§ 6.3: Grammaire I (venir)

1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Doel:
Je kunt het onregelmatige werkwoord venir gebruiken.

Slide 3 - Slide

Les:

- Oefenen: emotions.
- Uitleg: venir
- Zelfstandig werken
Huiswerk:

- Maken § 6.3: ex 8A t/m 8D, 8F
- Leren apprendre 1 t/m 3

Slide 4 - Slide

Révision: Les émotions
triste
furieux/
furieuse
joyeux/
joyeuse
amoureux/
amoureuse

Slide 5 - Drag question

Venir

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Bloc G: venir/devenir/revenir
nous venons

Slide 8 - Slide

Zelfstandig werken:
- Maken exercice 8A t/m 8C
- Huiswerk: magister
timer
10:00

Slide 9 - Slide

venir
A
gaan
B
komen

Slide 10 - Quiz

Venir (présent)

wij komen
A
nous vienons
B
nous venont
C
nous venons

Slide 11 - Quiz

venir (présent)

ils ........
A
venient
B
viennent
C
venirent

Slide 12 - Quiz

Venir (passé composé)

wij zijn gekomen
A
nous avons venu
B
nous sommes venus
C
nous sommes venu

Slide 13 - Quiz

venir (passé composé)

zij is gekomen
A
elle est venue
B
elle venait
C
elle est venu
D
elle a venu

Slide 14 - Quiz

venir (imparfait)

ik kwam
A
je suis venu
B
je viens
C
je venais

Slide 15 - Quiz

venir (imparfait)

Je ...
A
venait
B
venais
C
venaise
D
venaite

Slide 16 - Quiz