3.3 Frankrijk: Energie in het landschap 24-1-2025

Vandaag 
Nakijken 3.2
Lezen 3.3 
oefenvragen
Huiswerk 3.3
1 / 44
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vandaag 
Nakijken 3.2
Lezen 3.3 
oefenvragen
Huiswerk 3.3

Slide 1 - Slide

Plankton is het hoofdbestanddeel waaruit (...........) bestaat
timer
0:30
A
Steenkool
B
aardolie
C
Aardgas
D
veen

Slide 2 - Quiz

Aardgas wordt geproduceerd bij de vorming van:
timer
0:30
A
Steenkool
B
Olie
C
Beide

Slide 3 - Quiz

Uranium wordt gebruikt bij
timer
0:30
A
Heliumplantages
B
Thermische centrales
C
Winning van goud
D
Kerncentrales

Slide 4 - Quiz

Waterkrachtcentrales komen bij ons minder voor, omdat:
timer
0:30
A
Het gebrek aan fossiele brandstoffen
B
Het gebrek aan reliëf
C
Het gebrek aan platentektoniek
D
Het gebrek aan woonruimte

Slide 5 - Quiz

Waterkrachtcentrales komen bij ons minder voor, omdat:
timer
0:30
A
Het gebrek aan fossiele brandstoffen
B
Het gebrek aan reliëf
C
Het gebrek aan platentektoniek
D
Het gebrek aan woonruimte

Slide 6 - Quiz

Wat doet een land als het zelf te weinig energie produceert?
timer
0:30

Slide 7 - Open question

Wat doet een land als het zelf te vee; energie produceert?
timer
0:30

Slide 8 - Open question

Gas wordt getransporteerd door middel van
timer
0:30

Slide 9 - Open question

Elektriciteit wordt getransporteerd door middel van
timer
0:30

Slide 10 - Open question

In thermische centrales wordt:
A
Fossiele brandstoffen omgezet in elektriciteit
B
Duurzame energiebronnnen omgezet in elektriciteit
C
Elektriciteit wordt omgezet in fossiele brandstoffen

Slide 11 - Quiz

Wat is volgens jou het verschil tussen een waterkrachtcentrale en een getijdencentrale?

Slide 12 - Open question

In de loop der tijd is Nederland:
A
Steeds meer gas gaan gebruiken en steeds minder steenkool
B
Steeds meer steenkool gaan gebruiken en steeds minder gas

Slide 13 - Quiz

In de loop der tijd is Frankrijk:
A
Steeds meer kernenergie gaan gebruiken en steeds minder aardolie
B
Steeds meer aardolie gaan gebruiken en steeds minder kernenergie

Slide 14 - Quiz

Wat zijn uitputbare energiebronnen?
A
Energiebronnen die maar één keer gebruikt kunnen worden
B
Energiebronnen die niet op kunnen raken

Slide 15 - Quiz

Wat zijn de nadelen van het gebruik van fossiele brandstoffen?

Slide 16 - Open question

Wat zijn hernieuwbare energiebronnen?
A
Groene energie met minder CO2
B
Energie die niet opraakt
C
Grijze energie met veel vervuiling
D
Energie die eindig is

Slide 17 - Quiz

Noem drie duurzame energiebronnen en geef aan hoe ze werken.

Slide 18 - Open question

Wat zijn de nadelen van deze energiebronnen?

Slide 19 - Open question

Wat is geen duurzame energie?
A
Zonne-energie
B
Bodemwarmte
C
kernenergie
D
Windenergie

Slide 20 - Quiz

Hieronder staan vier energiebronnen die in Nederland worden gebruikt. Zet ze in de volgorde van de energiebron die het meest wordt gebruikt tot de energiebron die het minst wordt gebruikt. 
1
2
3
4
Biomassa
Fossiele energie
Windenergie
Zonne-energie

Slide 21 - Drag question

DUURZAME ENERGIE
Kies de juiste stelling
A
Duurzame energie raakt ook wel eens op
B
Duurzame energie wordt het meest gebruikt
C
Duurzame energie wordt niet veel gebruikt omdat het te duur is
D
Geothermische centrales wekken stroom op door wind

Slide 22 - Quiz

Aardolie is ontstaan uit?
A
plantenresten
B
diertjes
C
zand
D
dino's

Slide 23 - Quiz

Wat is de juiste volgorde?
A
Veen - bruinkool - steenkool
B
steenkool - veen - bruinkool
C
Bruinkool - veen - steenkool
D
Steenkool - bruinkool - veen

Slide 24 - Quiz

Nederlandse energie is vooral afhankelijk van...
A
Fossiele brandstoffen
B
Windkracht
C
Kernenergie
D
Zonne-energie

Slide 25 - Quiz

Water speelt in Frankrijk een grote rol voor het opwekken van energie. Op welke manier?
A
Waterkrachtcentrales, dijken, getijdencentrales
B
Waterpompen, dijken en gemalen
C
Waterkrachtcentrales, stuwdammen, getijdencentrales
D
Waterpompen, stuwdammen, gemalen

Slide 26 - Quiz

Fossiele brandstoffen zijn onder andere: (meerdere antwoorden goed)
A
Steenkool
B
Aardgas
C
Aardolie
D
Klei

Slide 27 - Quiz

Vorige les
Je weet aan wat voor soort energie Frankrijk doet

Slide 28 - Slide

Leerdoel deze les
- Je weet hoe Frankrijk aan fossiele brandstoffen komt.
- Je kunt uitleggen wat de voor- en nadelen van de Franse kernenergie zijn.
- Je weet welke rol waterkracht speelt in de Franse energievoorziening.

Slide 29 - Slide

Leerdoel 1
Je weet hoe Frankrijk aan fossiele brandstoffen komt.

Slide 30 - Slide

Eigen fossiele energie
Kijk op de kaart links.

Hoeveel fossiele energie heeft Frankrijk zelf?

Slide 31 - Slide

Import
Net zoals Nederland veel import van gas en olie.
Import vooral in Marseille en Le Havre, daar wordt het ook gereed gemaakt (olieraffinaderij)
Import van gas uit Noorwegen

Slide 32 - Slide

LNG
Geen import van gas meer uit Rusland en Algerije. Daarom focus meer op LNG. 
Er zijn daar 4 terminals voor nodig.
Huishoudens vooral gasflessen of elektriciteit.

Slide 33 - Slide

Nadelen
Gestart ermee sinds oliecrisis jaren '70. Nadelen:
- kost veel geld en bouw duurt lang (zo'n 10 jaar)
- onderhoud is nodig
- koelwater (wordt schaarser)
- langdurig afval

Slide 34 - Slide

Voordelen
- Er komt geen CO2 bij vrij, dus het zorgt voor het behalen van klimaatdoelen.
- 70% van de Franse energie is kernenergie

Slide 35 - Slide

Leerdoel 3
Je weet welke rol waterkracht speelt in de Franse energievoorziening.

Slide 36 - Slide

Waterkracht
Bekijk de kaart.

Waar liggen de meeste waterkrachtcentrales en waarom daar?

Slide 37 - Slide

Waterkracht
>2000 waterkrachtcentrales in de Franse rivieren. 10% stroom.
Vooral in gebieden met veel hoogteverschil
Hebben wel invloed op de natuur (bouw, stuwmeer loopt vol, ecosysteem)

Slide 38 - Slide

Toetsvraag
15 K (1p) (3.3)
Import van olie en gas
Frankrijk moet veel olie en gas importeren uit het buitenland.
Geef hiervoor een natuurlijke verklaring.

Slide 39 - Slide

Antwoord
15 K 1p Frankrijk heeft zelf weinig olie- en gasvoorraden

Slide 40 - Slide

Toetsvraag

20 I (2p) (3.3)
Gebruik bron 6.
De herkomst van LNG voor Frankrijk verschilt sterk van die van aardgas uit pijpleidingen.
Waarin verschilt de herkomst van LNG in vergelijking met ander aardgas en geef hiervoor een verklaring.
Bron 6: herkomst van LNG voor Frankrijk


Slide 41 - Slide

Antwoord 
 - Aardgas komt vanuit landen die (relatief) dichtbij liggen vanwege de pijpleidingen (1p)
- LNG kan met schepen vanuit de hele wereld worden vervoerd (1p)

Slide 42 - Slide

Vragen? :-)

Slide 43 - Slide

Aan de slag:
LB blz 90-93
Maak nu in je werkboek: 
opdracht 1 t/m 6


Huiswerk: afmaken van de opdrachten

Slide 44 - Slide