7.3 en 7.4

7.3 en 7.4
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

7.3 en 7.4

Slide 1 - Slide


Wat is een natuurlandschap?
A
Landschap. Waar de mens niks aan gedaan heeft
B
Landschap waar de mens natuur heeft gemaakt.
C
Landschap. Waar de mens niets of nauwelijks iets aan heeft gedaan.
D
Landschap op een schilderij

Slide 2 - Quiz

Was er in de tijd van jagers en boeren meer of minder natuurlandschap dan nu?
A
meer natuurlandschap
B
minder natuurlandschap

Slide 3 - Quiz

Leg uit waarom er in de tijd van jagers en boeren meer natuurlandschap was dan nu:

Slide 4 - Open question

Een jong gebergte heeft ........
A
minder reliëf en vlakke toppen
B
meer reliëf en vlakke toppen
C
minder reliëf en spitsere toppen
D
meer reliëf en spitsere toppen

Slide 5 - Quiz

Waar in de buurt vind je vooral laagvlaktes?
A
In de buurt van de zee
B
In de buurt van een oud gebergte
C
In de buurt van een jong gebergte

Slide 6 - Quiz

Stenen die in de rivieren vallen zorgen voor:
A
Verwering
B
Erosie
C
Reliëf
D
laagvlaktes

Slide 7 - Quiz

Wat is een stuwwal?
A
Een meer
B
Landijs
C
Heuvels ontstaan door landijs
D
Dat heel Nederland met zand bedekt was

Slide 8 - Quiz

Op welke foto zie je een stuwwal?
A
B
C

Slide 9 - Quiz

Een stuwwal is een heuvel gevormd door?
A
De mens
B
Water
C
Gletsjers
D
Wind

Slide 10 - Quiz

Wat is NAP?
A
Nieuw Amsterdams Peil
B
Normaal Amsterdams Peil

Slide 11 - Quiz

Wat geeft NAP aan?
A
De hoogste stand van het zeewater
B
De laagste stand van het zeewater.
C
De gemiddelde stand van het zeewater
D
De hoogste stand van het rivierwater

Slide 12 - Quiz

4 meter boven NAP
5 meter boven NAP
1 meter boven NAP

Slide 13 - Drag question

Laagland 
(tot 200m boven NAP)
Heuvelland (200m - 
500m boven NAP)
Middelgebergte (200m - 1500m boven NAP)
Hooggebergte (1500m en hoger boven NAP)

Slide 14 - Drag question

Hoog-Nederland
Laag-Nederland
15 meter boven de NAP
5 meter onder de NAP

Slide 15 - Drag question

Terp
Polder
NAP
Dijken

Slide 16 - Drag question

Welke grondsoort is niet in Laag Nederland te vinden?
timer
0:30
A
Zandgronden
B
Duinzand
C
Veen
D
Zeeklei

Slide 17 - Quiz

Vul in:
De grondsoorten in Hoog Nederland zijn ................... in Laag Nederland.
A
Ouder dan
B
Jonger dan
C
Even oud als

Slide 18 - Quiz

Veen is ontstaan door:
A
drooglegging van het moeras
B
een verhoging van de zeespiegel
C
het samenkomen van dode plantenresten onder water

Slide 19 - Quiz

Veen ontstaan door...
A
Water en wind
B
Zon en zuurstof
C
ijs en zon
D
(dode) planten en water

Slide 20 - Quiz

De eerste dorpen lagen die in Hoog-Nederland of Laag-Nederland?
A
Hoog-Nederland
B
Laag-Nederland

Slide 21 - Quiz

Het Nederlandse landschap bestaat uit:
Hoog-Nederland
Laag-Nederland
Welke letter geeft Hoog-Nederland aan?

A
A
B
B

Slide 22 - Quiz