intro H6

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

H6 Steden en Staten 1000-1500

Wat gaan we doen deze les?

1. Het hoofdstuk doorbladeren

2. filmpje kijken Middeleeuwen

3. introductie maken

4. nakijken

5. Paar opdrachten H6 maken

Lesdoelen

- We weten waar dit hoofdstuk over gaat

- We weten wanneer de tijd van steden en staten was

Tijdvak Steden en staten

middeleeuwen valt uiteen in twee tijdvakken: 

1. monniken en ridders :500-1000 

2. steden en staten : 1000-1500

andere benaming voor tijdvak steden en staten = late middeleeuwen

icoon: kasteel en kerk

Tijd van Grieken en Romeinen

(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)

Tijd van Monniken en Ridders

(500-1000)

(Vroege Middeleeuwen)

Tijd van Steden en Staten

(1000-1500)

(Late Middeleeuwen)

1492: Columbus 'ontdekt' Amerika

(Einde van de Middeleeuwen)

⚓️

476: Val van het West-Romeinse Rijk

(Begin van de Middeleeuwen)

🔥

Tijd van Ontdekkers en Hervormers

(1500-1600)

Tijd van Regenten en Vorsten

(1600-1700)

Tijd van Pruiken en Revoluties

(1700-1800)

tijdvakken 3000 v chr -1800 na chr.

dubbel-klik op de oogjes  om te zien hoe de tijdvakken tot 1800 heten!!

Waarom steden en staten??

-zo genoemd omdat er  vanaf de 11e eeuw in Europa langzaam maar zeker weer steden ontstonden. 

Als voorbeeld van een belangrijke stad wordt in het introductie- verhaal de

 Vlaamse stad Brugge genoemd.  

-ook zien we dat er staten ontstaan waarin vorsten/koningen steeds meer macht krijgen in een land. Een land met een vorst en een hoofdstad waarvandaan geregeerd wordt noemen we een staat.

Als voorbeeld van zo'n vorst wordt Filips de Goede genoemd, hertog van Bourgondië.

Nederlandse taal in ontwikkeling

'Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu, wat unbidan we nu?'

Het betekent: 'Alle vogels zijn al aan het nestelen, behalve ik en jij. Waar wachten we nog op?' Het zijn regels uit een middeleeuws liefdesliedje. Een liedje van verlangen van zo’n duizend jaar oud.

begeleid oefenen

I:

B:

P:

zelfstandig werken

1 Maken introductie

2 nakijken

3 Maken opdr. 1 tm 4  6.1

evaluatie

Hoe is het gegaan?

Punten gehaald?

Huiswerk