Thema 5 Basisstof 4 - Zenuwstelsel

Je kunt de delen van het oor benoemen met hun functie.
Je kunt de bouw en werking van het oog beschrijven.
Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.
Je kunt de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven.
Bladzijde 111
Biologie Les 1
Vanaf bladzijde 114
Opdracht 1 tot en met 9
Vanaf bladzijde 114
Opdracht 1 tot en met 9
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Je kunt de delen van het oor benoemen met hun functie.
Je kunt de bouw en werking van het oog beschrijven.
Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.
Je kunt de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven.
Bladzijde 111
Biologie Les 1
Vanaf bladzijde 114
Opdracht 1 tot en met 9
Vanaf bladzijde 114
Opdracht 1 tot en met 9

Slide 1 - Slide

Het zenuwstelsel bestaat uit:
  • Hersenen
  • Ruggenmerg
  • Zenuw

En is onder te verdelen in:
  • Centrale Zenuwstelsel
  • Zenuwen

Slide 2 - Slide

Wervelkolom
Wervels beschermen de zenuwen

Slide 3 - Slide

Reageren op prikkels
Prikkel = chocolade bonbons

Zintuig = ogen.

Impuls = signaal naar hersenen
Impuls = signaal naar spieren

Reageren = bonbon pakken

Slide 4 - Slide

Het zenuwstelsel heeft dus twee functies:
• verwerken van de impulsen die van de zintuigen af komen
• regelen van de werking van spieren en klieren


Een klier is een orgaan dat bepaalde stoffen produceert, bijvoorbeeld zweetklieren, talgklieren en speekselklieren.

Slide 5 - Slide

Een zenuwcel bestaat uit:
- een cellichaam (2) met een celkern (3)
- uitlopers (1 en 4) die impulsen geleiden 
- een beschermend laagje (5) waardoor de impulsen heel snel doorgegeven kunnen worden


De bouw van een zenuwcel

Slide 6 - Slide

Zenuwcellen
Verschillende soorten cellen:
- Gevoelszenuwcellen
- Bewegingszenuwcellen
- Schakelcellen

Allemaal:
- Cellichaam met celkern
- Eén of meerdere uitlopers
Impuls richting

Slide 7 - Slide

Functie van zenuwstelsel
Doel: geleiden van alle impulsen
       - naar de hersenen toe
       - van de hersenen af

Waarom?
Bewustwording van prikkels!

Slide 8 - Slide

Reflexen
Reflex:
Een onwillekeurige (automatische) reactie van spieren op een prikkel

Voorbeeld:
Pupilreflex
Kniepeesreflex

Slide 9 - Slide

(Door de prik trek je je hand automatisch terug)
Route van impulsen bij
een reflex

Slide 10 - Slide

https://schooltv.nl/video/wat-is-pijn-een-belangrijke-waarschuwing-van-je-lichaam/)
Route van impulsen bij
een reflex

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Gevoelszenuw cel

Van zintuig naar centraal zenuwstelsel, lange uitloper naar cellichaam toe

Cellichaam vlakbij het centrale zenuwstelsel

Slide 13 - Slide

Schakelcel
Liggen geheel in het centrale zenuwstelsel

Verbindt gevoelszenuwcellen met de bewegingszenuwcellen

Slide 14 - Slide

Bewegingszenuw cel

Van centraal zenuwstelsel naar de spieren, lange uitloper vanaf cellichaam

Cellichaam ligt in het zenuwstelsel

Slide 15 - Slide

gevoelszenuw -> schakelcel 
->bewegingszenuw

Slide 16 - Slide