oefentoets GTST

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Oefenvragen GTST 

Inflatie

Deflatie

stijgende prijzen

Verslechterende concurrentie positie

Schulden worden minder waard

Spaargeld wordt meer waard

Dalende koop - kracht

Uitgestelde consumptie

Omzet bedrijven neemt toe

Wanneer spreken we van een depressie?

1. 2 maanden laag conjunctuur
2. 2 kwartalen lagere economische groei
3. langdurig lagere economische groei + deflatie
4. 2 kwartalen laag conjunctuur

Wat kan de centrale bank doen om de inflatie te verlagen.

Wanneer uitkeringen / pensioenen meestijgen met de inflatie noemen we dit

1. waardevast inkomen
2. welvaartsvast inkomen
3. vaste uitkering
4. zo hoort het

Leg uit dat producentenvertrouwen een conjunctuur indicator is.

Leg uit waarom de scholing van de beroepsbevolking van invloed is op de groei van het bbp.

Waarom werken werkloosheidsuitkeringen als automatische stabilisator?

De overheid verhoogt flink de budgetten van de zorg. Door deze verhoging ontstaan er meer banen en wordt er meer uitgegeven. De overheid verdient weer een deel van overheidsuitgaven terug. Hoe heet dit effect?

1. vraag daalt
2. vraag blijft gelijk
3. vraag neemt toe
4. we weten niet wat de vraag doet

Ik ben klaar voor de toets

😒🙁😐🙂😃