Taalcompleet B1 thema 3.2 - 1 woord > 2 betekenissen

• NT2
• MBO
• Studiejaar 3

Thema 3 Omgeving 

3.2 Dit is mijn stad

Leerdoelen:

• De student kan over zijn eigen stad vertellen.
•  De student kan oefenen met het gebruik van een woordenboek

Luisteren + spreken

Opdracht 

Luisteren + spreken

de uitspraak er soms ook een beetje tussenin zit (/het/, /ut/, /t/). Soms wordt hetzelfde woord

helemaal duidelijk uitgesproken, soms bijna niet, en soms maar half

Uitdrukkingen

1. Betekenis opzoeken van uitdrukkingen
2. Hoe doe je dat?
3. Oefenen:

Bijv. De patiënt heeft het benauwd, maar de dokter heeft het niet in de gaten

Lisa is een kunstenaar in hart en nieren.
Wat betekent: iets in hart en nieren zijn?
(Hoe zoek je dat op in het woordenboek?)

Ik ben een paar kilo te zwaar. Vanaf morgen doe ik aan de lijn.
Wat betekent: aan de lijn doen?

Alles loopt in de soep!
Wat betekent dit?

Ik heb echt geen groene vingers!
Wat betekent dit?

Wie maakt hier eigenlijk de dienst uit?
Wat betekent de dienst uitmaken?

Zelf zinnen maken:

Kijk naar de plaatjes en maak zelf zinnen:

Onze moeder is plotseling overleden. Het is vandaag een ZWARTE dag voor de familie.

1. heel verdrietig
2. met een donkere kleur

Het HOOFD van de school gaat met pensioen.

1. de baas
2. het deel van je lichaam met ogen, neus en mond

Kun je deze tas voor me dragen? Hij is heel LICHT.

1. niet zwaar
2. niet donker

Hoeveel gas hebben we gebruikt? Kijk jij even op de METER?

1. een apparaat dat de hoeveelheid aangeeft
2. een stuk van 100 cm

Paul verdient zijn BROOD als fietsenmaker.

1. gebakken eten
2. geld om van te leven

Je bent echt een PLAATJE.

1. een foto of tekening
2. iemand die er mooi uitziet

Hij heeft een gebroken been. Hij loopt op KRUKKEN.

1. een soort stoel
2. stokken om mee te lopen.

Hoe heb je gewerkt?