02 VWO2 les 2 pag. 34 t/m 40

• Godsdienst
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

godsdienst VWO2

21 november 2025

Voor vandaag...

- lezen de pagina's 34 tot en met 40

- maken de opdrachten 10 t/m 12

Voor déze les

• Werk in déze les zelfstandig en in eigen tempo 
• Lever de gevraagde opdrachten in via de fotovragen
• Zorg ervoor dat je álle vragen hebt beantwoord aan het eind van déze les!!!

Bespreken Proefwerk Periode 1

Stuur alle opmerkingen via Magister mail naar mij toe. Ik kijk er dan zorgvuldig naar en pas, waar nodig, de correctie aan!!!

Aan de slag met de les

Het verhaal van Jona...

... en de boodschap voor ons

Terugblik

Waar hebben we het de vorige les over gehad?

Leerdoelen

Hoodstuk 2 paragraaf 4 Jona

Leerdoelen

• Je weet dat Jona profeteert over het recht van God naar mensen
  
• Je weet dat mensen zich moeten verantwoorden voor hun daden
  
• Je leert dat God genadiger en ruimhartiger is dan de mens (profeet Jona)

Opnieuw

Een paar Vragen!

Waarom is Jona woest?

1. Omdat hij buiten de stadsrand moet wachten
2. Hij is niet woest, hij is vooral heel moe.
3. Omdat God Jona's vijanden laat leven
4. Hij wil geen profeet meer zijn.

Hoe zorgt God dat Jona toch naar Ninevé gaat?

1. hij stuurt een zware storm
2. hij laat Jona in zee gooien
3. hij stuurt een grote vis
4. alle opties zijn waar

Waarom deed God zoveel moeite om Jona naar Ninevé te krijgen?

1. hij wilde Jona een tweede kans geven
2. hij wilde dat de mensen daar in hem zouden geloven
3. hij wilde de mensen van Ninevé heel graag straffen
4. hij wilde de mensen van Ninevé heel graag redden

Wat doet Jona als hij naar Ninevé moet gaan?

1. hij gaat gelijk op weg
2. hij vlucht de andere kant op
3. hij gaat er naartoe, maar via een andere route

Wat is de betekenis van het verhaal van Jona?

1. God doet soms een wonder om iemand te redden
2. God wil slechte mensen altijd vergeven als ze berouw hebben
3. Het leven van mensen en dieren is belangrijker dan in de schaduw zitten

Wat doet Jona als God hem roept om naar Ninevé te gaan?

1. hij gaat meteen op pad
2. hij gaat er wel heen, maar met een omweg
3. hij verstopt zich onder in een boot
4. hij vlucht de andere kant op

Filmpje Jona

Kijk het filmpje van Jona op de volgende slide

Jona

• God heeft recht op alle mensen
  
• Profeteren tegen Assyrische aartsvijand in Ninevé

Het verhaal van Jona,

zelfstandig werken.

Zoek het verhaal van Jona op: https://www.basisbijbel.nl/boek/jona/1

'Jona' is een klein Bijbelboek met een  spannend verhaal. 

Je gaat dit lezen. Maak daarna een korte samenvatting van dit Bijbelverhaal  en lever dit vóór het eind van de les in via de Magister opdracht.

Waarom wil Jona niet naar Ninevé gaan?

1. hij vindt het niet nodig
2. de mensen daar zijn vijanden
3. hij wil die mensen niet waarschuwen

Waarom luisterden de mensen van Ninevé naar Jona? Hoe zag hij er uit?

1. als een profeet
2. als een joodse man
3. als een zombie
4. als een buitenlander

Mijlpalen in het verhaal van Jona: 

• Jona vertelt Gods boodschap aan de mensen in Ninevé en iedereen bekeerd zich (van koning tot koe). Jona wordt echter boos wanneer God de stad spaart;
• Jona wacht buiten de stad op Gods oordeel, maar God leert in plaats daarvan Jona een les over genade. Het verhaal kent een open einde.

Wat je leert over Jona?

• Je leert dat Jona profeert over het recht van God op mensen
• Je leert dat mensen zich moeten verantwoorden tegenover God
• Je leert dat God genadiger en ruimhartiger is dan de mens (profeet Jona)

Jona was boos op God;

1. Omdat Hij de Assyriërs wilde straffen
2. Omdat Hij de Assyriërs wilde sparen
3. Omdat Hij de Assyriërs meer liefhad dan de Joden
4. Omdat Hij de Assyriërs niet waarschuwde

Wat is de boodschap van het verhaal van Jona?

1. God doet soms een wonder om iemand te redden
2. God wil veel liever redden dan straffen
3. mensenlevens zijn belangrijker dan in de schaduw zitten
4. denk altijd goed na voordat je boos wordt op God

Waarom wil Jona niet naar Ninevé gaan?

1. hij vindt het niet nodig
2. de mensen daar zijn vijanden
3. hij wil die mensen niet waarschuwen
4. alle drie zijn waar