Oefenen SE3
1 / 10
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Transitorische activa
Transitorische passiva
Vooruitbetaalde bedragen
Vooruitontvangen bedragen
Nog te ontvangen bedragen
Nog te betalen bedragen
Slide 2 - Drag question
Vanderveen betaald op 1 januari 2021 de verzekeringspremie over 2021 in een keer. De totale jaarpremie is €1440.
Welk bedrag staat er op de W&V van januari 2021?
Welk bedrag staat er op de W&V van januari 2021?
Slide 3 - Open question
Vanderveen betaald op 1 januari 2021 de verzekeringspremie over 2021 in een keer. De totale jaarpremie is €1440
Welk bedrag staat er op het liquiditeitsoverzicht van januari 2021?
Welk bedrag staat er op het liquiditeitsoverzicht van januari 2021?
Slide 4 - Open question
Vanderveen betaald op 1 januari 2021 de verzekeringspremie over 2021 in een keer. De totale jaarpremie is €1440
Welke balanspost + bedrag staat er op de balans van 1 april 2021?
Welke balanspost + bedrag staat er op de balans van 1 april 2021?
Slide 5 - Open question
Verkopen op rekening dienen pas over 2 maanden (krediettermijn) betaald te worden door klanten. De omzet 1e kwartaal 2021 (verkopen op rekening) wordt als volgt geschat: januari € 180.000 februari € 200.000 maart € 190.000
Wat zie je in de overzichten van januari terug?
Wat zie je in de overzichten van januari terug?
A
Liquiditeitsbegroting januari: €180.000
Resultatenbegroting januari:
€ 180.000
B
Liquiditeitsbegroting januari: €0
Resultatenbegroting januari:
€ 180.000
C
Liquiditeitsbegroting januari: €180.000
Resultatenbegroting januari:
€ 0
D
Liquiditeitsbegroting januari: €0
Resultatenbegroting januari:
€ 0
Slide 6 - Quiz
Verkoopprijs = €200
Variabele kosten per product = €50
Constante kosten € 7500
Bereken de break-evenomzet
Variabele kosten per product = €50
Constante kosten € 7500
Bereken de break-evenomzet
Slide 7 - Open question
KLM heeft het gebruiksrecht van bepaalde software gekocht voor het inchecken op luchthavens.
Dit gebruiksrecht valt onder...
Dit gebruiksrecht valt onder...
A
Immateriële
vaste activa
B
Materiële
vaste activa
C
Financiële vaste activa
Slide 8 - Quiz
Winst vb €700.000, winst nb €460.000
Afschrijvingskosten machines €800.000
Afschrijvingskosten gebouw €200.000
Bereken de cashflow (na het afdragen van de vennootschapsbelasting).
Afschrijvingskosten machines €800.000
Afschrijvingskosten gebouw €200.000
Bereken de cashflow (na het afdragen van de vennootschapsbelasting).
Slide 9 - Open question
Dit bedrijf overweegt om op 1 januari een machine van € 350.000 aan te schaffen.
Ze hebben gevraagd bij de bank of ze geld kunnen lenen voor deze aanschaf. Dat is mogelijk indien de debt ratio (VV/TV x100%) niet boven 50% komt te liggen.
Bereken welk bedrag er maximaal bij de bank geleend kan worden.
Ze hebben gevraagd bij de bank of ze geld kunnen lenen voor deze aanschaf. Dat is mogelijk indien de debt ratio (VV/TV x100%) niet boven 50% komt te liggen.
Bereken welk bedrag er maximaal bij de bank geleend kan worden.
A
€ 350.000
B
€ 200.000
C
niets
D
€ 100.000
