20240116 Herhaling lesstof - zelfstandig oefenen

20240116 Herhaling lesstof - zelfstandig oefenen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

20240116 Herhaling lesstof - zelfstandig oefenen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

Voor de veehouderij zijn deze elementen belangrijk. Ze komen in je werk en dus ook in deze lessen terug. We gaan ze oefenen door de nadruk te leggen op hun functie. 


Wat is de scheikundige formule voor Calcium?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Wat is de scheikundige formule voor fosfor?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Wat is de scheikundige formule voor kalium?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Wat is de scheikundige formule voor koolstof?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Welk element heeft het symbool Mg?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Wat is de scheikundige formule voor stikstof?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Welk element heeft het symbool H?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Welk element heeft het symbool O?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Wat is een kenmerk van een chemische reactie?
A
Is onomkeerbaar
B
Is altijd in balans (massa voor en na)
C
Er is altijd een beginproduct
D
Er ontstaat een nieuwe stof

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

CO2
N
Cl
CaO
H2O
CO
Koolstofdioxide
Calciumoxide
Water
Koolmonoxide
Chloor
Stikstof

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Bodemanalyseformulier: Wat betekent "plant beschikbaar"?
A
geeft de verwachte hoeveelheid weer. die het komend jaar plant beschikbaar maakt vanuit de bodemvoorraad door het bodemleven
B
geeft de verhouding aan tussen twee elementen.
C
de waarden die zijn gebaseerd op landelijke metingen per grondsoort en sector zoals tuin-/akkerbouw of grasland
D
geeft de hoeveelheid aan die de plant direct tot zijn beschikking heeft en die direct kan worden opgenomen.

Slide 14 - Quiz

D
Bodemanalyseformulier: Wat betekent "leverend vermogen"?
A
geeft de verwachte hoeveelheid weer. die het komend jaar plant beschikbaar maakt vanuit de bodemvoorraad door het bodemleven
B
geeft de verhouding aan tussen twee elementen.
C
de waarden die zijn gebaseerd op landelijke metingen per grondsoort en sector zoals tuin-/akkerbouw of grasland
D
geeft de hoeveelheid aan die de plant direct tot zijn beschikking heeft en die direct kan worden opgenomen.

Slide 15 - Quiz

A
Bodemanalyseformulier: Wat betekent "ratio"?
A
geeft de verwachte hoeveelheid weer. die het komend jaar plant beschikbaar maakt vanuit de bodemvoorraad door het bodemleven
B
geeft de verhouding aan tussen twee elementen.
C
de waarden die zijn gebaseerd op landelijke metingen per grondsoort en sector zoals tuin-/akkerbouw of grasland
D
geeft de hoeveelheid aan die de plant direct tot zijn beschikking heeft en die direct kan worden opgenomen.

Slide 16 - Quiz

B
Bodemanalyseformulier: Wat betekent "streeftraject"?
A
geeft de verwachte hoeveelheid weer. die het komend jaar plant beschikbaar maakt vanuit de bodemvoorraad door het bodemleven
B
geeft de verhouding aan tussen twee elementen.
C
de waarden die zijn gebaseerd op landelijke metingen per grondsoort en sector zoals tuin-/akkerbouw of grasland
D
geeft de hoeveelheid aan die de plant direct tot zijn beschikking heeft en die direct kan worden opgenomen.

Slide 17 - Quiz

C
Heeft positief effect op productie en op benutting meststoffen
Betere oplosbaarheid en daardoor betere benutting meststoffen
Deze waarde heeft invloed op de beschikbaarheid van meststoffen
Vloeibare meststof onder droge omstandigheden
Vochtvoorziening
Zuurgraad van de bodem (pH)

Slide 18 - Drag question

A2 B1 C3
Wat verstaan we onder
de Wet van Liebig?

Slide 19 - Open question

"De ketting is zo sterk als de zwakste schakel"
Het element dat het minst aanwezig is bepaalt de plantengroei, niet de totale hoeveelheid voedingsstoffen.
Wat is een atoom?
A
Twee of meerdere verschillende deeltjes aan elkaar
B
Twee of meer deeltjes aan elkaar
C
Kleinste deeltje dat kan worden onderscheiden
D
Één soort deeltje

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een Molecuul?
A
Twee of meerdere verschillende deeltjes aan elkaar
B
Twee of meer deeltjes aan elkaar
C
Kleinste deeltje dat kan worden onderscheiden
D
Één soort deeltje

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een verbinding?
A
Twee of meerdere verschillende deeltjes aan elkaar
B
Twee of meer deeltjes aan elkaar
C
Kleinste deeltje dat kan worden onderscheiden
D
Één soort deeltje

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions