6.2 bestuiving

Deze les
Nakijken 6.1: inzichtvragen

uitleg 6.2

lezen 6.2 
Maken 1 t/m 8
1 / 50
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Deze les
Nakijken 6.1: inzichtvragen

uitleg 6.2

lezen 6.2 
Maken 1 t/m 8

Slide 1 - Slide

Terugblik

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven wat bestuiving is.
  • Je kunt het verschil benoemen tussen kruisbestuiving en zelfbestuiving.
  • Je kunt de kenmerken noemen van insectenbloemen en van windbloemen. 

Slide 3 - Slide

Door welke stof worden insecten aangetrokken tot een bloem?

Slide 4 - Open question

In de afbeelding is een deel van een bloem met P aangegeven.
Welke functie heeft dit deel van de bloem?
A
het beschermen van de bloem in de knop tegen uitdroging en kou
B
het beschermen van de bloem in de knop tegen hoge temperaturen
C
het aanlokken van insecten
D
het afstoten van insecten

Slide 5 - Quiz

Wat is de functie van een bloem?
A
Groeien
B
Voortplanten
C
Bladeren geven
D
blaadjes laten zien

Slide 6 - Quiz

De ........................... zijn de groene delen van de bloem.

A
Meeldraden
B
Kroonbladeren
C
Zaadbeginsel
D
Kelkbladeren

Slide 7 - Quiz

Meeldraden zijn het .... deel van een bloem
A
mannelijke
B
vrouwelijke

Slide 8 - Quiz

In de afbeelding is een deel van een bloem aangegeven met de letter P.
Hoe heet dit deel van de bloem?
A
Kelkblad
B
Meeldraad
C
Stamper
D
Vruchtbeginsel

Slide 9 - Quiz

Hoe heten deze delen
van de bloem
A
A=kroon B=kelk
B
A=bloemkelk B=bloemkroon
C
A=Kroonblad B=Kelkblad
D
A=Stamper B=meeldraad

Slide 10 - Quiz

Het zaadbeginsel is...
A
vrouwelijk
B
mannelijk

Slide 11 - Quiz

Wat wordt het zaadbeginsel?
A
vrucht
B
zaad

Slide 12 - Quiz

Is dit een insectenbloem?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Wat is geen kenmerk van insectenbloemen?
A
Vaak groot en opvallende kleur
B
Bevatten nectar
C
Ruwe, kleverige stuifmeelkorrels
D
Helmknoppen hangen vaak buiten bloem

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Video

Nectar en honing
Bijen willen graag naar de bloemen voor nectar.
Nectar is een zoete en plakkerige sap.
Bijen maken hier honing van.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Link

6.2 Bestuiving 
Doelstellingen:
Beschrijven wat bestuiving is.
Vormen van bestuiving kunnen aangeven.
Verschil tussen wind- en insectenbloemen kunnen aangeven.

lezen
171 t/m173
timer
10:00

Slide 19 - Slide

Bestuiving
overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op een stempel
van DEZELFDE PLANTENSOORT

zelfbestuiving: bij dezelfde plant
kruisbestuiving: bij een andere plant van dezelfde soort

Slide 20 - Slide

Bestuiving

Bestuiving:

Is het overbrengen van de stuifmeel van een meeldraad op de stempel van een stamper.


Dit kan alleen als het stuifmeel op de stempel komt van DEZELFDE bloemensoort.


Er zijn 2 manieren van bestuiving:

via insecten 

via de wind

Slide 21 - Slide

Bestuiving


Bestuiving = 
Als er stuifmeelkorrels op de stempel terecht komen van de zelfde soort

Bestuiving kan plaatsvinden door: 
  • De wind
  • Insecten (bijen, vliegen, vlinders)
 
Soorten bestuiving:
  • Zelf bestuiving
  • Kruisbestuiving

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Bestuiving
Verspreiden stuifmeelkorrels:
- Zelfbestuiving
- Kruisbestuiving

- Wind (windbloemen)
- Insecten (insectenbloemen)

Slide 24 - Slide

Windbloem
Insectenbloem

Slide 25 - Slide

Insecten bestuiving
opvallende, geurende, nectar bevattende bloemen 
Wind bestuiving
onopvallende bloemen 

Slide 26 - Slide

Wind bestuiving
  • onopvallende bloemen 
  • meeldraad hangt uit de bloem 
  • veervoormige stempel 
  • bij bomen vaak bloemen voor dat er bladeren zijn 
  • zeer veel stuifmeel 

Slide 27 - Slide

bestuiving door dieren 

  • opvallende gekleurde bloemen 
  • geurende bloemen
  • meeldraden en stamper in de bloem 
  • nectar onder in de bloem 
  • bloemen aangepast aan bestuiver 

Slide 28 - Slide

Kenmerken van insectenbloemen
-Grote bloemen
-Opvallend gekleurde kroonbladeren
-Hebben een geur
- De meeldraden zitten in de bloem
-De stempels zijn klein
-Maken weining stuifmeel
-Stuifmeelkorrels is ruw en kleverig

Slide 29 - Slide

Kenmerken van windbloemen
-Kleine bloemen
-Groene bloemen
-Hebben geen geur
-De meeldraden hangen buiten de bloem
-De stempels zijn groot en veervormig
-Maken veel stuifmeel
-Stuifmeelkorrels zijn klein en licht

Slide 30 - Slide

INSECTENBLOEMEN

Insecten zorgen voor de bestuiving
Kroonbladen zijn groot en opvallend
Weinig stuifmeeld, is ruw en kleverig
Bloem heeft een voor insecten aantrekkelijke geur en nectar


WINDBLOEMEN

Wind zorgt voor de bestuiving

Vaak klein en onopvallend

Veel stuifmeel, vaak glad


Slide 31 - Slide

6.2 Bestuiving
Je kan...
Beschrijven wat bestuiving is.

Vormen van bestuiving aangeven.

Verschil tussen wind- en insectenbloemen kunnen aangeven.
Nakijken 6.1 met antwoordboek
lezen 6.2
Maken 1 t/m 9 dus ook 4






Huiswerk: m en leren bs. 1 en 2
timer
10:00

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Zelfstandig werken
Maken oprachten 1 t/m 8, 



Dit is ook huiswerk voor de volgende les.
timer
20:00000

Slide 34 - Slide

Aan het werk: 
  • Wat? : Opdrachten van 6.2 in het werkboek 
  • Tijd?: 20 min
  • Hoe?: Zelfstandig
  • Hulp?: Je aantekeningen/boek/docent
  • Klaar?: Lees 6.1 en 6.2 nog een keer (herhalen) en neem alvast 6.3 door 

timer
10:00

Slide 35 - Slide

Vragen

Slide 36 - Slide

Wat is bestuiving?
A
stuifmeel van een meeldraad overbrengen op een stamper
B
stuifmeel van een stamper overbrengen op een meeldraad
C
stuifmeel overbrengen op een bloem
D
stuifmeel overbrengen op een andere plant

Slide 37 - Quiz

Wat is bestuiving?
A
overbrengen van stuifmeel naar stamper
B
overbrengen van stuifmeel naar meeldraad
C
overbrengen van stuifmeel naar bijenkorf
D
ander woord voor bevruchting

Slide 38 - Quiz

Welke vorm van bestuiving?
Kruisbestuiving
Zelfbestuiving
(binnen eigen bloem)
Geen bestuiving
Geen bestuiving
Zelfbestuiving
Geen bestuiving

Slide 39 - Drag question

Wat voor soort bestuiving is II?
A
Zelfbestuiving
B
Kruisbestuiving
C
Geen bestuiving

Slide 40 - Quiz

Welke van de ondergenoemde kenmerken hoort niet bij de pollen van een windbestuiver?
A
Er worden er veel van vrijgegeven
B
zijn plakkerig
C
zijn licht (van gewicht)
D
zijn klein

Slide 41 - Quiz

Wat is de functie van de bloemkroon?
A
insecten lokken
B
bescherming van de bloem

Slide 42 - Quiz

Je ziet een vlinder bij een bloem. Waarom vliegen vlinders van bloem naar bloem?
A
Om de plant te bevruchten
B
Om nectar te drinken
C
Om zaden te verspreiden

Slide 43 - Quiz

In de afbeelding heeft er bestuiving plaatsgevonden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 44 - Quiz

Dit is een bloem van een:
A
Windbestuiver
B
Insectenbestuiver

Slide 45 - Quiz

Zelfbestuiving  of Kruisbestuiving of Geen bestuiving
Noteer in je schrift
welk cijfer geeft wat aan?

Slide 46 - Slide

Welke nummers geven zelfbestuiving aan?
A
1, 2, 3 & 6
B
1, 3 & 6
C
1 & 3
D
1 & 6

Slide 47 - Quiz

Windbloem of insectenbloem?
A
Windbloem
B
Insectenbloem

Slide 48 - Quiz

Op de afbeelding zie je een windbloem.
Hebben windbloemen nectar?
A
Ja
B
Nee

Slide 49 - Quiz

Huiswerk
  • Alle opdrachten van 6.1 en 6.2 in het werkboek maken
  • 6.1 en 6.2 herhalen (door lezen) en 6.3 alvast doornemen

Slide 50 - Slide