bs 5 Speciale manieren van overerving

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Thema 3 Genetica

Basisstof 5 Speciale manieren 

van overerven

onderwerpen:

Ongekoppelde overerving

- multipele allelen

Speciale manieren van overerven:

- letale allelen

Gekoppelde overerving

   - dihybride kruisingen

- Multipele allelen

lesdoelen:

• Je kunt kruisingsschema's maken van onafhankelijke overerving van multipele allelen, letale factoren en gekoppelde genen.
• Je kunt de frequentie van bepaalde genotypen en fenotypen van nakomelingen afleiden uit een kruisingsschema of stamboom van bovenstaande erfelijkheidsvraagstukken.

planning:

1. terugblik
2. theorie bs5
3. PR 3
4. opdr 53 - 65 bvj 3.5
5. nabespreken

Tot nu toe gehad...

• Monohybride: Aa x Aa


• Intermediair: I^AI^a x I^AI^a
• X-chromosomaal: X^AX^a x X^AY

BS5 SPECIALE MANIEREN VAN OVERERVEN

Leerdoel

Je kunt kruisingsschema's maken van 

onafhankelijke overerving van multipele allelen, 

letale factoren en 

gekoppelde genen.

Multipele allelen

Drie allelen (I^A, I^B en i) combineren tot 4 bloedgroepen: 

Bloedgroep A:      I^AI^A of I^Ai 

Bloedgroep B:      I^BI^B of I^Bi 

Bloedgroep AB:   I^AI^B

Bloedgroep 0:      ii 

https:

https:

Een vrouw met bloedgroep 0 krijgt een kind met een man met bloedgroep AB. Hoe groot is de kans dat het kind bloedgroep A heeft?

https:

p is een letaal allel bij cavia's. Je kruist cavia Pp met cavia Pp. Hoeveel % van de levend geboren jongen heeft genotype Pp?

zelf aan de slag

1. maak opdr 53-56

klaar? lezen blz. 204-205. 

lesdoelen:

• Je kunt kruisingsschema's maken van onafhankelijke overerving van multipele allelen, letale factoren en gekoppelde genen.
• Je kunt de frequentie van bepaalde genotypen en fenotypen van nakomelingen afleiden uit een kruisingsschema of stamboom van bovenstaande erfelijkheidsvraagstukken.

planning:

1. terugblik
2. theorie bs5
3. PR 3
4. opdr 53 - 65 bvj 3.5
5. nabespreken

Alle nakomelingen

 in de F1 zijn:        

Twee konijnen met lang haar en rechtopstaande oren die beide heterozygoot zijn voor deze eigenschappen planten zich voort. De genen voor deze eigenschappen liggen op hetzelfde chromosoom. Hoeveel procent van de nakomelingen zal kort haar en flaporen hebben?

zelf aan de slag

1. PR 3 op blz. 218-219

2. opdr 57-65

klaar? lezen bs6

lesdoelen:

• Je kunt kruisingsschema's maken van onafhankelijke overerving van multipele allelen, letale factoren en gekoppelde genen.
• Je kunt de frequentie van bepaalde genotypen en fenotypen van nakomelingen afleiden uit een kruisingsschema of stamboom van bovenstaande erfelijkheidsvraagstukken.

planning:

1. terugblik
2. theorie bs5
3. PR 3
4. opdr 53 - 65 bvj 3.5
5. nabespreken

Kun je nu dihybride kruisingsvraagstukken oplossen?

1. Ja
2. Soms, extra oefening zou fijn zijn
3. Nee, ik kom er helemaal niet uit

Wat heb je van mij nodig om de stof beter te gaan beheersen

1. Meer uitleg
2. Meer opdrachten om te oefenen
3. Niets, ik moet er meer mee gaan oefenen
4. Niets, ik beheers de stof