Startopdracht: Probeer het begrip schaduw uit te leggen in je eigen woorden
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3
This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Startopdracht
Ga zitten op je plek
Op je tafel: Boek, schrift, etui, dichte laptop
Startopdracht: Probeer het begrip schaduw uit te leggen in je eigen woorden
Slide 1 - Slide
Les 1: Licht en schaduw
Voorkennis check
Uitleg 3.1 licht en schaduw
Werken aan de opdrachten
Slide 2 - Slide
Planning
Huiswerk: Maak van 3.1 opdracht 7 t/m 15
Slide 3 - Slide
Wat is licht?
Slide 4 - Mind map
Bij veel licht is de pupil
A
Groot
B
Klein
C
Licht heeft geen
invloed op pupil
Slide 5 - Quiz
Hoe kan het dat wij voorwerpen kunnen zien, die zelf geen licht geven?
Slide 6 - Open question
Van wie is de schaduw het langst?
A
Linker persoon
B
Rechter persoon
C
Even lang
Slide 7 - Quiz
Leerdoelen
Je kent de betekenis van de begrippen directe en indirecte lichtbron, lichtstraal, lichtbundel, divergent, evenwijdig, convergent, diffuse terugkaatsing, schaduw, kernschaduw, bijschaduw en randstraal.
Je kan de lichtstralen tekenen en daarmee schaduwen construeren.
Je kan uitleggen wanneer een schaduw van grootte of plaats verandert.
Slide 8 - Slide
Wat is licht?
Elektromagnetische Straling?
Energie?
Golf?
Deeltje?
Elektrische velden?
Magnetische velden?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Wat is licht?
Licht is een vorm van straling die we kunnen zien.
Slide 11 - Slide
Is de maan
een lichtbron?
Slide 12 - Slide
Lichtbronnen
Een directe lichtbron geeft zelf licht.
Een indirecte lichtbron weerkaatst licht.
Slide 13 - Slide
Direct of indirect?
Slide 14 - Slide
Direct of indirect?
Slide 15 - Slide
Licht tekenen
Licht wordt getekend in lichtstralen.
Om de richting aan te geven, zetten we er pijlen bij.
Slide 16 - Slide
Wat gebeurt hier?
Slide 17 - Slide
Schaduw
Een schaduw is een plek waar het directe licht van een lichtbron niet komt.
Door de randstralen van de lichtbron langs een voorwerp te tekenen, kan je voorspellen waar een schaduw terecht komt.
Voorbeeld.
Slide 18 - Slide
Schaduw bij twee lichtbronnen
Er ontstaan twee verschillende soorten schaduw
Slide 19 - Slide
Nu jullie!
Maak de checkopdrachten, laat ze door mij controleren.
Klaar? Maak van 3.1 opdracht 7 t/m 15
Slide 20 - Slide
Leerdoelen
Je kent de betekenis van de begrippen directe en indirecte lichtbron, lichtstraal, lichtbundel, divergent, evenwijdig, convergent, diffuse terugkaatsing, schaduw, kernschaduw, bijschaduw en randstraal.
Je kan de lichtstralen tekenen en daarmee schaduwen construeren.
Je kan uitleggen wanneer een schaduw van grootte of plaats verandert.