Les 5 - Rekenen - Kolomrekenen

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1,2

- Les 5 - Kolomrekenen

Terugblik vorige week:

Getallenlijn, splitsen en verhaalsommen

Lesdoel rekenles

Aan het einde van de les kan ik door kolomrekenen een som uitrekenen.

Wat is kolomrekenen?

Getallen onder elkaar zetten

per eenheid, tiental of honderdtal optellen

                      Voorbeeld

• Je telt de honderdtallen op
• Je telt de tientallen op
• Je telt de eenheden op
• Deze zet je naast elkaar
• Dan heb je het antwoord

H	T	E
1	3	6
0	5	3
1+0=1	3+5=8	6+3=9
1	0	0
	8	0
		9

+

                      Voorbeeld

• Je telt de honderdtallen op
  
• Je telt de tientallen op
  
• Je telt de eenheden op
  
• Deze zet je naast elkaar
  
• Dan heb je het antwoord

H	T	E
3	1	1
1	6	4
3+1=	1+6=	1+4=

+

                      Voorbeeld

• Je telt de honderdtallen op
  
• Je telt de tientallen op
  
• Je telt de eenheden op
  
• Deze zet je naast elkaar
  
• Dan heb je het antwoord

H	T	E
4	3	2
5	6	7
4+5=	3+6=	2+7=

+

Kolomrekenen 10 of meer

Als de eenheden in totaal 10 of méér zijn, krijg je een tiental + eenheden.

5+7= 12

12 = 1 tiental en 2 eenheden

8+6= 14

12 = 1 honderdtal en 2 tientallen

3+5= 8

8 honderdtallen

H	T	E
3	8	5
5	6	7
3+5=	8+6=	5+7=
8	0	0
1	4	0
	1	2
9	5	2

+

=

Oefenen!

H	T	E
2	9	6
5	4	6
2+5=	9+4=	6+6=

Oefenen!

H	T	E
6	3	8
	9	9
6+0=	3+9=	8+9=

Zelfstandig het werkblad maken

KLAAR:

• Bij mij laten nakijken 
• verder in je eigen rekenboek

Terugblik lesdoel:

Aan het einde van de les kan ik door kolomrekenen een som uitrekenen.