2.1 Sparen en beleggen

Sparen en beleggen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Sparen en beleggen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

In deze les...
- Herhaling hoofdstuk 1 en 3
- Waar loop je tegenaan bij het leren?
- Sparen en beleggen
- Afsluiting

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Waarom is een mobiel alternatief aanwendbaar?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Naast prijs hebben ook ander factoren invloed op het aanbod van een product, benoem deze.

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Vragen voor de toets

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Na deze les ken/kun je
- begrippen rond sparen en rente
- Het bereken van enkelvoudige en samengestelde rente
- Begrippen beleggen en rendement

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Waar spaar jij voor?

Slide 7 - Mind map

Benoemt de leerling een doelmotief, zekerheidsmotief of een vermogensmotief?

Slide 8 - Link

This item has no instructions

Enkelvoudige rente
Bij enkelvoudige rente krijg je altijd rente over hetzelfde vaste bedrag van je spaarrekening.



Slide 9 - Slide

Bij enkelvoudige rente krijg je jaarlijks hetzelfde bedrag aan rente van de bank, mits het spaarbedrag en het rentepercentage gelijk blijft. De rente wordt dan niet bij het spaarbedrag bijgeschreven, maar gestort op een betaalrekening i.p.v. op je spaarrekening. 
Enkelvoudige rente
Je hebt €400,- op je spaarrekening staan en je krijgt ieder jaar 2,0% rente van de bankt

Na 1 jaar: 0,02 x 400 x 1 = € 8,-
Na 2 jaar: 0,02 x 400 x 2 = € 16,-
Na 3 jaar: 0,02 x 400 x 3 = € 24,-

(0,02 x 400 = € 8,- ||| 8 x 3 = € 24,-)

Slide 10 - Slide

Bij enkelvoudige rente krijg je jaarlijks hetzelfde bedrag aan rente van de bank, mits het spaarbedrag en het rentepercentage gelijk blijft. De rente wordt dan niet bij het spaarbedrag bijgeschreven, maar gestort op een betaalrekening i.p.v. op je spaarrekening. 
Je hebt € 2.800 op je spaarrekening. Je ontvangt 1,6% rente. Hoeveel rente heb je dan na 3 jaar?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Samengestelde rente
Dit is wanneer je ontvangen rente op de spaarrekening laat staan. In het volgende jaar krijg je rente op het bedrag wat je op je spaarrekening hebt gezet plus de bijgeschreven rente van de voorgaande jaren.

Slide 12 - Slide

Leg dit uit stapgewijs op het white board

Samengestelde rente
Je zet € 10.000 op je spaarrekening waarop je 5% samengestelde rente per jaar opvangt:

Na 1 jaar: 1,05 x € 10.000 =  € 10.500
Na 2 jaar: 1,05 x 1,05 x € 10.000 = € 11. 025
Na 3 jaar 1,05³ x €10.000 =  € 11.576,25

Slide 13 - Slide

Leg dit uit stapgewijs op het white board

Je zet € 10.000 op je spaarrekening waarop je 5% samengestelde rente per jaar opvangt. Welk bedrag staat er na 10 jaar op de rekening?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Beleggen
- Obligaties (rente vergoeding)
- Aandelen (dividend)

Wat is het verschil?

- Rendement

Slide 15 - Slide

Nominale waarde: er wordt geen rekening gehouden met de inflatie.
Huiswerk 12 okt
Af 2.1 en 2.2

Succes met de toets!

Slide 16 - Slide

This item has no instructions