What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
2b herhaling grammatica 1b zinsdelen
2b herhaling grammatica 1b
1 / 30
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
2b herhaling grammatica 1b
Slide 1 - Slide
Fijn dat je er bent!
Pak alvast je boek,
schrift en pen.
Slide 2 - Slide
Grej of the day
Verder met Spelling
werkwoordalarm
Aan het werk
13 maart toets spelling
Slide 3 - Slide
Leerdoel
Ik kan moeilijke werkwoorden spellen.
Slide 4 - Slide
Leerdoel
Je kunt de PV kunt vinden.
Je weet dat de PV altijd een werkwoord is.
Je kunt een werkwoord kunt herkennen.
Je kunt de tijd van de zin veranderen.
Je kunt een zin veranderen in een vraag
Slide 5 - Slide
In elke zin staat een persoonsvorm (pv)
De persoonsvorm is altijd een werkwoord
Jan
wilde
een snoepje
Jan
wilde
een snoepje
hebben
Slide 6 - Slide
De PV is altijd een werkwoord
Een werkwoord is een woord dat je laat zien wat er gedaan wordt. Je noemt een werkwoord ook wel eens een doe-woord.
Slide 7 - Slide
Je kunt de PV vinden door de zin in een vraag te veranderen.
Pien heeft luizen op haar hoofd.
Heeft
Pien luizen op haar hoofd?
Het woord waarmee de vraagt begint is de PV.
Homme maakt dieren van ijzer.
Maakt
Homme dieren van ijzer?
Slide 8 - Slide
Je vindt de PV door
de tijd van de zin te veranderen.
De leerlingen lezen een mooi boek. (t.t.)
De leerlingen
lazen
een mooi boek. (v.t.)
Pien logeerde bij Homme. (v.t.)
Pien
logeert
bij Homme.(t.t.)
Het woord dat verandert is de PV
Slide 9 - Slide
Verander deze zin naar de tegenwoordige tijd:
Homme vond Pien een raar meisje.
Slide 10 - Open question
Verander deze zin naar de verleden tijd:
Pien schrijft bijzondere gedichtjes.
Slide 11 - Open question
Pien valt in een grote plas modder.
Welk woord verandert als je de zin verandert naar de verleden tijd?
A
modder
B
Pien
C
valt
D
plas
Slide 12 - Quiz
Pien valt in een grote plas modder.
Welk woord is de PV?
A
Pien
B
valt
C
in een grote plas modder
D
modder
Slide 13 - Quiz
Maak een vraag van de volgende zin:
Homme slaapt een tijdje bij Tim.
Slide 14 - Open question
Maak een vraag van de volgende zin:
Tim is de grote broer van Homme
Slide 15 - Open question
Als je wilt controleren of iets een werkwoord is...
ik.....
jij.....
wij....
Slide 16 - Slide
Aan de slag
Maak opdracht 1 t/m 3
Heb je tijd over maak opdracht 4
blz 200-201
Slide 17 - Slide
Leerdoel
Je kunt de PV kunt vinden.
Je weet dat de PV altijd een werkwoord is.
Je kunt een werkwoord kunt herkennen.
Je kunt de tijd van de zin veranderen.
Je kunt een zin veranderen in een vraag
Slide 18 - Slide
Fijn dat je er bent!
Pak alvast je boek,
schrift en pen.
Slide 19 - Slide
Grej of the day
Verder met Spelling
werkwoordalarm
Aan het werk
13 maart toets spelling
Slide 20 - Slide
Leerdoel
ik kan het onderwerp van de zin benoemen.
Slide 21 - Slide
De persoonsvorm
- Elke zin heeft een persoonsvorm.
- De pv is een vorm van het werkwoord.
- De pv geeft belangrijke informatie over wat er gebeurt.
- De pv laat zien of de zin over vroeger of nu gaat.
Slide 22 - Slide
Je herkent de persoonsvorm zo:
• het is een vorm van het werkwoord
• hij staat in het enkelvoud of in het meervoud
(dans – dansen)
• hij staat in de tegenwoordige tijd of in de verleden tijd
(dans – danste)
Slide 23 - Slide
Hij eet een appel. = enkelvoud – tegenwoordige tijd
Jullie eten een appel. = meervoud – tegenwoordige tijd
Hij at een appel. = enkelvoud – verleden tijd
Jullie aten een appel. = meervoud – verleden tijd
Slide 24 - Slide
Onderwerp
Het onderwerp en de persoonsvorm horen bij elkaar
Boukje zingt in een musical.
PV = zingt
Stel de vraag: Wie zingt?
Boukje
Slide 25 - Slide
Overal in de kamer liggen Sandra's boeken.
Wat is het onderwerp?
Slide 26 - Open question
Joy schrijft een verhaal op haar tablet.
Wat is het onderwerp?
Slide 27 - Open question
Maak opdracht 1 en 2
blz 204
Klaar ga verder met 4 t/m 7 = huiswerk
timer
10:00
Slide 28 - Slide
Leerdoel
ik kan het onderwerp van de zin benoemen.
Slide 29 - Slide
Wat is het onderwerp?
Mijn zus wil mij altijd helpen
A
mijn zus
B
altijd
C
mij
D
wil
Slide 30 - Quiz
More lessons like this
ENC 2 Basis Grammatica
March 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
1 B Grammatica pv
October 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Techniekklas Grammatica zinsdelen. Persoonsvorm
October 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
1 BK 1.7 Grammatica deel 2
September 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
2K Grammatica herhaling 1e jaar
April 2024
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
1B Grammatica zinsdelen pv
April 2024
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Thema 6: hoofdvormen werkwoorden en meewerkend voorwerp.
May 2022
- Lesson with
44 slides
Taal
Primary Education
Zinsontleden
April 2022
- Lesson with
30 slides
English
Tertiary Education