 kg trekt op. Na 4,0 s heeft de auto 18 m afgelegd en is hij versneld naar een snelheid van 9,0 m/s. (De versnelling is dus 2,25 m/s2.)

  1. Bereken de arbeid uit de resulterende kracht. 𝑊=𝐹𝑟𝑒𝑠∙𝑠 en 𝐹𝑟𝑒𝑠=𝑚∙𝑎
  2. Bereken de verandering in bewegingsenergie:                                                Δ𝐸𝑘𝑖𝑛 = 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑒2 − 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑏2

Slide 32 - Slide

Een auto met een massa van 900 kg trekt op. Na 4,0 heeft de auto 18 m afgelegd en is hij versneld naar een snelheid van 9,0 m/s. (De versnelling is dus 2,25 m/s2.)
Gevraagd: (1) arbeid en (2) verandering in bewegingsenergie?

Slide 33 - Open question

Par. 8.6 Veiliger botsen
Voorbeeld: een auto die optrekt of versnelt (samen)
Een auto met een massa van 900 kg trekt op. Na 4,0 heeft de auto 18 m afgelegd en is hij versneld naar een snelheid van 9,0 m/s. (De versnelling is dus 2,25 m/s2.)

1] Bereken de arbeid uit de resulterende kracht:
𝑊=𝑚∙𝑎∙s=900∙2,25∙18=36 450 J
2] Bereken de verandering in bewegingsenergie;
Δ𝐸𝑘𝑖𝑛 = 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑒2 − 1/2 ∙ 𝑚 ∙ 𝑣𝑏2=1/2 ∙ 900∙ 9,02-1/2 ∙ 900∙ 02=36450 J

Slide 34 - Slide

Par. 8.6 Veiliger botsen
Voorbeeld: een auto die optrekt of versnelt (zelf)
  • Lees het voorbeeld in het boek blz. 115
  • Het verschil is dat de auto nu versnelt, hij heeft dus een beginsnelheid en een eindsnelheid.
  • Eerst wordt de Δ𝐸𝑘𝑖𝑛 berekend. Hierbij moet je zelf de a berekenen.
  • Dan wordt de W berekend (arbeid).. Hierbij moet je zelf de afstand berekenen uit vgem en t.
  • Let op: er staat een foutje in het boek, vb=20 m/s en niet 0 m/s.

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Voorbeeld arbeid 2
Je botst met een snelheid van 10 m/s tegen een muur. De auto heeft een kreukelzone van 30 cm. Hoe groot is de kracht op de auto? De auto heeft een massa van 1500 kg.

ΔEk=W
ΔEk=21m(Δv)2
ΔEk=211500(1020)=75000J

Slide 37 - Slide

Aan het werk, eerste 5 min stil
  • Alsnog doorlezen par. 8.6 - neem het voorbeeld goed door!!
  • Afmaken begrippennet en/of boekopdrachten
  • Maken alle werkboek opdrachten
  • Huiswerk: zorg dat je alle opdrachten van hfd 8 nagekeken hebt en neem dit mee naar de les. Schrijf vragen op

Slide 38 - Slide