7.3 woordformules

Deze les: 7.3 woordformules
- vorige les ..
- lesdoel
- instructie 
- zelfstandige verwerking 

1 / 20
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Deze les: 7.3 woordformules
- vorige les ..
- lesdoel
- instructie 
- zelfstandige verwerking 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Het doel 
Je leert vandaag woordformules berekenen.
Je leert vandaag grafieken en tabellen invullen bij deze woordformules.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

7.3 Woordformules
Kosten in € = 2 + 0,10 x aantal foto's

Vast bedrag: 2
Stijggetal: 0,10
Daalgetal: als er - staat

Slide 6 - Slide

7.3 Woordformules
Gewicht in kg = 86,5 - 0,5  x tijd in weken

vast bedrag: 86,5
Stijggetal: is er niet
Daalgetal: 0,5
Gaat over: 'Gewicht in kg' en 'tijd in weken'

Slide 7 - Slide

7.3 Woordformules
Kosten in € = 2 + 0,10 x aantal foto's

Wat zijn de kosten voor 5 foto's?
2 + 0,10 x 5 = €2,50

Wat zijn de kosten voor 8 foto's?
2 + 0,10 x 8 = €2,80

Slide 8 - Slide

Aan de slag:
Bekijk nogmaals de theorie op blz 55 voor extra uitleg
Blz 54
Som 19 tot 23

Slide 9 - Slide

Vandaag
- Nakijken tot 23
- Theorie
- Aan de slag

Slide 10 - Slide

Nakijken 19 tot 23
https://getalenruimte.digitaal.noordhoff.nl/home/ibookviewer?iBookId=a4a9e3c9-3f6f-4714-ae10-7716b1ba3cda

Slide 11 - Slide

Woordformules 
Verdiensten Lonneke:
verdiensten in € = 4 + 6 x aantal uren

Verdiensten Lonneke na 3 uren werken:
                  4 + 6 x 3 = €22


Slide 12 - Slide

Begingetal en stijggetal 
Verdiensten Lonneke:
Verdiensten in € = 4 + 6 x aantal uren

--> begingetal
6 --> stijggetal


Slide 13 - Slide

Variabelen
kosten in € = 1,50 + 0,50 x aantal foto's --> woordformule

kosten in € en aantal foto's --> variabelen

Variabelen betekent: steeds iets anders. Dat klopt ook wel. Je vult voor aantal foto's steeds een ander getal in. Dan krijg je steeds een ander bedrag voor de kosten in €.


Slide 14 - Slide


Van welke formule is het begingetal 55?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 15 - Quiz


Wat is het stijggetal van formule C?
A
+ 55
B
- 2
C
+ 70
D
+ 3

Slide 16 - Quiz

Aan de slag:
Blz 58 
som 24 tot 30

Slide 17 - Slide

Vandaag:
- Nakijken tot 30
- Herhalen
- Aan de slag

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Aan de slag:
Blz 74
Som 1 tot 5

Klaar?
Blz 170 en 171

Slide 20 - Slide