Verslaving

Themaonderwijs verslaving
Simone Arjaans
Eva van Noort
9 juni 2020
1 / 33
next
Slide 1: Slide
GeneeskundeWOStudiejaar 6

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Themaonderwijs verslaving
Simone Arjaans
Eva van Noort
9 juni 2020

Slide 1 - Slide

Allereerst: heeft iemand vooraf al een leuke vraag of casus in te brengen rondom verslaving?

Slide 2 - Open question

Wat is jullie definitie van verslaving?

Slide 3 - Open question

Waar haal je momenteel je informatie vandaan wanneer een patiënt komt met problematisch middelengebruik/problematisch verslavingsgedrag?

Slide 4 - Open question

Zijn er NHG standaarden over verslaving, zo ja: welke?

Slide 5 - Open question

Behandelen we verslaving in eerste instantie zelf in de HA-praktijk?

Slide 6 - Open question

Vraag je bij sommige patiënten in de spreekkamer wel eens naar middelengebruik? Zo ja welke patiënten?

Slide 7 - Open question

Verslavingen die wij gaan behandelen
- Benzo's
- Alcohol
- Drugs (soft + hard)


Slide 8 - Slide

Definitie verslaving
-DSM V classificatie

-Stoornissen in het gebruik van middelen

-Dit kunnen verschillende middelen betreffen


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Definitie (3)
  • 2-3 criteria: milde stoornis
  • 4-5 criteria: gematigde stoornis
  • 6/>6 criteria: ernstige stoornis

Slide 11 - Slide

Aantallen in NL (NHG)
Normpraktijk :  circa 100 tot 150 patiënten met problematisch alcoholgebruik,  een minderheid is als zodanig bekend
Man : vrouw 3:1

Ongeveer 60% van de patiënten met slapeloosheid als nieuwe klacht krijgt van de huisarts een slaapmiddel voorgeschreven, 36% krijgt meer dan één recept. Na een jaar gebruikt ongeveer de helft van deze patiënten nog het slaapmiddel.

Slide 12 - Slide

Cijfers 2015
deels ruwe schatting!

Slide 13 - Slide

Hoe kun je een eventuele verslaafde herkennen 
  • veelvuldig spreekuurbezoek en een wisselend, onduidelijk klachtenpatroon of onverklaarbare somatische klachten
  • maag-darmproblematiek 
  • psychosociale problemen (op het werk of thuis), vooral in combinatie met slapeloosheid, frequent gebruik van en verzoek om tranquillizers en hypnotica;
  • psychische aandoeningen zoals angststoornissen, depressie of ADHD;
  • collaps, black-outs, regelmatige ongevallen of fracturen;
  • seksuele problemen;
  • aanwijzingen voor huiselijk geweld; 
  • spider naevi of een erythemateus en oedemateus gezicht; alcohol foetor

Slide 14 - Slide

Welke fases kun je onderscheiden in het ontstaan van een verslaving?

Slide 15 - Open question

fases verslaving

Slide 16 - Slide

fases
  • Experimenteren
  • Recreatief gebruik
  • Gewoontegebruik
  • Problematisch gebruik
  • Verslaving

Slide 17 - Slide

In het herstel zijn een aantal fases te onderscheiden, welke?

Slide 18 - Open question

fases van herstel
  1. symptomatisch herstel-->gericht op stoppen gebruik
  2. functioneel herstel--> gericht op participatie
  3. persoonlijk herstel--> gericht op versterken regie/doel in het leven

Slide 19 - Slide

Wat is nodig voor een verslaafde patiënt om van een verslaving af te komen?

Slide 20 - Open question

Antwoord
1) gezondheid
2) een thuis
3) een doel
4) een gemeenschap

Slide 21 - Slide

Behandeling 

Slide 22 - Slide

Behandeling richtlijn bij stoppen met BENZO’s, wat is de rol van de huisarts en wanneer draag je over
- Ontwenningsverschijnselen die optreden bij een stoppoging kunnen de patiënt de indruk geven dat hij het slaapmiddel nodig heeft. 
-  actieve rol van de huisarts gewenst door bestaande chronisch gebruikers te motiveren om te stoppen

- Patiënten die maximaal één standaarddagdosering slaapmiddel per dag gebruiken --> STOPbrief (succes 1/3-1/2 %)
- Patiënten die een hogere dagelijkse dosis gereguleerde dosis reductie methode (bij motivatie)
(succes 1/2)

Slide 23 - Slide

- Het voorschrijven van geneesmiddelen, zoals anti-depressiva, of melatonine ter ondersteuning van het afbouwen wordt niet aanbevolen

 VERWIJZEN:
– patiënten bij wie gereguleerde dosisreductie niet effectief is;

– patiënten met ernstige benzodiazepine verslaving (gebruik van veel hogere dan de gebruikelijke doseringen, snelle toename van gebruik, receptvervalsing, manipulatie voor meer recepten);
– bij het tegelijkertijd bestaan van andere verslavings problematiek 

Slide 24 - Slide

Behandeling richtlijn bij stoppen met ALCOHOL, wat is de rol van de huisarts en wanneer draag je over 
- Kortdurende ondersteuning in de huisartsenpraktijk is mogelijk effectief in het verminderen van alcoholgebruik

- Huisarts en patiënt stellen samen aan de hand van de motivatie en hulpvraag een behandelplan en aanvullende behandelmogelijkheden

- E-mental health bestaat uit online zelftesten en zelfhulpprogramma’s (laagdrempelig +anoniem) --> patienten die niet gemotiveerd zijn voor behandeling in de HA-praktijk of verslavingszorg 

- Medicamenteuze behandeling: thiaminesuppletie  of lorazepam bij (matig) ernstige onthoudingsverschijnselen

Slide 25 - Slide

Medicamenteuze ondersteuning
Thiamine: 
- start met 4 maal daags 25 mg thiamine (ook als de patiënt nog alcohol drinkt) 
- Wanneer oraal niet mogelijk--> 100 mg thiamine IM, tot de patiënt kan overgaan op orale medicatie

Onthoudingsverschijnselen:
- lorazepam 3 dd 1 mg (indien nodig verhogen naar 3 dd 2,5 mg) 
- bij ouderen  of patiënten met een leverfunctiestoornis: lorazepam 3 dd 1 mg;
- indien directe werking is vereist of orale medicatie niet mogelijk is: midazolam 5 mg IM
- bij een insult: diazepam 10 mg rectiole

Slide 26 - Slide

Consultatie en verwijzing
De behandeling is geslaagd als de patiënt zijn behandeldoelen heeft bereikt (controleer de patiënt na een succesvolle behandeling ten minste éénmalig op een terugval) 

Verwijzen:
- op initatief van patient (AA of verslavingszorg/instelling), ambulant werker van verslavingszorg
- Indien patiënt dit niet accepteert, zal de huisarts zelf de begeleiding starten +  proberen te motiveren voor intensievere behandeling.

Slide 27 - Slide

Indicaties voor verwijzing naar een ver- slavingsinstelling zijn:
  • begeleiding/behandeling waarbij meer ondersteuning nodig is dan de huisarts kan bieden; 
  • een ernstige stoornis in het gebruik van alcohol of een stoornis die al vóór het 25e jaar begon;
  • ernstige psychiatrische comorbiditeit
  • zelfverwaarlozing of verwaarlozing van naasten, huiselijk geweld;
  • suïcidegevaar;
  • een onverwerkt negatief life event als oorzaak van het problematisch alcoholgebruik;
  • jongeren met ernstig problematisch alcoholgebruik;
  • een vermoeden of een verhoogd risico op Wernicke-encefalopathie.

Slide 28 - Slide

Behandeling richtlijn bij stoppen met DRUGS, wat is de rol van de huisarts en wanneer draag je over
' Mensen met een stoornis in het gebruik van cannabis, cocaïne, amfetamine, ecstasy of GHB zouden volgens de professionals niet in de huisartspraktijk behandeld moeten worden, maar in principe doorverwezen moeten worden naar de verslavingszorg' - GGZ richtlijnen

Slide 29 - Slide

crisis/spoedeisende situaties 
- GHB:  geen antidotum beschikbaar bij intox!

- conservatief beleid en symptomatisch behandelen, herstel binnen 2-6 uur na inname

- Bij presentatie van een patiënt met een vermoeden op GHB intoxicatie --> eerste stap de patiënt stabiliseren en als tweede te differentiëren tussen een GHB intoxicatie en een acute GHB onthouding (SEH)

Slide 30 - Slide

Opioid intox
- Sedatie, EMV daling, ademdepressie, pinpoint pupillen
- Toediening naloxon: volwassenen 0,1 - 2 mg i.v. Zo nodig herhalen met intervallen van 2-3 min, met een maximum van 10 mg. 
- Als i.v. niet mogelijk is, kan 0,1 -2 mg i.m. gegeven worden. Als 10 mg geen significante verbetering geeft --> andere oorzaak voor de ademhalingsdepressie!!!

Slide 31 - Slide

Benzo intox
- ataxie, lethargie, hypotonie, nystagmus, hypotensie, (reflex)tachycardie en (zelden) bradycardie, ademhalingsdepressie en coma.

- diagnosticum: Flumazenil is een benzodiazepine receptorantagonist die voornamelijk de sedatieve effecten antagoneert

- actief kool

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide