Les 3 (extra uitleg; differentiëren) Spelling 1A

Les 2, Spelling
werkwoorden
1 / 38
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Les 2, Spelling
werkwoorden

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
- Werkwoordspelling
- Op je eigen niveau......!
- Dus zelfstandig werken of juist extra uitleg en oefenen
- Afsluiting les

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
1) ik ken de regels voor de verleden tijd van ww en kan deze toepassen
2) ik ken de regels voor het spellen van een voltooid en onvoltooid deelwoord en kan deze toepassen
3) ik ken de regels voor deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord en kan deze toepassen

Slide 4 - Slide

Hoe gaan we lesdoelen bereiken?
De klas wordt ingedeeld in drie groepen zodat iedereen op zijn/haar eigen tempo kan werken

Slide 5 - Slide

Onthoud je groep!
Groep 1: Bent, Sam, Jamilla, Akraam, Jura, Luna, Serhat, Noah, Nicolas en Faraz
Groep 2: Danish, Casper, Ayoub, Wouter, Elif, Kamilia, Hasan en Bunney, 
Groep 3: Kayano, Abdelmajid, Dyanne, Felicia en Gijs, Thijmen en Hasan

Slide 6 - Slide

Indeling klas
Jullie hebben 1 minuut!
Groep 1: links vanaf het bord
Groep 2: midden
Groep 3: rechts vanaf het bord
timer
1:00

Slide 7 - Slide

Groep 3
Jullie gaan zelfstandig aan de slag met de stof. 
SCHRIJF OP!
H3: opdracht 2 en  3
 H4: opdracht 2 tot en met 5 
 H5: opdracht 2 tot en met 5
Vragen? Help elkaar.

Slide 8 - Slide

En groep 2 & 3?
Groep 2: uitleg en zelf aan de slag
Groep 3: uitleg en samen oefenen

Slide 9 - Slide

Extra uitleg
We gaan de theorie herhalen over de verleden tijd van ww, voltooid en onvoltooid deelwoord en deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord

Slide 10 - Slide

Persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)
Hoe spel je de persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)? 


Slide 11 - Slide

Pv vt zwakke ww
  1. Pv? Ja!
  2. Tegenwoordige tijd of verleden tijd? Vt!
  3. Sterk of zwak ww? Zwak!
  4. Stam van ww (= hele ww -en) > zit de laatste letter in 't sexy fokschaap? + te(n)

Slide 12 - Slide

Verleden tijd sterke werkwoorden
Bij sterke werkwoorden veranderd de klinker in de verleden tijd en eindigt het voltooid deelwoord op -en.


Lezen
Las
Gelezen
Blazen
Blies
Geblazen
Eten
At
Gegeten
Kijken
Keek
Gekeken

Slide 13 - Slide

Persoonsvorm verleden tijd - sterke werkwoorden

  • Veranderen in de verleden tijd van klank

  • Eigen vorm (uit je hoofd leren! geen regels)

Slide 14 - Slide

 voltooid of onvoltooid deelwoord?
Voltooid deelwoord
het is al gebeurd
De deur is geverfd.
Onvoltooid deelwoord
het is nog gaande
Marie reist zeilend de wereld over.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Regels od en vd
Od: hele werkwoord plus -d-
Zingend liep zij naar huis.
Vd: van zwakke werkwoorden eindigt meestal op -en-
Vd van sterke ww: gebruik 't ex-fokschaap!

Slide 17 - Slide

Vd als bn
Van een vd kun je ook een bn maken.
Hoe schrijf je een vd als bn?
Kijk naar de volgende slide en bedenk wat je opvalt.

Slide 18 - Slide

infinitief
voltooid deelwoord
bijvoeglijk naamwoord
mesten
Het veld is gemest.
Het gemeste veld
huren
het huis is gehuurd.
het gehuurde huis
doden
het dier is gedood.
het gedode dier
redden
Het hert is gered.
Het geredde hert
lopen
De route is gelopen
De gelopen route
Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Slide 19 - Slide

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Slide 20 - Slide

samenvatting
Voltooid deelwoord
het is al gebeurd
De deur is geverfd.
Onvoltooid deelwoord
het is nog gaande
Marie reist zeilend de wereld over.
Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord
De fiets is gerepareerd ->

De gerepareerde fiets

Slide 21 - Slide

Aan de slag groep 2!

Groep 2: Danish, Casper, Ayoub, Wouter, Elif, Kamilia, Hasan en Bunney
H3: opdracht 2 en 3
 H4: opdracht 2 tot en met 5
 H5: opdracht 2 tot en met 5
Vragen? Help elkaar.

Slide 22 - Slide

Groep 1: samen oefenen

Slide 23 - Slide

Maak een zin(in de verleden tijd) met het werkwoord juichen.

Slide 24 - Open question

Vervoeg het werkwoord kuchen in de verleden tijd.

Slide 25 - Open question

Maak een zin in de verleden tijd met het werkwoord:
vriezen

Slide 26 - Open question

Maak een voltooid of onvoltooid deelwoord van het werkwoord.
3. Het bedrijf werd ... . (reorganiseren)

Slide 27 - Open question

Voltooid of onvoltooid deelwoord?
Hun ogen (uitkijken) banen zij zich een weg door de menigte.

Slide 28 - Open question

Geef zowel het voltooid als onvoltooid deelwoord aan van lozen

Slide 29 - Open question

Wat is de regel als je het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt?

Slide 30 - Open question

Spieken
- voltooid deelwoord
- onvoltooid deelwoord

Slide 31 - Open question

Hoe schrijf je het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord in deze zin...
Een (bevrijden) man

Slide 32 - Open question



Het winkelcentrum is verbouwd.
Het _____ winkelcentrum.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 33 - Open question



De foto is vergroot.
De _____ foto.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 34 - Open question



De vogel is opgezet.
De _____ vogel.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Slide 35 - Open question

Lesdoelen
1) ik ken de regels voor de verleden tijd van ww en kan deze toepassen
2) ik ken de regels voor het spellen van een voltooid en onvoltooid deelwoord en kan deze toepassen
3) ik ken de regels voor deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord en kan deze toepassen

Slide 36 - Slide

Ik vond deze les 
vul je mening in

Slide 37 - Mind map

Fijne vakantie!!

Slide 38 - Slide