Maatschappijopdracht 9 Vitaliteit

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Vitaliteit

Lesdoelen M-kaarten

Aan het einde van de les weet ik wat vitaliteit betekent.

Aan het einde van de les weet ik hoe ik kan ontdekken of ik vitaal ben.

Aan het einde van de les weet ik wat ik zelf kan doen om vitaal te blijven.

Aan het einde van de les weet ik waarom het voor een bedrijf belangrijk is dat medewerkers vitaal zijn.

Lesdoelen V-kaarten

Aan het einde van de les weet je welke groepen en relaties belangrijk voor je zijn en hoe ze jou beïnvloeden.

Je leert hoe je gezond kunt blijven door goede keuzes te maken in eten, bewegen, hygiëne en slapen.

Je ontdekt hoe je jouw vitaliteit kunt versterken 

Vitaliteit

Wanneer voel jij je vitaal?

Opdracht 3/4

Bedenk wat jij doet om je prettig/gezond te voelen (opdracht 3).

Bedenk wat jij doet waarbij je je onprettig/ongezond voelt (opdracht 4).

Opdracht 5

- Bedenk één ding wat jij niet prettig vindt op jouw werk.

- Bedenk één ding wat jij niet gezond vindt aan jouw werk.

- Bedenk voor beide problemen een oplossing.

Betekenis van de woorden

- Vitaliteit

- Lekker in je vel

- Prettig

- Energie

- Mindmap

- Gezond

- Duurzaam inzetbaar

Even opfrissen

- Wat is vitaliteit?

- Wat kan ik doen om me vitaal te voelen?

- Hoe zorg ik dat ik vitaal blijf in mijn werk?

- Wat is duurzame inzetbaarheid?

- Hoe kan ik ervoor zorgen dat ik duurzaam inzetbaar blijf?

Opdracht 7

Om je vitaal te voelen, moet je gezond blijven. Het is dus belangrijk dat je er zelf voor zorgt dat je gezond blijft. Je kunt daaraan werken door je te houden aan de BRAVO- richtlijnen.

·

Opdracht 7 Lees de richtlijnen en kijk naar de filmpjes.

Opdracht 8

Stelling: Iedereen moet zich aan alle BRAVO- richtlijnen houden, anders ben je niet vitaal.

Opdracht 9

- Zelf BRAVO-dagboek invullen.

- Bedenk welke verbeterpunten jij zou kunnen bedenken om jouw gezondheid te verbeteren.

Betekenis van woorden

- B.R.A.V.O. (afkorting van?)

- Richtlijnen

- Toepassen

- Casus

- Mening

- Stelling

- Dagboek

Opdracht 10/11

Mindmap over hoe jij je prettig voelt. Daarna verdelen over drie gebieden:

- Mentaal prettig (het hebben van zelfvertrouwen)

- Sociaal prettig (leuke vrienden hebben)

- Emotioneel prettig (van het leven kunnen genieten)

Opdracht 12/13

Test maken

Daarna twee dingen uitkiezen die je zou willen verbeteren en opschrijven hoe je dat kunt doen.

Klaar? Woordenlijst invullen.

Opdracht 14

Kies van elke leskaart 1 verbeterpunt, schrijf de verbeterpunten in het schema. En ga ermee aan de slag!

Maatschappijopdracht verdiepend

- Een poster maken op computer of A4 papier.

- Onderwerpen: drankgebruik, roken, drugsgebruik, eenzaamheid, eetstoornissen, overgewicht, gameverslaving, loverboys, verspreiding naaktfoto's/filmpjes onder jongeren.

Daarnaast maak je een verantwoording (verslag in word)

Verantwoording

- Verdiepen in onderwerp (wat is belangrijk dat jongeren weten over het onderwerp? Wat zijn de gevaren/consequenties als de jongere ermee in aanraking komt?)

- Waarom heb ik dit onderwerp gekozen?

- Waarom heb ik dat op deze manier uitgewerkt?

Kijk goed naar beoordelingscriteria!