Les 3 BZT

• NT2
• MBO
• Studiejaar 1

Les 3 BZT 18 januari

Programma:

1 Aanmelden studiemeter + instaptoets 

Hoe is dit gegaan?

Verder: veel zelf oefenen

Lezen: onderwerp – hoofdgedachte - leesstrategie -
moeilijke woorden - samenvatten  -
beeldspraak herkennen

-

Een tekst lezen

- onderwerp en hoofdgedachte
- doel, publiek en tekstvorm

Doel van de schrijver:

de schrijver heeft altijd een doel. Hij wil iemand informeren, instrueren, overtuigen, amuseren.

De schrijver kent zijn publiek. Voor wie schrijft hij? Voor volwassenen, collega’s, leidinggevenden, jongeren eetc.

Vaak kun je het doel al raden als je naar de tekstvorm kijkt. Die horen bij elkaar. Vaak heeft een tekst meerdere doelen.

Politie doet inval in illegaal geopend café in Leeuwarden, 15 mensen beboet

16 januari 2021 22:42

doel	tekstvorm
informeren	standaardformulier informatief artikel nieuwsbericht teksten van internet notitie infographic schematische informatie
instructie geven	recept gebruiksaanwijzing aanwijzingen bijsluiter van medicijnen brochure (van instanties)
mening geven/overtuigen	betoog meningvormend artikel ingezonden brief column recencie
tot handelen aanzetten/overhalen	reclame folder (overhalen om ergens lid van te worden)
amuseren	roman stripverhaal
gevoelens oproepen/uitdrukken	gedicht songtekst

Wat is het onderwerp van deze tekst?

Wat is de hoofdgedachte van deze tekst?

Wat is het doel van deze tekst?

1. mening geven/ overtuigen
2. instructie geven
3. informeren

Wat is de tekstvorm van deze tekst?

1. Informatief artikel
2. Nieuwsbericht
3. Meningvormend artikel
4. Notitie

Leesstrategie

- verkennend lezen

- intensief lezen

- zoekend lezen

Het examen duurt 90 minuten. Je moet efficient met je tijd omgaan. Daarom is het van belang strategisch te lezen. Je hoeft niet altijd alles te lezen om een vraag goed te kunnen beantwoorden. Als je informatie zoekt in een schema bijvoorbeeld, hoef je de tekst niet te verkennen. Je begint direct met zoekend lezen. Je let op opvallende woorden, cijfers en tussenkopjes. Als je denkt dat je in het gedeelte bent waar het juiste antwoord staat, dan lees je dat intensief.

Moeilijke woorden

- kijk naar het woord zelf

- kijk naar de rest van de tekst

- gebruik het woordenboek

Uit hoeveel botten bestaat het menselijk lichaam

1. 190
2. 197
3. 203
4. 206

Wat is het meest gebroken bot?

1. pols
2. sleutelbeen
3. teen
4. enkel

Samenvatten

1 Lees de alinea's die je moet samenvatten intensief

2 Zoek in elke alinea naar de hoofdzaak (meestal de kernzin)

3 Geef zelf antwoord op de vraag

Beeldspraak herkennen

Letterlijk en figuurlijk
Steven heeft de bloemetjes buiten gezet.
Dat is een pleister op een houten been.

Overdrijven

ik ben in een tel terug

Ironie: het tegenovergestelde

Het was een makkie

Sarcasme: bijtende spot
Je bent helemaal klaar voor The Voice of Holland

De appel valt niet ver van de

1. boom
2. brug
3. toren
4. struik

Het komt voor de

1. smid
2. slager
3. bakker
4. winke;

In goede _____________ vallen.

1. kuil
2. aarde
3. stof
4. zand

Een deskundige (inschakelen)

1. in de arm nemen
2. in de hand nemen
3. de hand reiken
4. polsen

Lees de tekst 'Vaccinaties begonnen'

Lees de tekst

en maak de vragen 1/tm7

We bespreken de antwoorden gezamenlijk in de les.

Huiswerk

-Studiemeter: 2F/lezen/opbouwopdrachten
Tekstsoort
Tekstdoel
Verkennend en globaal lezen
-Theorie: Lezen 'Samengevat'

EINDE LES

Bedankt voor jullie aandacht en tot volgende week!
Fijne dag!