oor en oog problematiek

OTITIS MEDIA
 middenoorontsteking 
1 / 48
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2,3

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

OTITIS MEDIA
 middenoorontsteking 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Verloop geluid
  1. Geluid (trillende lucht) vangt de oorschelp op
  2. Vanuit de oorschelp door naar de gehoorgang
  3. Trommelvlies gaat hierdoor trillen en hierdoor ook de gehoorbeentjes
  4. Deze trillingen komen uit in het slakkenhuis
  5. Slakkenhuis zet deze trillingen om in elektrische signalen
  6. De gehoorzenuw (nervus cochlearis) stuurt deze elektrische signalen naar de hersenen en vertaald dit naar geluid.
  • Je hoort pas geluid wanneer deze elektrische signalen zijn verwerkt in je hersenen en niet wanneer de trillingen je oor raken!


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Een op de tien NL’ers heeft last van gehoorverlies;
> 60 jaar een op de vier
> 85 jaar drie op de vier

Meeste gevallen is het gehoorverlies beperkt
Een klein deel zijn auditief beperkt
Hoe meer dB verlies, hoe erger het gehoorverlies



Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Oorzaken
Er zijn verschillende oorzaken waarom gehoorverlies ontstaat:
Geleidings-,
Centraal-,
Psychogeen-,
Aangeboren gehoorverlies

Gehoorverlies kan invloed hebben op communicatie, mobiliteit, zelfredzaamheid en deelname aan de maatschappij


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Geleidingsgehoorverlies

  • Probleem zit bij het geleiden van trillingen
  • Het zit in gehoorgang, trommelvlies en/of gehoorbeentjes
  • Door oorsmeerprop of door een oorontsteking
  • Door de prop/pus/scheuren of littekenweefsel worden de trillingen niet goed doorgeleidt

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Centraal gehoorverlies

  • Probleem zit in de hersenen
  • Hersenen ontvangen een seintje vanuit het gehoorzenuw (nervus cochlearis), maar kunnen dit minder of niet vertalen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Psychogeen gehoorverlies
  • Gehoorverlies zonder duidelijke oorzaak
  • Ook wel functioneel gehoorverlies
  • Voorbeeld: plotseling gehoorverlies
  • Te herkennen door: gehoorverlies van 30 dB of meer, bijna altijd aan een oor en kan maximaal 3 dagen duren

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Aangeboren 
  • Neonatale gehoorscreening, alle baby’s worden gescreend op gehoor
  • 1 op de 1000 wordt doof geboren
Oorzaak kan zijn:
  • Moeder was ziek tijdens zwangerschap
  • Medicatie tijdens zwangerschap
  • Onderontwikkeling oor baby bij de eerste twee maanden van zwangerschap
  • Erfelijke ziekte moeder/vader

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Alarmsymptomen 

  • Koorts bij kinderen < 4 weken
  • Ziek kind die suf is, weinig wil drinken en ineens zieker wordt
  • Koorts, hoofdpijn en nekstijfheid  meningitis
  • Koorts en pijn rondom het oor  ontsteking gehoorbeen
  • Plots gehoorverlies
  • Aanvallen van gehoorverlies, oorsuizen en draaiduizeligheid

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Otitis media

Ontsteking van de ruimte achter het trommelvlies; middenoor

acute = OMA
met effusie = OME 
langdurig = chronisch

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

OME 
De buis van Eustachius is verstopt (belangrijk voor slijm te verplaatsen vanuit middenoor naar neus-/keelholte)
Komt voornamelijk voor bij:
  • Na een keelontsteking
  • Otitis media acuta
  • Kinderen tussen 3 maanden tot 3 jaar

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

OME
Behandeling; conservatief, duurt 3 a 6 maanden
Plaatsen trommelvliesbuisjes indien;
  • klachten > 6 maanden duren
  • bij audiogram gemeten is dat 25 dB minder gehoor is dan normaal
  • achterlopen in praten en begrijpen van taal
Risicofactoren
  • schisis 
  • buis van Eustachius is vaker verstopt
  • Verzwakt afweersysteem
  • Syndroom van Down



Slide 13 - Slide

This item has no instructions

OMA
Plotselinge ontsteking door bacterie of virus
Symptomen:
  • Algehele malaise
  • Koorts
  • Pijn
  • Onrustig (voornamelijk ‘s nachts)
  • Verminderd gehoor door loopoor of trommelvliesperforatie


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

OMA
Behandelen met antibiotica indien;
  • Ernstige zieke zorgvragers
  • < 2 jaar en beide oren OMA
  • Klachten langer dan 3 dagen
  • Sinds begin last van loopoor + koorts + pijn
  • Hogere kans hebben op blijvende klachten, bijv. bij syndroom van Down, schisis, verminderd afweersysteem, etc.



Slide 15 - Slide

This item has no instructions

OMA

Complicaties;
  • Otitis media chronica bij klachten > dan een maand
  • Zenuwverlamming in gezicht
  • Ontsteking evenwichtsorgaan
  • Meningitis



Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Chronische otitis media 
Wanneer OMA niet geneest spreken wij van otitis media chronica
  • Zorgt voor blijvende schade in het oor
  • Dit ontstaat door cellen die gaan woekeren (snel gaan groeien)
  • Woekering gaat zo snel dat het door het bot heen groeit
  • Dit noemen wij cholesteatoom (goedaardig/geen kanker)

Behandeling: operatie, indien antibiotica geen effect heeft
Hierbij wordt ontstoken slijmvlies/cholestestoom verwijderd


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Het middenoor is de anatomische ruimte die achter het trommelvlies ligt
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

De verbinding tussen het middenoor en de neus-keelholte is:
A
de gehoorbeentjes
B
het slakkenhuis
C
het trommelvlies
D
De buis van Eustachius

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

De buis van Eustachius heeft een belangrijke taak. Het slijm uit je middenoor gaat namelijk via deze buis naar je neusholte en je keelholte. Bij een middenoorontsteking met slijm in het middenoor zit deze buis verstopt, waardoor het slijm niet meer weg stroomt.
Dit noemen we:
A
Otitis media acuta (OMA)
B
Otitis media met effusie (OME)
C
middenoorontsteking met slijm achter het trommelvlies
D
chronische middenoorontsteking

Slide 20 - Quiz

Effusie; ophoping van vloeistof in een lichaamsholte of in weefsel.
Op deze leeftijd is de buis van Eustachius nog erg smal, waardoor die snel verstopt raakt en er dus een OME kan ontstaan
A
baby`s tot 1 jaar
B
kinderen tot 2 jaar
C
kinderen tot 3 jaar
D
kinderen tot 4 jaar

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

welke zorgvrager heeft een grotere kans op het krijgen van een otitis media?

Slide 22 - Mind map

  • Een gespleten gehemelte. Bij deze kinderen is de buis van Eustachius namelijk vaker verstopt;
  • Een verzwakt afweersysteem. Zij hebben namelijk vaker last van keelontstekingen of oorontstekingen;
  • Het syndroom van Down.
Wat kan een oorzaak zijn van gehoorverlies?

Slide 23 - Open question

gehoorverlies kan door vocht of  slijm achter het trommelvlies, waardoor het niet meer goed trilt

disfunctie van de gehoorbeentjes. Dit zijn drie heel kleine botjes die door trillingen het vloeistof in het slakkenhuis in beweging zet. De haarcellen in het slakkenhuis zetten de trillingen om in signalen.
hoe noemen dit
instrument?
A
stethoscoop
B
microscoop
C
endoscoop
D
otoscoop

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

noem een reden voor het plaatsen
van trommelvliesbuisjes

Slide 25 - Mind map

  • Duidelijk een stuk minder hoort. Je meet het gehoor met het audiogram en je drukt dit uit in decibel (dB). Als het gehoor meer dan 25 dB minder is dan normaal, plaats je de buisjes
  • Langer dan zes maanden last heeft van de klachten
  • Achterloopt in het leren praten en begrijpen van taal. Deze achterstand ontstaat namelijk doordat de zorgvrager niet meer goed hoort.
Een loopoor als gevolg van een otitis media komt door:
A
irritatie aan de buis van Eustachius
B
infectie van de gehoorbeentjes
C
trommelvliesperforatie
D
irritatie aan het slakkenhuis

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Otitis media acuta (OMA) betekent een
A
acute middenoorontsteking
B
aspecifieke middenoorontsteking
C
atypische middenoorontsteking
D
abdominale middenoorontsteking

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

wordt een otitis media behandeld?
A
nee, alleen symptoombestrijding
B
in sommige gevallen wordt antibiotica gegeven
C
Alle middenoorontstekingen worden met antibiotica behandeld
D
alleen een otitis media acuta wordt behandeld

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

noem een complicatie van een acute otitis media

Slide 29 - Mind map

  • kan chronisch worden
  • zenuwverlamming in gelaat, bijv. hangende mondhoek of moeite met het sluiten van de ogen
  • ontsteking van het evenwichtsorgaan, dit geeft vooral een hoop duizeligheid.
  • meningitis of encefalitis 
otitis media chronica kan worden geopereerd, wanneer is dit niet geïndiceerd
A
als antibiotica niet heeft gewerkt
B
NOOIT!
C
iedere chroninsche oorontsteking wordt na >6 maanden geopereerd
D
Als er sprake is van cholesteatoom (cellen achter trommelvlies)

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Visusproblemen

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Verloop van licht 
  1. Lichtstralen komen binnen via hoornvlies/voorste oogkamer/iris/pupil/lens binnen
  2. Lens/hoornvlies zorgt voor lichtbreking
  3. Lichtstralen worden opgevangen door het netvlies/gele vlek (macula)
  4. Kegeltjes/staafjes zetten lichtstralen om in elektrisch signaal
  5. Via de oogzenuw (N. opticus) wordt het elektrische signaal afgegeven aan de hersenen en kan je hierdoor zien

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Visusproblemen 
Visusproblemen kunnen onderverdeeld worden in:

  • Blindheid:
-  Zorgvragers die niets kunnen zien
-  Zorgvragers die maar een fractie kunnen zien in vergelijking tot een gezond persoon
-  Zorgvragers die maar 10 graden van hun gezichtsveld overhebben
  • Slechtziend:
-  Zorgvrager is niet blind, maar
-  Hebben een kokerzicht
-  Donkere vlekken zien
-  Verminderde gezichtsscherpte


Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Refractieafwijking

  • Refractie is verandering van lichtstralen in het oog
  • Bij een afwijking worden lichtstralen niet in de goede richting veranderd en komen niet goed terecht op het netvlies
  • 3 groepen:
  1. Bijziendheid
  2. Verziendheid
  3. Atigmatisme


Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Bijziendheid
  • Voorwerpen die ver weg staan niet goed zichtbaar.
  • Lichtstralen van buitenaf vallen niet goed op het netvlies, maar vlak daarvoor
Oorzaak:
  • Hoornvlies is te bol; lichtstralen veranderen te scherp van richting
  • Lens is te bol; zelfde als hoornvlies
  • Oog is te lang; netvlies ligt te ver weg en lichtstralen te vroeg al samenkomen


Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Verziendheid
  • Voorwerpen dichtbij niet goed zichtbaar
  • Lichtstralen van buitenaf vallen niet goed op netvlies, komen achter het netvlies pas samen
Oorzaken:
  • Hoornvlies is te vlak; lichtstralen veranderen niet goed van richting
  • Lens is te vlak; hetzelfde als bij hoornvlies
  • Oog is te kort; netvlies is de dichtbij en lichtstralen vallen pas later samen



Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Astigmatisme 

  • Hierbij worden de lichtstralen van buitenaf in allerlei richtingen gebroken
  • Zorgvrager ziet zowel dichtbij als veraf wazig
Oorzaak:
  • Hoornvlies is niet netjes bolvormig
  • Andere afwijkingen aan het oog




Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Ablatio retinae
(netvliesloslating)

  • Zorgvrager heeft last van lichtflitsen, zwarte vlek(jes) of een ‘gordijn’ voor het oog
  • Behandeling bestaat altijd uit een operatie, wordt bemoeilijkt wanneer de gele vlek ook los gelaten is
Oorzaken:
  • degeneratie / erfelijk belast
  • Operatie aan staar / trauma oog
  • Bijziendheid




Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Cataract (staar)

  • Samenklontering van eiwitten
  • Troebel ooglens
Oorzaak onbekend, risicofactoren; 
  • degeneratie / erfelijk belast
  • Diabetes mellitus
  • Trauma of operatie aan het oog
  • medicatie (prednisolon)
  • Zonlicht
behandel: OK: lens vervangen!

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Glaucoom
  • Door te hoge druk in het oog waardoor oogzenuw beschsdigd
  • Buitenkant gezichtsveld valt weg
  • Irreversibel, kans op blindheid
Risicofactoren:
  • Erg ver,- of bijziend zijn
  • Degeneratie / erfelijk belast
  • Afrikaanse afkomst,
  • Diabetes mellitus


Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Glaucoom
Behandeling:
  • Oogdruppels, zorgen voor drukverlaging
  • Laserbehandeling, gaatjes in de iris waardoor het vocht beter afgevoerd wordt
  • Operatie aan de iris, luikje in het oog gemaakt waardoor het vocht beter weg kan stromen

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Overige oogaandoeningen
  • Corpus alienum
Ook wel lichaamsvreemd voorwerp  (splinter, zandkorrel of een vliegje). waardoor hoornvlies beschadigd.
  • Maculadegeneratie
Gele vlek is beschadigd door ouderdom waardoor kegeltjes afsterven en kleuren niet meer goed worden gezien
  • Diabetes mellitus
Netvliesproblemen door problemen bloedtoevoer, ook wel diabetes retinopathie genoemd




Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Op welke gebieden kunnen problemen ontstaan door een gezichts- of gehoorstoornis?

Slide 44 - Open question

  • Communicatie: Ook slechtziende zorgvrager kan problemen ervaren in de non-verbale communicatie
  • Oriëntatie
  • Mobiliteit: mensen die last hebben van hun gehoor en/of zicht, kunnen zich minder makkelijk verplaatsen. 
  • Zelfredzaamheid: slechtziendheid en gehoorklachten maken iemand afhankelijk van zijn omgeving. Hij kan niet alles meer zelf en moet hulp inroepen van anderen. 
  • Deelname maatschappij: het wordt moeilijker om een steentje bij te dragen aan de maatschappij. 
Noem naast geleidingsgehoorverlies
nog 2 soorten gehoorverlies

Slide 45 - Mind map

Waarnemingsgehoorverlies 
Centraal gehoorverlies;
Psychogeen of functioneel gehoorverlies;
Aangeboren oorzaken voor gehoorverlies.
Wat is geen oorzaak van gehoorverlies?
A
oorsmeerprop
B
medicijnen
C
ziekte van Ménière
D
ontsteking evenwichtsorgaan

Slide 46 - Quiz

This item has no instructions

Noem 3 oog aandoeningen,
geef beknopt aan wat dit inhoud.

Slide 47 - Mind map

  • Corpus alienum; voorwerp in oog
  • Maculadegeneratie; ouderdomsschade aan de gele vlek op je lens.
  • Netvliesloslating 
  • Diabetische retinopathie; netvliesproblemen als gevolg van suikerziekte
  • Cataract; staar; vertroebeling ooglens
  • Glaucoom; door hoge druk, schade aan oogzenuw.

Slide 48 - Slide

This item has no instructions