VEVA-NL-les4

We gaan beginnen!
timer
1:00
1 / 22
next
Slide 1: Slide
ECM-contentMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

We gaan beginnen!
timer
1:00

Slide 1 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Wat heb je de vorige les geleerd?

Slide 3 - Mind map

Lesdoel
Aan het einde van de les:
  1. Kun je zinnen ombouwen van lijdend naar actief.
  2. Weet je de conventies van een zakelijke brief.
  3. Heb je de opdracht ingeleverd in teams.
  4. Volgende les is de brief aan de minister af.

Slide 4 - Slide

lijdende vorm
  • In een lijdende zin is het onderwerp niet actief.  (wie of wat?)
  • Het ondergaat slechts een handeling en laat zich dus als het ware gebruiken.
  • De schrijver verschuilt zich achter een brij van woorden...

'Er wordt om negen uur een ronde van ontslaggesprekken gehouden.' of...'Ik houd om negen uur ontslaggesprekken'

Slide 5 - Slide

lijdende vorm soms nuttig
De chimpansee Herman werd ontvoerd uit de armen van zijn moeder en verkocht in een oranje krat voor vijfentwintig dollar. Hij werd een oceaan over gevlogen, opgesloten in een kooi en afgericht om imperfecte liefde van vreemden te ontvangen.  

Slide 6 - Slide

woordsoorten
werkwoorden:
Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat er wordt gedaan (doe-woorden). Werkwoorden kunnen in een zin de handeling aangeven.

Voorbeelden:
dansen, lachen, lopen, fietsen, schreeuwen, zitten, hangen etc.

Slide 7 - Slide

hulpjes van de werkwoorden

hulpwerkwoorden                                                                werkwoorden
  • zijn..................................Wij zijn gevallen.                       vallen
  • willen.............................Wij willen dansen.                     dansen
  • worden..........................Wij worden geleefd.                 leven
  • kunnen..........................Wij kunnen goed dansen.      dansen
  • zullen.............................Wij zullen overleven.                overleven
  • proberen.......................Wij proberen te sporten.        sporten

Slide 8 - Slide


Hoeveel hulpwerkwoorden zitten er in deze zin:

Wij zullen proberen om samen gezond te zijn.



A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 9 - Quiz


Ik eet een appel die net van de boom viel.



A
Deze zin heeft 1 hulpwerkwoord.
B
Deze zin heeft 2 hulpwerkwoorden.
C
Deze zin heeft 3 hulpwerkwoorden.
D
Deze zin heeft geen hulpwerkwoorden.

Slide 10 - Quiz

Er zal voor alle aanwezigen een gratis consumptie zijn.
A
1 hulpwerkwoord
B
o hulpwerkwoord
C
2 hulpwerkwoorden
D
3 hulpwerkwoord

Slide 11 - Quiz

Er zal voor alle aanwezigen een gratis consumptie zijn.

Slide 12 - Open question

Zoeken en ombuigen
De zoekfunctie in Word 'word of zijn'

VOORBEELD OMBUIGEN:
De afwas wordt razendsnel gedaan. Theo en Thea hebben haast.
Door wie wordt de afwas gedaan? Door Theo en Thea.
Theo en Thea doen snel de afwas. Ze hebben haast.

Slide 13 - Slide

Zoeken en ombuigen
De walvis werd gevangen door een man in een roeiboot.


Door wie wordt de walvis gevangen?


Een man in een roeiboot ving de walvis.

Slide 14 - Slide

De dames worden lastig gevallen door de jongens.

Slide 15 - Open question

De show zal door Edwin gepresenteerd worden.

Slide 16 - Open question

Lola wordt door een taxi naar huis gebracht

Slide 17 - Open question

Afvinklijst
De volgorde van deze onderdelen kan bijvoorbeeld zijn:
1. afzender
2. geadresseerde
3. plaats en datum
4. betreft: ….
5. aanhef
6. brieftekst
7. slotformule
8. ondertekening
9. bijlagen (als deze bijgevoegd zijn)
10. kopie kst

Slide 18 - Slide

Aan de slag!
  1. Maak eerst de opdracht in teams (deadline is vandaag!)
  2. Ga daarna verder aan je brief voor de minister

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Hoe nu verder?
  • Klaar met de eerste versie?
  • Deel je artikel in de chat met je maatje
  • Geef elkaar feedback 
  • Pas je eerste versie aan
  • Ga zelfstandig verder aan opdracht 2.
  • Succes!

Slide 21 - Slide

feedback geven
  1. Inleiding, kern slot
  2. Inhoud sluit aan bij de doelgroep
  3. Duidelijke indeling met alinea's en tussenkopjes
  4. Spelling en interpunctie
  5. Actief geschreven (hulpwerkwoorden eruit halen )
  6. aantrekkelijke lay out (plaatjes, kleuren indeling)

Slide 22 - Slide