Blok 5 week 1 les 2

Spelling Blok 5 Week 1 Les 2
1 / 28
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 5

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Spelling Blok 5 Week 1 Les 2

Slide 1 - Slide

woorden met ei

Slide 2 - Mind map

Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
's ochtends

Slide 3 - Open question

Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
het celletje

Slide 4 - Open question

Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
het gedraai

Slide 5 - Open question

Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
de minister

Slide 6 - Open question

Maak T.T. van deze zin:
ik wilde
(geen hoofdletters en punten)

Slide 7 - Open question

Maak T.T. van deze zin:
hij hakte
(geen hoofdletters en punten)

Slide 8 - Open question

Maak T.T. van deze zin:
wij voelden
(geen hoofdletters en punten)

Slide 9 - Open question

Maak T.T. van deze zin:
ik belde
(geen hoofdletters en punten)

Slide 10 - Open question

Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)

Slide 11 - Open question

Typ het woord nu nog een keer goed:
wij zwaaien

Slide 12 - Open question

Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)

Slide 13 - Open question

Typ het woord nu nog een keer goed:
het schoolreisje

Slide 14 - Open question

Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)

Slide 15 - Open question

Typ het woord nu nog een keer goed:
de limonade

Slide 16 - Open question

Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)

Slide 17 - Open question

Typ het woord nu nog een keer goed:
de tekeningen

Slide 18 - Open question

Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)

Slide 19 - Open question

Typ het woord nu nog een keer goed:
nauwkeurig

Slide 20 - Open question

Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)

Slide 21 - Open question

Typ het woord nu nog een keer goed:
het cijfer

Slide 22 - Open question

Luister naar de zin en typ.
(zonder categorieën)

Slide 23 - Open question

Typ de zin nu nog een keer goed:
We lopen door het mooie paleis in Apeldoorn.

Slide 24 - Open question

Wat is de pv van deze zin?
We lopen door het mooie paleis in Apeldoorn.

Slide 25 - Open question

T.T. of V.T.?
We lopen door het mooie paleis in Apeldoorn.
A
T.T.
B
V.T.

Slide 26 - Quiz

Welke woordsoort is paleis?
We lopen door het mooie paleis in Apeldoorn.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 27 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van deze zin?
We lopen door het mooie paleis in Apeldoorn.

Slide 28 - Open question