5.2 Europa wordt christelijk

500 - 1000
5.2 Europa wordt christelijk
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

500 - 1000
5.2 Europa wordt christelijk

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

500 - 1000
Leerdoelen


Je kunt uitleggen:

  • Hoe het christendom in Nederland werd verspreid.
  • hoe het christendom in Europa werd verspreid.
  • hoe de Germaanse cultuur bleef bestaan.
  • waardoor geestelijken belangrijk waren in de samenleving.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

690: Willibrord kwam naar Nederland om de mensen te bekeren tot het christendom.

Hij was een 
missionaris.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

500 - 1000
Missionarissen kregen van de paus de opdracht om het christendom in Noord-Europa te verspreiden. 


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

500 - 1000
Germanen (zoals de Saksen en Friezen) hadden een natuurgodsdienst. 

Ze werden door christenen 'heidenen' genoemd.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

Video over missionarissen (hvvn) 5.00 min.
Vaak werd eerst een vorst of koning bekeerd, en daarna volgde de rest van het volk.




Rond het jaar 1000 was heel Europa christelijk.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

500 - 1000
Om de overgang naar het christendom makkelijker te maken werden christelijke dingen vermengd met dingen uit de Germaanse cultuur.
Bijvoorbeeld: data pasen en kerstmis, de kerstboom en  heiligenverering.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Soorten geestelijken:
  • Hoge geestelijken: bisschoppen
  • Lage geestelijken: pastoors
  • Monniken en nonnen
500 - 1000
Geestelijken moesten zich houden aan de regels van de kerk.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

500 - 1000
Geestelijken hadden veel macht en invloed doordat:

  • Iedereen ging naar de kerk waar verteld werd hoe ze moesten leven.
  • Geestelijken kregen geld en grond van koningen.
  • Geestelijken konden lezen en schrijven en hadden hoge functies bij de vorsten.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

500 - 1000
Monniken en nonnen woonden afgezonderd in een klooster.

De baas van een klooster is de abt/abdes.

Slide 12 - Slide

Afbeelding: abdij van Egmond.

Slide 13 - Video

This item has no instructions

500 - 1000
Weektaak
  • Lees 5.2 in je informatieboek.
  • Maak de opdrachten van 5.2 online. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

500 - 1000
Leerdoelen


Je kunt uitleggen:

  • Hoe het christendom in Nederland werd verspreid.
  • hoe het christendom in Europa werd verspreid.
  • hoe de Germaanse cultuur bleef bestaan.
  • waardoor geestelijken belangrijk waren in de samenleving.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions