wiskunde 4.5 evenredig

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

4.5

1

2

3

4

1

1

2

1

1

1

2

3

25 : 125 =

1. 1 : 25
2. 25 : 5
3. 25 : 1
4. 1 : 5

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

25% = ...

1. 0,1
2. 0,2
3. 0,25
4. 0,4

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

Hoeveel procent
is 70 van 350?

1. 20%
2. 24,5%
3. 5%
4. 2%

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

0,015 = ...

1. 0,15%
2. 1,5%
3. 15%
4. 150%

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

1. WEL verhoudingstabel
2. GEEN verhoudingstabel

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

60% is 30 fietsen.
Hoeveel fietsen zijn er totaal (100%)?

1. 5 fietsen
2. 18 fietsen
3. 50 fietsen
4. 180 fietsen

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

35 : 245 =

1. 1 : 35
2. 5 : 35
3. 35 : 5
4. 1 : 7

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

20% van 60 =

1. 1200
2. 120
3. 12
4. 1,2

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

60% van een klas van 30 leerlingen draagt sportschoenen. Hoeveel leerlingen dragen sportschoenen?

1. 18
2. 20
3. 50
4. 180

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

1. WEL verhoudingstabel
2. GEEN verhoudingstabel

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

Hoeveel procent
is 5 van 50?

1. 1%
2. 10%
3. 2,5%
4. 25%

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

15% van 300 =

1. 4500
2. 450
3. 45
4. 4,5

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

20% zijn 150 iPads.
Hoeveel iPads zijn er totaal (100%)?

1. 30 iPads
2. 300 iPads
3. 75 iPads
4. 750 iPads

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

1. WEL verhoudingstabel
2. GEEN verhoudingstabel

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.

Hoeveel procent
is 15 van 300?

1. 2%
2. 4,5%
3. 5%
4. 20%

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.