3.3 Op wie ga jij stemmen?

Op wie ga jij stemmen?
3.3
1 / 21
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Op wie ga jij stemmen?
3.3

Slide 1 - Slide

1. Herhaling
2. Leervragen 3.3
3. Uitleg
4. Werktijd
5. Afsluiting
Planning

Slide 2 - Slide

Leervragen
Wat zijn links, midden en rechtse partijen?
Belangrijke vragen bij 3.3
Waar staan links, midden en rechtse partijen voor?
Welke politieke partijen zijn links, midden of rechts?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Indeling
Links
Midden
Rechts
* Overheid grote rol
* Kwetsbare mensen helpen
* Klein verschil tussen arm en rijk
* Overheid moet helpen als het mis gaat
* Voor elkaar zorgen (christelijk)
* Tussen links en rechts


* Overheid kleine rol
* Zelf beslissen, eigen problemen oplossen en veiligheid
* Groot verschil tussen arm en rijk

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

VVD en FvD
A
Links
B
Midden
C
Rechts

Slide 12 - Quiz

Links of rechts?
Studeren moet weer gratis worden, zo krijgt iedereen gelijke kansen
A
Rechts
B
Links

Slide 13 - Quiz

Vinden economische vrijheid heel belangrijk
A
Links
B
Midden
C
Rechts

Slide 14 - Quiz

Een partij wil de belasting verhogen voor de rijken. Is deze partij links, midden of rechts?
A
Links
B
Midden
C
Rechts

Slide 15 - Quiz

Komen op voor de zwakkeren
A
Links
B
Rechts
C
Midden

Slide 16 - Quiz

Wat is een middenpartij?
A
SP
B
VVD
C
CDA
D
PVV

Slide 17 - Quiz

Criminelen moet je gewoon heel lang opsluiten.
A
Links
B
Rechts

Slide 18 - Quiz

Een linkse politieke partij wil zo veel mogelijk de …………………….. helpen.
A
rijke mensen
B
middenpartijen
C
rechtse partijen
D
kwetsbare mensen

Slide 19 - Quiz

“Wie hard werkt, mag ook veel verdienen.”

Deze uitspraak hoort vooral bij:

A
links
B
rechts
C
midden
D
links en rechts

Slide 20 - Quiz

Aan de slag
STAP 1
STAP 2
KLAAR ?
Maken:
  • Opdracht 1, 2, 4b, 6 + opdracht 'Welke partij?'
  • Blz. 69 t/m 73

Hoe?
  • In tweetallen of alleen
  • Zachtjes overleggen
  • Vraag? Steek je vinger op
Opdrachten nakijken



Hoe?
  • Klaar? Laat zien aan de leraar.
  • Haal een nakijkboekje op het OLC.
  • Verbeteren met een andere kleur pen.
  • Klaar? Laten zien aan de leraar.
Goed zo! 
Jij verdient even tijd om iets leuks te doen!

Hoe?
  • Ga iets voor jezelf doen.
  • Doe dit zachtjes
  • Vraag? Steek je vinger op

Slide 21 - Slide