Diabetes

Diabetes mellitus
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Diabetes mellitus

Slide 1 - Slide

Inhoud les
- Voorkennis testen
- Anatomie van het lichaam 
- Wat is diabetes
- Type 1
- Type 2
- Behandeling
- Hyper versus hypo
- Aan de slag, stap 4

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les ben je in staat om:

- Diabetes Type 1 en type 2 te herkennen,
- Symptomen benoemen
- Weet je hoe je moet inspelen op signalen van cliënten bij een hyper of hypo.

Slide 3 - Slide

timer
0:30
Wat weet je al over diabetes?

Slide 4 - Mind map

Wat is de officiële benaming voor suikerziekte?
A
Diabetes Type 1
B
Diabetes Type 2
C
Diabetes Naxon
D
Diabetes Mellitus

Slide 5 - Quiz

Voedingsmiddelen geven ons..
A
energie
B
een vol gevoel
C
overgewicht
D
diabetes

Slide 6 - Quiz

Van veel snoepen krijg je diabetes
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Bij welke van onderstaande antwoorden spreken we van ouderdomsdiabetes?
A
Diabetes type 1
B
Diabetes type 2

Slide 8 - Quiz

Welk type diabetes is insulineafhankelijk?
A
Type 1
B
Type 2

Slide 9 - Quiz

Waar wordt glucose opgeslagen wanneer je dit tijdelijk niet nodig hebt?
A
alvleesklier
B
lever
C
alvleesklier en lever

Slide 10 - Quiz

Welk orgaan maakt insuline aan?
A
alvleesklier
B
milt
C
lever
D
galblaas

Slide 11 - Quiz

Anatomie van het lichaam
Insuline: hormoon dat een rol speelt bij de glucosewaarde. Een tekort of geen aanmaak hiervan, leidt tot diabetes. Wordt aangemaakt in de alvleesklier.

Glucagon: wordt aangemaakt in de alvleesklier. Verhoogt de bloedsuikerspiegel als deze daalt.

Slide 12 - Slide

Hoeveelheid suiker in het bloed
Hormoon dat ervoor zorgt dat glucose wordt omgezet in glycogeen
Ziekte door problemen bij de productie van en/of reactie op insuline
Belangrijkste suiker in het bloed
Hormoon dat glycogeen wordt omgezet in glucose
glucosegehalte
insuline
diabetes
glucose
glucagon

Slide 13 - Drag question

Type 1
- 1 op de 10 mensen heeft type 1
- Lichaam (alvleesklier) maakt helemaal zelf geen insuline meer aan.
- Afweersysteem vernielt cellen die insuline aanmaken

Slide 14 - Slide

Type 2
- Ouderdomsdiabetes in de volksmond
- 9 op de 10 mensen die diabetes hebben
- Lichaam (alvleesklier) maakt gedeeltelijk geen insuline meer aan.
- Teveel suiker in het bloed.
- Meestal is alleen medicatie voldoende, soms insuline spuiten noodzakelijk.

Slide 15 - Slide

Wanneer maakt de alvleesklier helemaal geen insuline meer aan
A
diabetes type 1
B
diabetes type 2
C
bij beiden
D
bij geen van deze antwoorden

Slide 16 - Quiz

Beschrijf een verschil tussen diabetes type 1 en type 2

Slide 17 - Open question

Type 2 krijg je alleen als je ouder dan 65 bent.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Benoem een aantal symptomen waaraan je diabetes kunt herkennen.

Slide 19 - Open question

Gaan de volgende krantenkoppen over diabetes type 1 of type 2?

Diabetes type 1
Diabetes type 2
Nieuwe uitvinding voor kinderen met diabetes: bloedsuiker meten zonder prikken.
Kwartier bewegen per dag verlaagt risico op diabetes.
Meer mensen met diabetes door stijging van de gemiddelde leeftijd. 
Paar kilo afvallen zorgt al voor lager risico op diabetes.

Slide 20 - Drag question

Behandeling
- Genezing nog (niet) mogelijk!

- Gezond eten
- Behandeling met medicijnen
- Behandeling met insuline

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Behandeling

Slide 23 - Slide

Hyper versus hypo
Meten is weten!

Hyper = te hoog
Hypo = te laag

Slide 24 - Slide

Hyper
Bloedsuiker vanaf 10
- veel urineren
- veel dorst hebben en houden
- vermoeid zijn
- plotselinge humeurigheid, snel boos worden
- misselijk zijn of overgeven
- alles voelt vervelend

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Hypo
Bloedsuiker onder de 4:
- zweten
- trillen
- duizelig zijn
- plotseling wisselend humeur (opeens boos worden bijvoorbeeld) ongeconcentreerd zijn
- hoofdpijn
- moe zijn
- hongerig zijn

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide