ICT: tekstverwerking - opmaak en opbouw (les 1)

ICT: tekstverwerking
Opmaak en opbouw
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

ICT: tekstverwerking
Opmaak en opbouw

Slide 1 - Slide

Vooraf: het lint
Tabbladen: De tabbladen bevatten verschillende soorten groepen met opdrachtknoppen

Groepen: Ieder tabblad heeft meerdere groepen. In een groep bevinden zich functies die betrekking hebben op bepaalde delen in je document.
Opdrachtknoppen: De opdrachtknoppen bevatten de uiteindelijke functies die op het document, de alinea of tekst kan worden toegepast.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Wat is Paginaopmaak?
Wat kan je zoal instellen?

Slide 4 - Open question

Wat zijn Paginamarges?
A
De ruimte voor paginanummers
B
De ruimte boven een tekst
C
De ruimte rondom de tekst
D
De ruimte onder een tekst

Slide 5 - Quiz

Wat is een Koptekst in Word?
A
De inhoud van de tekst
B
Een afbeelding onderaan de pagina
C
Een naam voor het document
D
Bovenaan elke pagina

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Wat is Alineaopmaak?
(meerdere antwoorden)
A
Een sjabloon voor alinea's
B
Een vooraf ingestelde opmaak
C
Een type afbeelding
D
Een soort lettertype

Slide 8 - Quiz

Welke functies in de Alineaopmaak?
(meerdere antwoorden)
A
Toevoegen van afbeeldingen
B
Instellen van regelafstand
C
Veranderen van bestandsformaat
D
Aanpassen van inspringing

Slide 9 - Quiz

Wat kun je niet met Alineaopmaak?
(meerdere antwoorden)
A
Tekstkleur veranderen
B
Lettertype wijzigen
C
Instellen van uitlijning
D
Instellen van alineastijlen

Slide 10 - Quiz

Extra witruimte tussen alinea's toevoegen doe je ...
A
met extra Enters
B
Afstand voor/na

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Wat behoort tot Tekenopmaak?
A
Uitlijning
B
Tekstkleur
C
Lettertype- en grootte
D
Opsommingstekens

Slide 13 - Quiz

Wat doet Tekstmarkering in Word?
(meerdere antwoorden)
A
Maakt tekst beter leesbaar
B
Verwijdert tekst
C
Markeert tekst met kleur
D
Verandert het lettertype

Slide 14 - Quiz

Wat zijn Teksteffecten?
A
Schaduw, glans en reflectie
B
Tekenstijlen
C
Enkel de tekstkleur
D
De grootte van de letters

Slide 15 - Quiz

Welke Tekenstijl wordt gebruikt om machten te typen?


A
subscript
B
cursief
C
doorstrepen
D
superscript

Slide 16 - Quiz

UITSMIJTER

Slide 17 - Slide

Waarvoor dienen deze toetsen?

Slide 18 - Slide

Welke extra knop heb je nodig om 
€, #, @  te typen? 

Slide 19 - Slide

Speciale tekens

Slide 20 - Slide

Waarom moet je je bestanden opslaan in OneDrive?

Slide 21 - Open question