1.5 Woorden

Waarom is het belangrijk om je woordenschat te vergroten?
1 / 26
next
Slide 1: Mind map
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Waarom is het belangrijk om je woordenschat te vergroten?

Slide 1 - Mind map

Hoeveel woorden lees in een jaar als je als je een kwartiertje per dag leest?

A
ongeveer 4600
B
ongeveer 14.600
C
ongeveer 146.000
D
ongeveer 1.146.000

Slide 2 - Quiz

En als je een kwartiertje per dag leest hoeveel woorden leer je dan extra per jaar?
A
10
B
100
C
1000
D
10.000

Slide 3 - Quiz

Hoeveel woorden hoor je per uur?

A
tussen de 656-1100
B
tussen de 1251 en 2153
C
tussen de 2153 en 3298
D
tussen de 3298 en 4578

Slide 4 - Quiz

Hoe vaak moet je een woord horen/zien voordat je het woord onthoudt?
A
3x
B
4x
C
5x
D
6x

Slide 5 - Quiz

Hoeveel woorden leer je per dag?
A
1 tot 3
B
3 tot 5
C
5 tot 8
D
8 tot 10

Slide 6 - Quiz

Hoeveel woorden denk je dat iemand van jullie leeftijd kent?

A
10.000
B
15.000
C
17.000
D
20.000

Slide 7 - Quiz

Hoeveel woorden kent een volwassene?

A
20.000-25.000
B
25.000-30.000
C
30.000-45.000
D
50.000-70.000

Slide 8 - Quiz

Hoeveel leer je er per jaar bij?
A
350-700
B
750-3000
C
3500-4000
D
4500-6000

Slide 9 - Quiz

Huiswerk donderdag 17/9
1.5 Woorden: maak opdracht 1 en 2 (p.34) in je schrift

Slide 10 - Slide

1.5 Woorden
1. Bespreken huiswerk: opdracht 1 en 2, p.34

2. Aanmelden Talent digitaal
  • Ga naar Magister / Leermiddelen
  • Meld je aan bij Talent met code 521270

Slide 11 - Slide

Aan de slag met 25 nieuwe woorden
1. Maak opdracht 3 (Instapopdracht) in je boek:
  • Bekijk de woordenlijst. 
  • Bedek de betekenissen
  • Ken je de betekenis? Zet een kruisje achter het woord.
  • Kun je een zin maken met het woord? Zet dan nog een kruisje.


2. Maak van 1.5 Woorden opdracht 4, 5, 6 en 8 digitaal. Niet klaar? Huiswerk voor de volgende les!

3. Klaar of tijd over? Kies:
  • Leer de woorden uit de woordenlijst met behulp van de woordtrainer (Talent digitaal)
  • Lezen

Slide 12 - Slide

Talent (opdr.4)

Slide 13 - Mind map

Welk woord past er bij deze foto?
(opdr.7)

Slide 14 - Open question

Welk woord past er bij deze foto?

Slide 15 - Open question

Welk woord past er bij deze foto?

Slide 16 - Open question

Welk woord past er bij deze foto?

Slide 17 - Open question

B1a, dinsdag 22 september
Wat gaan we doen?
  • herhalen samenstelling
  • start Lezen 1.3

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Bespreken huiswerk
Samenstelling:
  • combinatie van woorden die ook los kunnen voorkomen
  • laatste deel is belangrijkst voor betekenis en voor bepaling lidwoord

1.5 Woorden: opdracht 14 t/m 17 
  • Opdracht 14 bespreken, p.39
  • Verder vragen?

Slide 20 - Slide

Start Lezen 1.3
In deze paragraaf leer je:
  • de leesstrategieën verkennend en nauwkeurig lezen
  • titel en tussenkopje herkennen
  • onderwerp en deelonderwerp benoemen
  • alinea's herkennen


Slide 21 - Slide

Hoe vond je begrijpend lezen op de basisschool?
A
Makkelijk
B
Ging wel redelijk
C
Moeilijk

Slide 22 - Quiz

Wat vond je van begrijpend lezen op de basisschool?
A
Leuk
B
Ging wel
C
Niet leuk

Slide 23 - Quiz

Verkennend en nauwkeurig lezen, p.19
Klassikaal bespreken

Slide 24 - Slide

Aan de slag!
1.3 Lezen, p.18: maak opdracht 2 en 3  in je schrift.






Klaar? Maak opdracht 4

timer
5:00

Slide 25 - Slide

Huiswerk donderdag 24 september
1.3 Lezen: maak opdracht 4 t/m 6 in je schrift.
Bij het lezen van Tekst 1:  markeer belangrijke en/of opvallende woorden.

Klaar? Pak je leesboek.

Slide 26 - Slide