VTH 2 Toedienen van medicatie en medisch rekenen tabletten

Medicatie toedienen 2


1 / 45
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Medicatie toedienen 2


Slide 1 - Slide

Deze les
12 uur; korte terugblik vorige les
12.05 uur; praktijkopdracht medicatie toedienen
12.50 uur theorie medicatie toedieningswijzen
13.10 uur; praktijkopdracht medicatiegroepen
13.30 uur; theorie medisch rekenen tabletten 
13.50 uur; opdracht medisch rekenen
14.10 uur; antwoorden doornemen opdracht
14.25 uur; afsluiting en volgende week

Slide 2 - Slide

leerdoelen
  • Je kunt de verschillende toedieningsvormen benoemen
  • Je herkent de juiste toedieningsvorm op het recept
  • Je past het geneesmiddel op de juiste wijze toe
  • Je herkent de meest voorkomende medicatiegroepen
  • Je benoemt tot welke medicatiegroep de meest voorkomende medicatie behoort
  • Je oefent medisch rekenen tabletten 

Slide 3 - Slide

Vorige week Toedieningsvormen
  • per os/oraal >po
  • vaginaal
  • door middel van druppels
  • door middel van zalf > dermaal 
  • via de huid> transdermaal
  • per injectie > SC/IM/IV
  • per inhalatie/via de luchtwegen
  • via de slijmvliezen> verstuiving
  • rectaal >pa
  • intra-ossaal







Slide 4 - Slide

praktijk Opdracht
De opdracht wordt uitgevoerd in drie groepjes van drie en een duo.
Per groepje krijg je een casus. 

Welke medicatie moet je toedienen en op welke wijze.
Leg straks aan je zorgvrager uit wat je gaat geven, waarom, hoe het medicijn werkt, en hoe de medicatie toegediend wordt.
Welke adviezen/tips of waarschuwingen kun je geven aan de zorgvrager over dit medicijn ?

Kies per groepje ook alvast een iemand die straks de rol van zorgvrager speelt voor een ander groepje en een iemand die de verpleegkundige/verzorgende is die uitleg gaat geven aan de zorgvrager.

Slide 5 - Slide

Per os / Oraal
  • Let op pil grootte
  • Kan de patiënt slikken?
  • Malen of niet?
  • Mag het samen met eten/drinken ?
  • wisselwerking met andere medicatie ?

Slide 6 - Slide

Per Anum / Rectaal
Hoe geef je medicatie rectaal ?

  1. Linker zij
  2. Opgetrokken knie

 complicaties klysma?

Slide 7 - Slide

Zetpil 

Klysma

Rectiole


Slide 8 - Slide

Hoe geef je een paracetamol zetpil ?

Slide 9 - Slide

Verschillende vormen van laxeren
  1. oraal en rectaal
  2. macrogol, hoe werkt het ?
  3. klysma 's, welke soorten zijn er ?
  4. werking klysma, ontlasting verzachten, prikkeling darmen> peristaltiek, darmen "smeren"

Slide 10 - Slide

wat is een contra-indicatie om rectaal medicatie te geven
A
aambeien
B
fissuur
C
rectaal bloedverlies
D
anale prolaps

Slide 11 - Quiz

Vaginaal
  • Ovules
  • cremes 

Slide 12 - Slide

medicatie toedienen via de huid
  • zalf, creme, pasta (dermaal)
- hygiene
-handschoenen
  • Pleister (transdermale toediening)
-steeds op andere plaats aanbrengen
-plaatsen; onder sleutelbeen/bovenarm/overgang rug naar bil, bovenbeen)
-pleister niet aanraken(handschoenen niet praktisch)


Slide 13 - Slide

Oog druppelen / zalven
  • Controleer de houdbaarheidsdatum op de verpakking.
  • Schrijf op een nieuw flesje of tube de dag van openen
  • Raakt niet met het flesje of de tube het oog, oogleden of wimpers aan
  • niet uitwisselen !

Slide 14 - Slide

Oor druppelen
  • Trek het oor wat naar achteren en naar boven
  • Druppel langs de gehoorgang
  • laat de cliënt zitten of liggen
  • zorg dat de druppels niet te koud zijn

Slide 15 - Slide

Neus druppelen/spray
  • Lees goed of je in beide neusgaten moet sprayen , belangrijk bij sommige medicatie zoals midozalam neusspray
  • Soms flacons > spoelen

Slide 16 - Slide

Inhalatie medicatie
Soorten;
  • poederinhalator
  • verstuiver (voorzetkamer)
  • vernevelaar

Slide 17 - Slide

Soorten en Volgorde
1. kortwerkende luchtwegverwijders ( werkt snel)

2. langwerkende luchtwegverwijders

3.ontstekingsremmers

Slide 18 - Slide

praktijkopdracht medicatie groepen
Ieder van jullie krijgt een aantal medicijnen uitgedeeld
Leg deze bij de juiste medicatiegroep
Je mag elkaar helpen !

Slide 19 - Slide

groepen medicijnen
Medicijnen kunnen worden ingedeeld naar doel...
  • curatief (genezend)
  • symptomatisch (klachten verminderend)
  • palliatief (lijden verlichtend)
  • preventief (voorkómend)
  • suggestie wekken dat het werkt (placebo)

Slide 20 - Slide

groepen medicijnen
Medicijnen kunnen worden ingedeeld naar chemische structuur...
  • benzodiazepinen
  • corticosteroïden
  • NSAID's etc

Slide 21 - Slide

groepen medicijnen
Medicijnen kunnen worden ingedeeld naar bestrijding van ziekten of symptomen...
  • antidepressiva
  • anti-epileptica
  • antipsychotica
  • antibiotica
  • antihistaminica enz.

Slide 22 - Slide

groepen medicijnen
Medicijnen kunnen worden ingedeeld naar therapeutisch effect...
  • pijnstillers 
  • angstdempers 
  • stemmingsstoornissen 
  • bloeddrukverlagers
  • plastabletten
  • misselijkheid
  • diabetes 
  • allergie
  • epilepsie
  • bacteriële infecties
  • antistolling 
  • laxeermiddelen 

Slide 23 - Slide

vervolg groepen medicatie
pijnstillers (analgetica)
angstdempers (anxiolytica)
stemmingsstoornissen (anti-depressiva)
bloeddrukverlagers(antihypertensiva)
plastabletten (diuretica)
misselijkheid (anti-emetica)
diabetes (antidiabetica)
allergie (antihistaminica)
epilepsie (anti-epileptica)
bacteriële infecties (antibiotica)
antistolling (anti-coagulantia)
laxeermiddelen (laxantia) enz.

Slide 24 - Slide

groepen medicijnen
Medicijnen die onder de opiumwet vallen. Deze hebben...
  • een verhoogd risico op misbruik
  • een verhoogd risico op verslaving

Slide 25 - Slide

groepen medicijnen
Medicijnen die onder de opiumwet vallen. Ze horen tot de groep van de opioïden (of opiaten)...
  • fentanyl
  • morfine
  • oxycodon
  • tramadol enz.

morfine

Slide 26 - Slide

groepen medicijnen
Opiaten...
  • moeten apart van andere medicijnen bewaard worden, achter slot en grendel
  • uitgifte moet dubbel gecontroleerd worden
  • naam zorgvrager en paraaf verstrekker moeten genoteerd

Slide 27 - Slide

groepen medicijnen
In homeopathische medicijnen...
  • is de werkzame stof heel erg verdund, zodat deze niet schadelijk is voor de mens
  • de werkzame stof hoeft geen natuurlijke basis te hebben
  • sommigen zijn vrij verkrijgbaar, anderen via een homeopathisch arts

Mag je homeopathische medicatie geven aan een cliënt als verpleegkundige in een instelling ?

Slide 28 - Slide

wat wordt verstaan onder cumulatie van medicijnen?
A
te veel medicijnen
B
ophoping van medicijnen in het lichaam
C
lichamelijke/ of psychische afhankelijkheid
D
steeds meer nodig voor dezelfde werking

Slide 29 - Quiz

Als een cliënt geestelijk en lichamelijk afhankelijk is van een medicijn dan is er sprake van...
A
complicatie
B
interactie
C
gewenning
D
verslaving

Slide 30 - Quiz

Wanneer een medicijn best niet samen met iets anders wordt toegediend of ingenomen, omwille van..
A
reactie
B
interactie
C
indicatie
D
indigestie

Slide 31 - Quiz

Iemand die een steeds hogere dosis van een medicijn nodig heeft, noemt men ook..
A
gewenning
B
bestemming
C
gewering
D
beleving

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

medisch rekenen orale tabletten

Slide 35 - Slide

Formule orale tabletten
V    =   Voorschrift
_
V    =    Voorraad

Dus Voorschrift = hoeveel moet ik geven delen door,
Voorraad = wat heb ik ?

= hoeveelheid tabletten die toegediend moeten worden




Slide 36 - Slide

Voorbeeld

Een cliënt moet 10 mg dexamethason krijgen. 
Beschikbaar zijn alleen tabletten van 4 mg.

Stap 1: Noteer het aantal milligram of gram dat de cliënt moet krijgen.

Stap 2: Noteer de hoeveelheid milligram of gram per tablet of capsule.

Stap 3: Deel de uitkomst van stap 1 door de uitkomst van stap 2. Dit is het aantal tabletten dat de cliënt moet krijgen.







Slide 37 - Slide

Voorbeeld
Een cliënt moet 750 mg aspirine krijgen.
beschikbaar zijn aspirine tabletten van 250 mg.

Welke stappen maak je om dit uit te rekenen ?

Slide 38 - Slide

Voorbeeld
Een cliënt moet 0,1 gram levothyroxine krijgen.
beschikbaar zijn tabletten van 25 mg.

Welke stappen maak je om dit uit te rekenen ?

Slide 39 - Slide

Voorbeeld
Een cliënt moet 600 milligram ibuprofen innemen per dag, verdeeld over drie doses. 

Hoeveel milligram ibuprofen moet de patiënt bij elke dosis innemen als hij het medicijn om de 8 uur inneemt?

Slide 40 - Slide

Voorbeeld
Een cliënt moet 1 gram Amoxicilline innemen per dag.
Beschikbaar zijn tabletten van 250 mg.

Hoeveel moet hij/zij per dosis krijgen als hij dit om de 6 uur moet innemen ?

Slide 41 - Slide

maken opdracht medisch rekenen

Slide 42 - Slide

Waar sta ik ?
1) Medisch rekenen Meester
2) Medisch rekenen Gevorderden
3 )Medisch rekenen in training
4) Dappere Doorzetter

Geen zorgen !
Oefening baart kunst !!

Slide 43 - Slide

Thieme online
Niveau 4;
 Module 9 medicijnen
(Module 10 medisch rekenen)
Expertcollege module 6 orale medicatie
Niveau 3;
Module 7 medicijnen
(Module 8 medisch rekenen)
Expertcollege module 6 orale medicatie

Slide 44 - Slide

Vragen ?
Volgende week wondzorg
en medisch rekenen orale drankjes



Slide 45 - Slide