Thema 5 | Bs 5. DNA-Tech

Herhaling regels
  • GEEN eten en drinken in het lokaal.
  • Steek je vinger op bij vragen en opmerkingen.
  • 3x waarschuwen. 
1x gratis, 2x ergens anders zitten,         3x exit!
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herhaling regels
  • GEEN eten en drinken in het lokaal.
  • Steek je vinger op bij vragen en opmerkingen.
  • 3x waarschuwen. 
1x gratis, 2x ergens anders zitten,         3x exit!

Slide 1 - Slide

7. Biotech & DNA-Technieken

Slide 2 - Slide

Planning
Start (5min)
Uitleg DNA-Technieken (20min)
Verwerking (15min)
Afsluiting (5min)

Leerdoelen:
Je kunt enkele DNA-Technieken in de biotechnologie beschrijven

Slide 3 - Slide

Biotechnologie
Wat is biotechnologie?

Slide 4 - Slide

Biotechnologie
Wat is biotechnologie?
-Een verzamelnaam voor technologieën,
   - waarbij organismen worden gebruikt om producten te maken, 

Slide 5 - Slide

Biotechnologie
Wat is biotechnologie?
-Een verzamelnaam voor technologieën,
   - waarbij organismen worden gebruikt om producten te maken, 
   - Oplossingen te bieden.

Slide 6 - Slide

Biotechnologie
Oude voorbeelden:
Denk aan het maken, van bier met behulp van gist,
Of het maken van yoghurt en kaas met behulp van bacteriën.

Het veredelen en kruisen van planten

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Nieuwe technieken
- Klonen van planten en dieren.




- DNA-Technieken:
Crispr-Cas9


This video is no longer available
Welke video was dit?

Slide 9 - Slide

DNA-Tech
Wat zijn DNA-Technieken?:


Slide 10 - Slide

DNA-Tech
Wat zijn DNA-Technieken?:
Nieuwe vormen van biotechnologie waarbij DNA wordt gebruikt of aangepast.




Slide 11 - Slide

DNA-Tech
Wat is DNA?:
DNA = Desoxyribose nucleïnezuur.
Is de stof waar chromosomen uit bestaan.

Slide 12 - Slide

DNA-Tech
Wat is DNA?:
DNA = Desoxyribose nucleïnezuur.
Is de stof waar chromosomen uit bestaan.

Een heel dik receptenboek geschreven in lettercombinaties:    de letters AT & CG.

Slide 13 - Slide

DNA-Tech

Als je de 'taal' waarin DNA geschreven is begrijpt, dan kun je het recept aanpassen, kopiëren of verwijderen. 

A gaat altijd samen met T
C gaat altijd samen met G



Slide 14 - Slide

DNA-Tech
Voorbeeld: Gen voor groene ogen
AT
GC
GC
AT
AT
AT
GC
GC

Slide 15 - Slide

DNA-Tech
Een mutatie zorgt opeens voor blauwe ogen:
AT   -  AT
GC  - GC
GC  - GC
AT   - AT
AT   - GC
AT   - AT
GC  - GC
GC

Slide 16 - Slide

DNA-Tech
- Een mutatie kan voorkomen door bijvoorbeeld Zonlicht, roken, leefstijl. 
- Tegenwoordig kan de mens met DNA -Technieken ook het DNA aanpassen.

Dat heet: genetische modificatie/manipulatie.

Een genetisch aangepast organisme noem je Transgeen.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

DNA-Tech
Wat kun je ermee?
- Organismen beschermen tegen ziekten.
- Gunstige eigenschappen versterken.

meestal alleen toegepast in de voedselindustrie.

Eén keer op mensen geprobeerd.
Wereldwijd verboden!

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Crispr-Cas9
Crispr-Cas9: een techniek waarbij DNA kan worden opgezocht, geknipt geplakt en kan worden aangepast.

Crispr-Cas9 = ctrl+f, ctrl+c & ctrl+v in een.

Het aanpassen van genen wordt:               Gene-editing genoemd.

Slide 21 - Slide

Aan de slag
Wat?: maken opdracht. 1 t/m 5 blz 166 t/m 168
Waar: in je werkboek
Hoelang?: 15min
Hulp?: eerste 5min geen hulp van docent.
Wie?: laatste vijf minuten samenwerken.




Slide 22 - Slide