This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Voorvoegsels
Slide 1 - Slide
Wat is een voorvoegsel?
een stukje dat altijd het hetzelfde betekent in combinatie met een ander woord.
Hierdoor begrijp je wat het woord betekent.
Slide 2 - Slide
wat is het voorvoegsel?
A
geklets
B
gezwam
C
oeverloos
D
misverstand
Slide 3 - Quiz
Waarom is dit een voorvoegsel?
A
gezwam/ geklets zijn voltooid deelwoorden
B
oeverloos is een achtervoegsel
C
mis...betekent verkeerd, ook in mishandeling
D
verstand heeft te maken met begrijpen
Slide 4 - Quiz
Welk woord heeft een voorvoegsel?
A
soepgroente
B
minibus
C
pizzabroodje
D
vloertegel
Slide 5 - Quiz
Welk woord heeft een voorvoegsel?
A
extra
B
hoekschop
C
zwartrijder
D
interland
Slide 6 - Quiz
Achtervoegsels!
Sommige woorden eindigen met een achtervoegsel. Je kunt de betekenis van een achtervoegsel vaak zelf raden. Bijvoorbeeld: Mijn broer is een beoefenaar van taekwondo. Beoefen+aar=iemand die taekwondo beoefent.