Oefentoets P3 deel 1

Oefentoets LE 6, 7 en 10
We gaan eens kijken wat jullie weten. 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
LSB L&LMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Oefentoets LE 6, 7 en 10
We gaan eens kijken wat jullie weten. 

Slide 1 - Slide

Wat moet je kunnen/ kennen?
Voor deze toets moet je de definities en rijtjes kennen maar je moet het ook kunnen toepassen. 
Dan krijg je een situatie te zien waarbij jij de kennis toepast.  

Slide 2 - Slide

Wat heb je nodig ? 

- Portfolio 1,5m Les
- boek hoofdstuk 6 en 7 

Slide 3 - Slide

Leereenheid 6
Bewegingsvormen

Slide 4 - Slide

Wat zijn de functies van bewegingsvormen?
A
Ontspanning en recreatie
B
Maatschappelijke activering
C
Ontwikkeling sporttechniek en sporttactiek
D
Stimulering van bewegingsvaardigheden

Slide 5 - Quiz

Welke functie heeft de bewegingsvorm als jij op de BSO een tikspel gaat doen?
A
Ontspanning en recreatie
B
Maatschappelijke activering
C
Ontwikkeling sporttechniek en sporttactiek
D
Stimulering van bewegingsvaardigheden

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Aan welke 3 didactische eisen moet een bewegingsvorm voldoen? (denk aan het model van (van Gelder)

Slide 8 - Open question

Bewegingsvorm 1,5 M 
Pak de bewegingsvorm er bij die je gaat behandelen in de kern van jouw 1,5m LVF. Hier gaan de volgende vragen over. 

Slide 9 - Slide

Geef aan waarom de bewegingsvorm in de kern van jouw les voldoet aan de didactische eisen.

Slide 10 - Open question

Geef aan waarom jouw oefening voldoet aan de eisen die gesteld worden aan een bewegingsvorm. Er zijn 6 eisen.

Slide 11 - Open question

Wat houdt BHU in? Waarom doe je dit?

Slide 12 - Open question

Op welke 2 manieren kan je differentiëren?
A
Inhoudelijk en op arrangements niveau
B
Je kunt niet op 2 manieren differentiëren.

Slide 13 - Quiz

Herhalen bal over werpen waarbij zij een driehoek maken van de vingers
Schieten op de korf, waarbij de afstand naar de korf groter wordt als je raakt schiet
Lay up vanuit stilstand naar lay-up uit dribbel
Dribbelvorm in rustig tempo naar een dribbelvorm in zo'n hoog mogelijk tempo. 
Zet het juiste algemeen methodisch principe bij het daarbij passende voorbeeld
BV sluit aan bij bekende en beheerste BV's
BV zijn geleidelijk oplopend in moeilijkheidsgraad
BV kennen een opbouw van enkelvoudig naar meervoudig.
BV nemen in moeilijkheid toe op basis van verandering op arrangementsniveau en/of leervoorstelniveau

Slide 14 - Drag question

Geef een voorbeeld van een deel-methodische oefening

Slide 15 - Open question

Wat is een methodisch didactische hulpmiddel?
A
filmbeelden van een perfect voorbeeld
B
Pylon om aan te geven waar ze naar toe moeten.
C
Een korf om met voetbal naar te mikken.
D
Een kast om een barani aan te leren.

Slide 16 - Quiz

Leereenheid 7
Didactische werkvormen

Slide 17 - Slide

Welke organisatorische didactische werkvorm heb ik bij de kern gebruikt bij de door mij gegeven les?
A
Vrij werken
B
Werken in groepen
C
Werken in een vast volgorde
D
Klassikaal werken

Slide 18 - Quiz

Waarom kies je voor een vraagvorm bij het herhalen van een techniek?

Slide 19 - Open question

Geef een voorbeeld van tactiele instructie.

Slide 20 - Open question

Wat moet je altijd doen als je gebruik maakt van een fout voorbeeld.

Slide 21 - Open question

Had je veel fout.
Ga leren. 

Voor de volgende les doornemen/ leren LE 7 en LE 10

Slide 22 - Slide