H1 taalverzorging spelling pv tt en pv vt 3e les

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • Pen
  • 1-blikagenda






1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • Pen
  • 1-blikagenda






Slide 1 - Slide

  • Samengestelde zin
  • Voegwoord
  • Persoonsvorm en onderwerp
Vorige lessen

Slide 2 - Slide




H1 Taalverzorging (grammatica)





H1 Taalverzorging (spelling)





Na de lessen deze week...
  • kun je samengestelde zinnen en voegwoorden herkennen.
  • kun je de persoonsvormen en onderwerpen in samengestelde zinnen vinden. 

  • kun je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • de verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden goed spellen.
  • de moeilijke woorden uit de paragraaf goed spellen.
Doel

Slide 3 - Slide

Weektaak voor maandag 25 oktober:
  • H1, taalverzorging: opdr. 1 t/m 3 (blz. 30 en 31)
  • H1, taalverzorging: opdr. 1 t/m 4 en 6 (blz. 32 en 33)

Toets grammatica en spelling H1 (2x) (blz. 28 t/m 33):
  • 2Z: woensdag 27 oktober
  • 2G/2M: dinsdag 26 oktober









Huiswerk

Slide 4 - Slide

Je kunt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.

Je kunt de verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden goed spellen.

Je kunt de moeilijke woorden uit de paragraaf goed spellen.





Doel

Slide 5 - Slide

Stelling: als je een diploma van de middelbare school hebt, moet je een tekst kunnen schrijven zonder fouten te maken in werkwoordspelling.

  • Stap 1: Denk in je eentje en in stilte na. Schrijf kort op wat jij vindt. (Eens/oneens, want...)
  • Stap 2: Bespreek met diegene naast je. Maak samen één antwoord, waar je het allebei mee eens bent.
  • Stap 3: We bespreken de antwoorden samen.
Wat vind jij? 
timer
1:00

Slide 6 - Slide

Iedereen begrijpt toch wat je schrijft? 
  • Waarom is het dan toch soms belangrijk? 
  • In welke situatie(s) is het belangrijk?
Waarom?

Slide 7 - Slide

  • Ik ______________ voor deze opdracht mijn oma. (interviewen, tt)
  • Hij ______________ hoe hij corona vond. (vertellen, tt)
  • Mijn moeder ______________ het werk vroeger leuk. (vinden, vt)
  • Wat ______________ jij? (vinden, tt)
Het schema

Slide 8 - Slide



Check:
  • pv
  • ik-vorm
  • hele werkwoord
  • tt
  • vt
  • sterk werkwoord
  • zwak werkwoord


Stappenplan werkwoordspelling:
  • Wat doe je als eerste? Wat is het allerbelangrijkste? 
Het schema

Slide 9 - Slide




  • Stap 1: Maak zin 1 t/m 5 alleen en in stilte. Schrijf de werkwoorden in je schrift.

  • Stap 2: Bespreek met je diegene naast je.  Maak samen één antwoord, waar je het allebei mee eens bent.

  • Stap 3: We bespreken de antwoorden samen.




1) Jelmer ____________ over de vele snoeren van zijn computer. (struikelen) (tt)

2) Ik ____________  mijn horloge in de vakantie. (verliezen) (vt)

3) Tijdens de lancering ____________  de NASA-raket. (ontploffen) (vt)

4) Vorig jaar ____________  Jeffrey in de skivakantie de smaak te pakken. (krijgen) 

5) Er ____________  vorig jaar geen ouders op de ouderavond. (komen)
Werkwoordspelling
timer
1:00

Slide 10 - Slide

  • 1) Jelmer struikelt over de vele snoeren van zijn computer. (tt)

  • 2) Ik verloor mijn horloge in de vakantie. (vt)

  • 3) Tijdens de lancering ontplofte de NASA-raket. (vt)

  • 4) Vorig jaar kreeg Jeffrey in de skivakantie de smaak te pakken.

  • 5) Er kwamen vorig jaar geen ouders op de ouderavond. 
Werkwoordspelling

Slide 11 - Slide

Opdracht 1, blz. 32

Slide 12 - Slide



Wat?
  • H1, taalverzorging: opdr. 1 t/m 4 en 6 (blz. 32 + 33)

Hoe?
  • Boek + schrift

Klaar? 
  • Nakijken (antwoordenboekje voorin)
  • H1, taalverzorging: opdr. 1, 2 en 3 (blz. 30/31)
  • Vorige weektaak nagekeken? (blz. 28 en 29)



Heb je hulp nodig?
Kijk eerst naar het stoplicht.
 



Rood? Stil. 
Begin even ergens anders.
Geel? Fluisterniveau. 
Vraag je buurman of buurvrouw.
Groen? Fluisterniveau. 
Vraag je buurman of buurvrouw of de docent.

Aan het werk
timer
1:00

Slide 13 - Slide




Na deze les...

  • kun je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • de verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden goed spellen.
  • de moeilijke woorden uit de paragraaf goed spellen.


Doel

Slide 14 - Slide

Volgende les
Donderdag: 
  • Schema werkwoordspelling in boek
  • Leesboek mee

Maandag 25 oktober: weektaak af
  • H1, taalverzorging: opdr. 1, 2 en 3 (blz. 30/31)
  • H1, taalverzorging: opdr. 1 t/m 4 en 6 (blz. 32 + 33)

Week na de herfstvakantie:
  • Toets grammatica en spelling H1 (2x) - blz. 28 t/m 33


Slide 15 - Slide