§3.1 Stralingsbalans van de aarde deel 1

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Planning van deze les

• Algemene informatie
• Nieuws
• Opwarmen
  
• Start paragraaf 3.1
• Eerste opdrachten om te maken
• Einde

Periode 3

In april een toets over H3; daarnaast een PO over dit thema.

Paragrafen tijdens de lessen; PO voornamelijk buiten de lessen om

Even terugblikken op het nieuws over het weer

of is het klimaat? 

3.1 Stralingsbalans

Broeikaseffect, invalshoek van de zon, opbouw van de atmosfeer

Eventjes opwarmen...

Weer

1. Het gemiddelde weer, temperatuur en neerslag van een groot gebied gemeten over dertig jaar.
2. Toestand van de atmosfeer, temperatuur, neerslag en zonneschijn, op een bepaald moment en op een bepaalde plaats.
3. Een manier van bioloog Köppen om de klimaatgroepen in te delen op basis van temperatuur en neerslag.
4. Een grafiek met de gemiddelde temperatuur en de gemiddelde hoeveelheid neerslag voor een bepaald gebied in alle maanden van het jaar.

Kies het juiste antwoord bij het volgende begrip:
"Het klimaat is ..."

1. het weer zoals dat elke dag voorkomt, wat betreft temperatuur, neerslag en wind.
2. het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.
3. de gemiddelde toestand van de lucht op een bepaalde plaats en een bepaalde tijd.
4. de gemiddelde temperatuur over een langere tijd.

Door CO2 in de lucht is er het broeikaseffect.
Wat is het broeikaseffect?

1. Het afgeven van warmtestraling vanaf de zon naar de aarde.
2. Het tegenhouden van warmtestraling vanaf de ruimte naar de aarde.
3. Het tegenhouden van warmtestraling vanaf de aarde naar de ruimte.
4. Het afgeven van warmtestraling vanaf de maan naar de aarde.

Wat voor klimaat heeft Nederland? kies uit: land klimaat, zee klimaat, gematigd zeeklimaat.

1. land klimaat
2. zee klimaat
3. gematigd zeeklimaat
4. Matigend koud klimaat

Verklaar waarom het in Zuid Europa warmer is dan in Noord Europa in de zomer.

1. In het zuiden staat de zon meer loodrecht in de zomermaanden
2. Het zuiden heeft meer invloed van de golfstroom
3. Het zuiden heeft een droge tijd
4. Het noorden heeft meer neerslag

Zonder het broeikaseffect ...

1. ... wordt het heel warm op aarde.
2. ... blijft de temperatuur op aarde gelijk.
3. ... wordt het op aarde net zo koud als in de ruimte.

Welke uitspraken zijn juist?klik alleen de juiste letters aan

1. In de tropen staat de zon midden op de dag heel hoog.
2. Schuine zonnestralen geven meer warmte dan rechte zonnestralen.
3. De breedteligging heeft veel invloed op de temperatuur.
4. De poolstreken liggen op lage breedte, omdat de zon schuin invalt.

Wat is het verschil tussen kortgolvige en langgolvige straling?

Teken in je eigen schrift een overzicht van de stralingsbalans dat voor jou duidelijk is

Aan de slag

Maak van §3.1 opdracht 1 en 2