§2.5 en §2.6

Hoofdstuk 2: 
Klimaat


§2.5 en §2.6
1 / 13
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Hoofdstuk 2: 
Klimaat


§2.5 en §2.6

Slide 1 - Slide

Lesplanning 
Aanwezigheid, boekencontrole en huiswerkcontrole

Mededelingen:

Uitleg §2.5 en §2.6 

Lees en maak van §2.5 en §2.6 opdracht 15 t/m 20

Lesdoelencheck

Slide 2 - Slide

0

Slide 3 - Video

Lesdoelvragen van deze les
  1. Leg in stappen uit hoe de hadley cell werkt
  2. Met welk begrip kun je een deel van de hadley cell ook aanduiden? 
  3. Wat betekend de afkorting ITCZ?
  4. Waar ontstaat de ITCZ?
  5. Waardoor beweegt de ITCZ zich tussen 23,5 NB en 23,5 ZB?
  6. In welk seizoen is heerst er op Bali het regenseizoen?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Hadley cell en de ITCZ
Stap 1
Hoge instraling zon bij de evenaar, hierdoor is er veel verdamping.
Deze warme vochtige lucht stijgt op. Op evenaar aan het aardoppelvlak ontstaat een lage drukgebied. 

Stap 2
Door de opstijging, koelt de warme vochtige lucht af. Het vocht condenceert waardoor er een wolk ontstaat. wanneer de wolk vol is, dan laat de wolk de druppels vallen, het regent.
Stap 3
De lucht die nu droog en koud is, daalt bij 30 graden noorderbreedte en zuiderbreedte weer richting het aardoppervlak. Hierdoor onstaat daar een hoge druk gebied. 
Stap 4
Je weet nu dat lucht altijd van hoge druk naar lage druk beweegd. Daardoor stroomt er nu een wind van 30 graden noorderbreedte en zuiderbreedte richting de evenaar, dit noem je ook wel de passaat. Op het Noorderlijkhalfrond heet hij de Noordoost passaat. Bij de evenaar komen de passaat winden samen, dit wordt ook wel convergeren genoemd,  noemen ze ook wel de Intertropische convergentie zone (ITCZ)
Stap 3
De lucht die nu droog en koud is, daalt bij 30 graden noorderbreedte en zuiderbreedte weer richting het aardoppervlak. Hierdoor onstaat daar een hoge druk gebied.
Stap 4
Je weet dat lucht altijd van hoge druk naar lage druk beweegd. Daardoor stroomt er nu een wind van 30 graden noorderbreedte en zuiderbreedte richting de evenaar, dit noem je ook wel de passaat. Op het Zuiderlijkhalfrond heet hij de Zuidoost passaat. Bij de evenaar komen de passaat winden samen, dit wordt ook wel convergeren genoemd, noemen ze ook wel de Intertropische convergentie zone (ITCZ)

Slide 6 - Slide

Lage druk
Noordoost passaat
Zuidoost passaat
Hoge druk
Stijgende lucht
Daalende lucht
Lucht vochtig en warm
Lucht droog en koud
Lucht warmt op
Lucht droog en warm
Hoge instraling
Verdamping
Condensering
ITCZ

Slide 7 - Drag question

Moesson
ITCZ
De Intertropische convergentie zone verplaatst volgens de seizoenen. De ITCZ volgt de zon naar het hoogste punt. In deze situatie staat de zon op de kreeftskeerkring. De ITCZ verplaatst zich richting het noorden. De Noordoost passaat draait nu. Hij waait nu van de evenaar af, waardoor er in het deel van Indonesie wat ten noorden van de evenaar een regenseizoen heerst. 
Onze zomer
Onze zomer staat de zon recht boven de kreeftskeerkring, op 23,5 Noorderbreedte. De ITCZ beweegd met de zon mee. Hierdoor draait de passaat en waait van de evenaar af. Wanneer de gedraaide passaat over de zee en richting het land waait ontstaat daar een regentijd, ook wel de moesson genoemd. 
Onze winter
Onze winter staat de zon recht boven de steenbokkeerkring, op 23,5 zuiderbreedte. De ITCZ beweegd met de zon mee. Hierdoor draait de passaat en waait van de evenaar af. Wanneer de gedraaide passaat over de zee en richting het land waait ontstaat daar een regentijd, ook wel de moesson genoemd. 
ITCZ
De Intertropische convergentie zone verplaatst volgens de seizoenen. De ITCZ volgt de zon naar het hoogste punt. In deze situatie staat de zon op de steenbokskeerkring. De ITCZ verplaatst zich nu richting het zuiden. De zuidwest passaat draait nu. Hij waait nu van de evenaar af, waardoor er in het deel van Indonesie, wat ten zuiden van de evenaar ligt een regenseizoen heerst.
Regenseizoen
Droogseizoen
Droogseizoen
Regenseizoen

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Waardoor beweegt de ITCZ zich tussen 23,5 NB en 23,5 ZB
A
Door de passaat
B
Door de zon
C
Door de zee
D
Door de westenwind

Slide 10 - Quiz

Waar zorgt het omdraaien van de passaat voor?
A
Moesson
B
Regenseizoen
C
droogseizoen
D
Passaat

Slide 11 - Quiz

Aan het werk
Wat: Lees en maak van §2.4 en §2.5 opdracht 15 t/m 20

Wanneer: deze les, en wanneer je het niet af krijgt, thuis afmaken! 

Hulp: je tekstboek (Lees goed!)
                 buurman/buurvrouw naast je
                de Bosatlas 

Klaar? maak herhaling/verdieping (kijk studiewijzer) en kijk na!



       

Klaar?: maak herhaling en verdieping (kijk studiewijzer)

Tijd  10 min voor de bel


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video