Problemen in de groep

Problemen in de groep 
Thema 11.1 Problemen bij het leren
1 / 28
next
Slide 1: Slide
OntwikkelingspsychologieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 28 slides, with text slides.

Items in this lesson

Problemen in de groep 
Thema 11.1 Problemen bij het leren

Slide 1 - Slide

Problemen bij het leren
Leerproblemen: het leerproces stagneert.


Ieder kind leert op eigen manier en in eigen tempo.
Leerstof (methodes) zijn gericht op het gemiddelde kind.


Leerproblemen vaak tijdelijk.
Mogelijke oorzaken:
- externe factoren (ziekte kind, scheiding, verhuizing etc)
- niet passende didactiek (systeem gerelateerd leerprobleem)

Slide 2 - Slide

Problemen bij het leren  
Achterstand of vertraging
 

Leerachterstand: achterop zijn in vergelijking met rest van de klas.
Mogelijke oorzaken: ziekte kind, wisseling leerkrachten etc.


Leervertraging: door langzame ontwikkeling van het kind. Natuurlijk gegeven en verschil tussen kinderen.
Bijv. het ene kind loopt al bij 9 maanden de ander pas bij 18 maanden.

Slide 3 - Slide

Problemen bij het leren
Leerstoornis: Een stoornis komt van binnenuit (neurologisch) = aangeboren.
Problemen met automatiseren (= een handeling correct uitvoeren zonder erbij na te denken).


Dyslexie
: probleem met aanleren en toepassen van lezen en spellen op woordniveau.
Dyscalculie: problemen met het leren en automatiseren van basisvaardigheden van rekenen.

Beide stoornissen hebben niets te maken met intelligentie!

Slide 4 - Slide

Problemen bij het leren

Leerproblemen herkennen
  • Hoe eerder des te beter grotere problemen voorkomen
  • jonge kinderen leren makkelijker
  • er kan verband ontstaan met gedragsproblemen


 Signalen:
  • Zeer snel afgeleid
  • Niet lang werken aan één taak
  • De ene dag veel beter dan de andere dag
  • Lijkt opdrachten regelmatig niet te horen
  • Onthoudt slecht wat er verteld wordt

Slide 5 - Slide

Signalen bij problemen bij het leren

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Problemen bij het leren
Leerproblemen herkennen
Hoe eerder des te beter
  • grotere problemen voorkomen
  • jonge kinderen leren makkelijker
  • er kan verband ontstaan met gedragsproblemen

 Signalen:
  • Zeer snel afgeleid
  • Niet lang werken aan één taak
  • De ene dag veel beter dan de andere dag
  • Lijkt opdrachten regelmatig niet te horen
  • Onthoudt slecht wat er verteld wordt


Slide 8 - Slide

Invloed op...
de groep?
het kind zelf?
juffen/meesters?

Slide 9 - Slide

Gedragsproblemen
In elke ontwikkelingsfase nieuw gedrag.



  • Bepaald gedrag hoort bij bepaalde ontwikkelingsfasen; (koppigheidsfase peuter, opstandig gedrag puber etc.)
  • Lastig of ongewenst gedrag hoort bij opgroeien.
  • Lastig gedrag is gedrag dat de opvoeder liever niet wil zien. Dit is een subjectief begrip!

Slide 10 - Slide

Gedragsproblemen
Probleemgedrag: ongewenst gedrag dat een kind gedurende een langere periode regelmatig vertoond en storend is voor de omgeving.


Achter (probleem)gedrag als:
  • driftbuien
  • woedeaanvallen
  • agressief gedrag
  • pesten
schuilt vaak een andere oorzaak (achterliggend probleem: thuissituatie of op school).






Slide 11 - Slide

Gedragsproblemen 
We spreken hier van externaliserend probleemgedrag; naar buiten gericht, waar de omgeving last van heeft.

Slide 12 - Slide

Gedragsproblemen 
Internaliserend probleemgedrag: gedrag waarvan het kind zelf vooral last heeft zoals:
  • faalangst
  • extreme verlegenheid
  • gebrek aan sociale vaardigheden
  • niet weerbaar zijn etc.




Slide 13 - Slide

Gedragsproblemen
Het gedragsprobleem is naar binnen gericht en is niet storend in de groep als geheel.

Slide 14 - Slide

Gedragsproblemen
Oorzaken:
  

  • Psychosociaal: hoe het kind omgaat met sociale relaties
  • Opvoeding, gezin, omgeving, ervaringen, emoties
  • Aanleg
  • Persoonlijk temperament (karakter)
  • Organisch (hoe het kind zich voelt)
  • Lichamelijk (eigenschappen, beperkingen etc.)

Slide 15 - Slide

Invloed op...
de groep?
het kind zelf?
juffen/meesters?

Slide 16 - Slide

Gedragsstoornissen
Bij ‘Lastig gedrag’ dat tenminste 6 maanden aanhoudt en niet meer past bij de ontwikkelingsfase van een kind kan er sprake zijn van een gedragsstoornis.

Slide 17 - Slide

Gedragsstoornissen
Gedragsstoornis:

  • Psychiatrisch ziektebeeld waarbij probleemgedrag voortkomt uit de aanleg van het kind.
  • Het gedrag komt uit het kind en niet door de omgeving.
  • De omgeving heeft er last van. Het kind minder.
  •  Het gaat om externaliserend gedrag.
  • Het gedrag blijft vaak na kindertijd bestaan.

Slide 18 - Slide

Gedragsstoornissen
Gedragsstoornis:
  • Een gedragsstoornis gaat vaak gepaard aan verslaving, depressie of angststoornissen.
  • Probleemgedrag moet langer dan 6 maanden onafgebroken
    aanhouden en niet bij de ontwikkelingsfase van het kind horen. 

Slide 19 - Slide

Gedragsstoornissen
Agressieve gedragsstoornis
  • Extreem agressief gedrag
  • In een vroege- en late variant
  • De vroege variant uit zich in peuter-/kleutertijd
  • In puberteit neemt fysieke agressie toe
  • Opstandig gedrag en moeilijk temperament
  • Kan uitgroeien tot antisociale gedragsstoornis
  • Vroege variant verdwijnt niet
  • Late variant uit zich pas tijdens adolescentie
  • Deze late variant kan verdwijnen

Slide 20 - Slide

Gedragsstoornissen
Agressieve gedragsstoornissen:
  • ODD Oppositional Defiant Disorder (of oppositioneel opstandig gedrag)
  • CD Conduct Disorder (antisociale gedragsstoornis)

Slide 21 - Slide

Gedragsstoornissen
ODD Oppositional Defiant Disorder 
  • Een lichtere vorm van een antisociale gedragsstoornis (CD)
  • Vaak samen met ADHD of autisme


Signalen al op jonge leeftijd:
zeer ongehoorzaam, driftig, maakt vaak ruzie met volwassenen , houdt zich niet aan regels, verzet tegen regels, weigert zich aan te passen, irriteert anderen met opzet.


Maar ook:
geeft anderen de schuld, is vaak boos, hatelijk, wraakzuchtig, ergert zich makkelijk, is sociaal niet vaardig.

Slide 22 - Slide

Gedragsstoornissen
CD Conduct Disorder:

  • Volstrekt onacceptabel gedrag:
  1. Zeer agressief of gewelddadig
  • Geen contact met leeftijdgenootjes
  • Hanteren eigen regels in de groep in hun voordeel
  • Weinig inlevingsvermogen

Anders dan bij ODD: bij CD wel sprake van agressief gedrag en gewelddadigheid.

Slide 23 - Slide

Gedragsstoornissen
CD komt vaak voor samen met adhd of autisme (ASS). 


Het gedrag is vaak onvoorspelbaar en onbetrouwbaar.
Het schadelijke gedrag wordt vaak bewust gebruikt om doel te bereiken.
Hoe jonger de signalen zich uiten, des te erger de stoornis.


Kind met CD kan uitgroeien tot delinquent.


Slide 24 - Slide

Overzicht verschillen ODD en CD

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Invloed op...
de groep?
het kind zelf?
juffen/meesters?

Slide 27 - Slide

Maken
  1. Boek: Pedagogisch Klimaat
  2. Module 3: begeleiden in de groep
  3. Praktijksituaties: een echte 'rotklas'

Slide 28 - Slide