H7 Taalverzorging 7.2

H7 Taalverzorging 7.2

Spelling

Verleden tijd: sterke en zwakke werkwoorden

Persoonsvorm verleden tijd

Wat is een voorbeeld van een zwak werkwoord?

1. zien
2. antwoorden
3. slapen
4. komen

Welk werkwoord behoort tot de sterke werkwoorden?

1. kijken
2. werken
3. drinken
4. lopen

Wat is het voltooid deelwoord van 'lopen'?

1. geloop
2. loopend
3. geloopt
4. gelopen

Wat is het voltooid deelwoord van 'schrijven'?

1. schrijvend
2. geschreven
3. schreef
4. schreven

Wat is het voltooid deelwoord van 'zwemmen'?

1. zwommer
2. zwom
3. gezwommen
4. zwemmend

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Vul de juiste voltooide deelwoord als bijvoeglijk naamwoord in: De ... boom staat in de tuin.

1. geplante
2. planten
3. geplant
4. geplaten

Kies het juiste voltooide deelwoord als bijvoeglijk naamwoord: De ... auto staat in de garage.

1. geparkeerd
2. geparked
3. parkeert
4. geparkeerde

Welk voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord past hier: De ... kinderen spelen in de speeltuin.

1. spelende
2. spelend
3. spelen
4. gespeeld

Kies het juiste voltooide deelwoord als bijvoeglijk naamwoord: De ... bloemen staan in de vaas.

1. geplukte
2. plukken
3. geplukken
4. geplukt

Weektaak

Paragraaf 7.2

Opdrachten 14 t/m 28