Verder H4.7

Welkom bij 4.7 grammatica
HERHALEN:
alle woordsoorten van 2.7

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom bij 4.7 grammatica
HERHALEN:
alle woordsoorten van 2.7

Slide 1 - Slide

Programma
Nieuwe woordsoorten herhalen

Oefenen

Aan de slag

Slide 2 - Slide

Welke twee nieuwe voornaamwoorden hebben we maandag geleerd?

Slide 3 - Open question

Wat zijn de 4 belangrijkste aanwijzende voornaamwoorden?

Slide 4 - Open question


Ik heb die tas van haar gekregen.
Wat is hier het av (aanwijzend vnw.)?

Slide 5 - Open question

Die tas.
Is 'die' bijvoeglijk of zelfstandig?

Slide 6 - Open question

Bijvoeglijk: die tas (er staat een zn achter)

Zelfstandig: Dat staat je goed! (er staat geen zn achter)

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

  • lidwoord
  • bijvoeglijk naamwoord
  • zelfstandig naamwoord
  • voorzetsel
  • hulpww en zelfstandig ww
  • persoonlijk voornaamwoord
  • bezittelijke voornaamwoord
  • aanwijzend voornaamwoord
  • vragend voornaamwoord
  • hoofd- en rangtelwoord
  • aanwijzend voornaamwoord
  • vragend voornaamwoord  
  • lidwoord (lw)
  • bijvoeglijk naamwoord (bn) 
  • zelfstandig naamwoord (zn) 
  • voorzetsel (vz) 
  • hulpww en zelfstandig ww ( hww en zww)
  • persoonlijk voornaamwoord (psv) 
  • bezittelijke voornaamwoord (bzv) 
  • aanwijzend voornaamwoord (av) 
  • vragend voornaamwoord (vrv)
  • hoofd- en rangtelwoord (htw en rtw)
afkortingen van de woordsoorten

Slide 10 - Slide

Oefenzinnen: benoem alle woordjes van de zin.
1. Welke verprutste kleding heb jij aan je vriendin gegeven?
2. Geef mij die ingeschonken koffie van haar. 
3. Wie heeft de zesde versierde marktkraam neergezet?
4. Wat voor een versierde jas is dat? 
5. Deze gebakken taart is voor jullie ouders. 
6. Ik heb veel gesproken teksten vertaald voor onze docent. 
lw
zn
bn
hww
zww
 vz
psv
bzv
av
vrv
htw 
rtw 
timer
1:00

Slide 11 - Slide

Antwoorden ZIN 1.
Welke verprutste kleding heb jij aan je vriendin gegeven?
Welke = vrv                                          vriendin= zn
verprutste= bn                                   gegeven= zww
kleding= zn
heb= hww
jij= psv
je= bzv

Slide 12 - Slide

Aan de slag
H4.7
kgt: 9 t/m 11, 14
mavo: 10 t/m 12, 15

GEBRUIK JE SCREENSHOTS BIJ DE OPDRACHTEN!
timer
1:00

Slide 13 - Slide