Afspraken en voorbereiden reflectie

Voorbereiden reflectie
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Thema 1MBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Voorbereiden reflectie

Slide 1 - Slide

Welke huisregels hadden
we gemaakt?

Slide 2 - Mind map

Huisregels van de BSN08

1. Respect voor elkaar: behandel de ander zoals je zelf behandeld wilt worden
2. Help elkaar: als je iemand ziet worstelen, steek je hand uit
3. Echt naar elkaar luisteren: serieus nemen
4. KOM OP TIJD (en als je te laat bent, kom stilletjes binnen) - KOM NAAR SCHOOL!
5. Deze opleiding staat geen sportkleding toe, noch een petje
6. Geduld hebben met elkaar, ook de juf
7. Deel de aantekeningen met je klasgenoten, bij afwezigheid
8. Geen McDonalds in de les (op de gang in de pauze)
9. Bij conflict: apart uitspreken desnoods met een derde erbij (docent) niet in de groep
10. Drinken in de klas mag
11. Geen pestgedrag, buitensluiten of wat dan ook online of offline
12. Klas netjes achterlaten
13. Taalgebruik in de klas (mevrouw/meneer en U)
14. Geen mobiele telefoon in de les tenzij de docent vindt dat je er gebruik van mag maken
15. Jas uit
16. Laptop mee
17. Afspraken voor tandarts, huisarts en andere dingen op DONDERDAG, of dinsdagmiddag of vrijdag na 15 uur. 
















Slide 3 - Slide

HEB JIJ JE AAN DE HUISREGELS GEHOUDEN?

Slide 4 - Open question

HOE ga je je schoolgedrag
verbeteren in periode 4?

Slide 5 - Mind map

Opdracht voor volgende week:
1. schrijf een verslag waarin je duidelijk en volledig antwoord geeft op de volgende 7 vragen.
2. maak een persoonlijk opleidingsplan (en verwerk daar ook in hoe je je aan de huisregels gaat houden)
3. inleveren vóór maandag 11 april 0900 uur. Te laat inleveren is niet toegestaan

Slide 6 - Slide

De BELANGRIJKSTE VRAAG
1. Heb jij gekozen voor de juiste opleiding?
Zo ja, waarom?
Zo nee, waarom niet?

Slide 7 - Slide

Reflectie:
2. Ik kan toelichten wat ik leuk en interessant vind aan mijn opleiding en beroep
3. Ik kan mijn kwaliteiten en/of talenten benoemen
4. Ik kan benoemen welke beroepscompetenties nodig zijn in het werk waarvoor ik leer

Slide 8 - Slide

Talenten
5. Ik kan mijn kwaliteiten en/of talenten benoemen.
(noem er 4 en vertel waarom dat jouw kwaliteiten/ talenten zijn)
Als je het niet weet, vraag je moeder, broer, klasgenoot, werkgever.

Slide 9 - Slide

6. Ondernemend gedrag
Ik kan plannen
Ik kan reflecteren 
Ik kan mezelf creatief presenteren   
Ik kan reflecteren gedrag  
Ik kan doelgericht informatie zoeken op het internet.   
Ik kan initiatief tonen.   
Ik kan informatie verwerken en samenvatten
je schrijft dan op: Ja dat kan ik door...........
Nee dat kan ik nog niet want........................

Slide 10 - Slide

7. Loopbaansturing
a. Ik kan eigen leerdoelen en/of ambities vertalen in doelstellingen en leeractiviteiten voor mijn studie en loopbaan. (POP) 
b. Ik kan onderzoeken wat ik nodig heb om sturing te geven aan mijn loopbaan.
c.  Ik kan mijn kwaliteiten en motieven in de opleiding tonen.
d. Ik kan reflecteren op persoonlijke ontwikkeling en mijn studie tot nu toe
e. Ik kan de begeleiding die ik nodig heb om mijn leerproces te sturen organiseren. 

je schrijft dan op:
Ja dat kan ik door...........
Nee dat kan ik nog niet want........................

Slide 11 - Slide

Persoonlijk opleidingsplan (POP)
Waar ben ik wel goed in?
Waar ben ik niet goed in?
Wat wil ik in de toekomst bereiken? Maak er een smart-doel van
Hoe ga ik mijn doel bereiken?
(in de format in teams invullen)


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Waar ben ik wel/niet goed in?
Om te weten welke kant je op wilt, moet je eerst weten hoe je er nu voor staat. Denk eens goed na over wat je leuk vindt om te doen op school, welke taken je met gemak doet en welke niet en wat je leuk/minder leuk vindt aan je huidige opleiding. Bedenk wat je (kern-)kwaliteiten zijn en over welke competenties je al beschikt. Vind je het moeilijk om jouw sterke en minder sterke punten concreet te krijgen? Een persoonlijke swot-analyse helpt je hierbij. Schrijf al je inzichten op en je zult zien dat er al snel iets uitspringt waarmee je aan de slag wil. 

Slide 14 - Slide

Persoonlijke SWOT analyse
Een persoonlijke SWOT-analyse is een manier om je sterktes, zwaktes, kansen en valkuilen voor jezelf in kaart te brengen. 

Je kijkt dus naar: 
waar liggen de kansen in mijn loopbaan (met deze opleiding) en hoe pak ik die met beide handen aan?


Slide 15 - Slide

SWOT
Hoe ziet zo’n SWOT-analyse er precies uit? Daarvoor kijken we eerst even naar de betekenis van het woord. SWOT staat voor de Engelse woorden: Strengths (sterktes), Weaknesses (zwaktes), Opportunities (kansen) en Threats (bedreigingen). Dat zijn ook precies de vier onderdelen die je gaat onderzoeken bij zo’n analyse. Lekker makkelijk te onthouden dus. 

Slide 16 - Slide

STERKTES
sterktes: waar ben je goed in bij je opleiding en waarmee onderscheid je je écht van anderen? 

Denk hierbij vooral vanuit het standpunt van je docent: waarmee spring je eruit in zijn/haar ogen?

Slide 17 - Slide

ZWAKTES
zwaktes: waar ben jij minder goed in en zou je liever verbeteren? 
En als je ‘zwaktes’ te hard vindt klinken, kun je hier ook ‘verbeterpunten’ voor gebruiken!

Slide 18 - Slide

kansen: er zijn altijd kansen
Denk hierbij aan vragen als: wat kan jij doen om aantrekkelijk te worden als werknemer? Ontwikkelt je beroep zich in een bepaalde regio meer dan ergens anders, naar welk onderdeel van je beroep is veel vraag, hoe kan je vernieuwend blijven in je huidige rol, hoe kan je nieuwe technologieën toepassen in je werk ? Ligt de nadruk op taal of cijfertjes?

Slide 19 - Slide

Bedreigingen: wat staat er (mogelijk) in de weg?
 Welke belemmeringen zijn er waardoor je je niet verder kan ontwikkelen? Dit zijn bedreigingen waar je invloed op hebt, zoals niet naar school komen, geldzorgen, taalprobleem, ADHD, of bedreigingen die onverwachts kunnen komen. Bij dit laatste moet je denken aan zaken als: corona en de hack. Welke dingen doe jij of doe jij niet die een bedreiging vormen voor het halen van je diploma (en moet je rap mee ophouden)?

Slide 20 - Slide

Wat wil ik bereiken?
Wat moet ik nog leren om mijn opleiding af te ronden? Als je wilt groeien binnen je huidige opleiding (of straks op stage), kun je denken aan: welke vaardigheden heeft een klasgenoot die ik ook zou willen hebben of welke vooruitgang zou mijn docent graag in mij of de klas willen zien? 
Genoeg om over na te denken dus.

Slide 21 - Slide

Maak er een SMART-doel van
Doelen stellen is lastiger dan je denkt. Meestal blijven doelen erg vaag of onrealistisch om te halen. Bij het opstellen van een doel kan de SMART-methode helpen. Wat is dat? Met een SMART-doel bedoelen we dat je je doel specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden moet maken. Door je doel aan die 5 eisen te laten voldoen, weet je zeker dat je plan echt uit te voeren is en je zelf niet voor verrassingen of teleurstellingen komt te staan. 

Slide 22 - Slide

SMART formuleren
Specifiek
Meetbaar
Acceptabel
Realistisch
Tijdgebonden

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

de volgende sheets zijn een herhaling op papier van het filmpje

Slide 25 - Slide

Specifiek
Dat doe je door de 5 W-vragen te beantwoorden:

1. wat wil je bereiken?
2. wie zijn erbij betrokken?
3. waar ga je dit doen?
4. wanneer ga je het doen?
5. waarom wil je het bereiken?
voorbeelden van specifieke doelen: 
- met onze Marketingafdeling willen we voor het eind van de maand meer dan 5.000 bezoekers naar de site trekken om zo de naamsbekendheid te vergroten
- ik ga meer werkervaring opdoen als zorgverlener bij het ziekenhuis om mijn cv uit te breiden, daarom ga ik daar 2 dagen in de week meelopen van mei t/m augustus.

Slide 26 - Slide

Meetbaar
Aan de hand van welke cijfers of voorwaarden weet je dat je je doel hebt behaald? Dit kan groei voor je bedrijf zijn, extra werkdagen die je gaat werken of een bepaalde eis die je stelt. Hoe je dat precies doet? Dat doe je door deze 3 vragen te beantwoorden:

1. hoeveel moet er gedaan worden?
2. hoe meet je dat?
3. wat is het eindresultaat?
voorbeelden van meetbare doelen:
- met de 10 video’s die we gaan maken willen we 10.000 views op YouTube behalen voor het eind van het jaar
- voor de training over Microsoft Office ga ik 2 avonden in de week huiswerk maken zodat ik deze voor september minimaal heb afgerond met een 8.

Slide 27 - Slide

WAT is acceptabel?
Een acceptabel doel houdt in dat het doel logisch is ontstaan uit je werkzaamheden en waar jezelf én je collega’s/docent helemaal achter staan. Het moet niet zomaar uit de lucht komen vallen, zeg maar. Je moet iets hebben aan je doel! Ook hierbij zijn er weer een paar vragen die ervoor zorgen dat je doel acceptabel wordt: 

Slide 28 - Slide

Realistisch
Een realistisch doel: dat klinkt vrij logisch, maar wordt vaak over het hoofd gezien. Met een haalbaar doel motiveer je niet alleen jezelf, maar ook alle andere mensen die erbij betrokken zijn. En als je doel te moeilijk of te makkelijk is, dan raak je snel je motivatie kwijt. Dat moeten we niet hebben! Om je doel haalbaar te maken, stel je jezelf de volgende vragen:
1. zijn de stappen die je moet zetten richting je doel haalbaar?
2. heb je genoeg kennis en middelen in huis om je doel te halen?
3. is het doel niet te makkelijk of moeilijk?





Slide 29 - Slide

Tijdgebonden
Om er zeker van te zijn dat je je doel hebt behaald, zijn een startdatum en einddatum ideaal. Hierdoor weet je precies waar je aan toe bent en houdt de deadline je gemotiveerd. SMART-doelen zijn daarom ook vaak op de korte termijn.

Heb je een doel voor de lange termijn? Probeer deze dan op te splitsen in kleinere, kortere doelen. Maak je doelstelling tijdgebonden door de volgende vragen mee te nemen:
1. wanneer ga je van start?
2. wanneer ben je klaar?
3. wanneer heb je je doel gehaald?

Slide 30 - Slide

Smart geformuleerd doel
Specifiek: ik wil een vierde keuzedeel afmaken, 
Meetbaar: van All you can learn voor 240 studie belastinguren
Acceptabel: voor niveau 3 geschikt
Realistisch: passend binnen het OER
Tijdgebonden: op woensdagochtend binnen een jaar

Slide 31 - Slide

Vaardigheid verbeteren
Doel: ik wil assertiever worden zodat ik niet te vaak ja zeg.
Stappen: training volgen via GoodHabitz en bewust worden van de momenten dat ik over me heen laat lopen.
Resultaat: inzicht in de momenten dat ik niet voor mezelf opkom en het zorgt ervoor dat ik niet teveel taken op me neem.
Plan van aanpak: 2 werkdagen aan training zitten om deze in oktober af te ronden.

Slide 32 - Slide