This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 25 min
Items in this lesson
REKENEN MET PROCENTEN
Slide 1 - Slide
Je kan een percentage van een getal uitrekenen
Als je het percentage van een aantal wilt weten heb je 2 woordformules:
1. Aantal : 100 x percentage
2. Kommagetal x aantal
Slide 2 - Slide
Je kan een percentage van een getal uitrekenen
Bijvoorbeeld:
78% van de 28 leerlingen heeft zijn/haar huiswerk gemaakt.
Hoeveel leerlingen hebben zijn/haar huiswerk gemaakt?
(Rond je uitkomst af op een heel getal.)
1. 28 / 100 x 78 = 22 leerlingen
2. 0,78 x 28 = 22 leerlingen
Slide 3 - Slide
In 2020 zijn er in Nederland 1,8 miljoen bedrijven. Tijdens de economische crisis die door corona is ontstaan, gaat 15% daarvan failliet. Hoeveel bedrijven gaan er failliet?
A
270.000
B
12.000
C
120.000
D
27.000
Slide 4 - Quiz
Je kan een gedeelte van een totaal in procenten uitrekenen
Als je wilt weten hoeveel iets van een totaal is. Je hebt nu geen percentage, want die ga je berekenen.
Formule:
Gevraagde aantal / geheel x 100%
Slide 5 - Slide
Je kan een gedeelte van een totaal in procenten uitrekenen
Bijvoorbeeld: Je inkomen is € 60,- en daarvan geef je € 14,- uit. Hoeveel procent geef je uit?
Je stelt je zelf de vraag: 1. Welk aantal vragen ze je? € 14,-
2. Welk getal is het geheel? € 60,-
€ 14 / € 60 x 100% = 23,3%
Slide 6 - Slide
In 2019 waren er op onze school 582 examenkandidaten. Na afloop van het examen waren 568 examenkandidaten geslaagd. Hoeveel procent is geslaagd?
A
102,5%
B
2,4%
C
97,6%
D
87,4%
Slide 7 - Quiz
Je kan een verschil in procenten uitrekenen
Als je een procentuele stijging of daling wilt berekenen gebruik je de formule:
Het verschil delen door het getal waarmee je het moet vergelijken x 100
Slide 8 - Slide
Je kan een verschil in procenten uitrekenen
Bijvoorbeeld:
Leerlingen hadden voor het eerste proefwerk gemiddeld een 6,5 en voor het tweede proefwerk hadden ze gemiddeld een 7,3 als behaald cijfer.
Hoeveel procent is het gemiddelde cijfer gestegen?
Het verschil delen door het getal waarmee je het moet vergelijken x 100
Slide 9 - Slide
In januari 2019 waren er 321.000 mensen werkloos. In januari 2020 waren er 310.000 mensen werkloos. Hoeveel procent is de werkloosheid afgenomen?
A
3,5%
B
3,4%
C
210%
D
2,7%
Slide 10 - Quiz
Je kan rekenen met procenten, wanneer het totaal (100%) niet bekend is.
Het kan zijn dat de 100% niet bekend is. In dat geval ga je kijken welk getal met bijbehorend percentage je wel weet. Dit zet je in een verhoudingstabel.
Slide 11 - Slide
Je kan rekenen met procenten, wanneer het totaal (100%) niet bekend is.
Bijvoorbeeld: De verkoopprijs inclusief 21% BTW van een iPad is €520,-. Hoeveel is de verkoopprijs exclusief de BTW?
In dit geval weet je niet de 100%. Want de verkoopprijs inclusief de 21% BTW is dus in totaal 121%. Met een verhoudingstabel kun je dit uitrekenen.
Slide 12 - Slide
Je typt dus in op je rekenmachine:
520:121x100 = €429,75
Slide 13 - Slide
Op een schoollocatie in Elst werken 70 vrouwen. Dat is 40% van het personeel. Hoeveel mensen werken er op deze locatie?
A
86
B
28
C
168
D
175
Slide 14 - Quiz
Een gedeelte van een totaal in procenten uitrekenen